Samenvatting
Samenvatting Basisboek systeemgericht werken
Wie koop en leert dan haalt een voldoende! mijn cijfer 8.2
[Meer zien]Voorbeeld 3 van de 30 pagina's
In winkelwagenEnkele voorbeelden uit deze set oefenvragen
1.
Entropie is: a. Er is energie beschikbaar waardoor het systeem zich beweegt in de richting van toenemende gezondheid b. Er is geen energie c. Er is meer energie nodig dan er beschikbaar is. Het systeem beweegt zich in de richting van afnemende gezondheid
Antwoord: C
2.
Als hulpverlener moet je niet opzoek gaan naar 'de' waarheid. Je gaat met respect om met ieders zijn waarheid. Hoe wordt dit genoemd? A. Symmetrische interactie B. Complementaire interactie C. Meerzijdige partijdigheid D. Negentropie
Antwoord: C
3.
Het gedrag van de cliënt wordt gevolgd door eenzelfde soort gedrag van een ander lid van het systeem. Zij nemen beide gelijksoortige posities in de interactie en wisselen dezelfde boodschappen uit. Hoe noemt met dit? A. Symmetrische interactie B. Complementaire interactie C. Interpunctie D. Externe communicatie
Antwoord: A
4.
Equifinaliteit wordt omschreven als: A. Een bepaalde beginsituatie dat kan leiden tot verschillende eindtoestanden. B. Een bepaald verschijnsel dat het gevolg kan zijn van verschillende begintoestanden
Antwoord: B
5.
De therapeut probeert tijdens zijn behandeling bewust de afstand tot het gezin te verkleinen. Hoe noemen we deze techniek? A. Mimicry B. Enactment C. Tracking D. Joining
Antwoord: D
6.
Wat betekent een coalitie? A. Hier gaat het om twee mensen die elkaar in gemeenschappelijke interesses onafhankelijk maken van een derde persoon. B. Hierbij gaat het om het proces van gemeenschappelijke activiteiten gericht tegen een derde. Er wordt een front gevormd.
Antwoord: B
7.
- Er zijn minimaal drie mensen in een interactie proces waarbij er 1 behoort tot een lagere machtshiërarchie. - In het interactieproces gaat iemand van een hogere generatie een coalitie aan met iemand van de lagere generatie. Hoe noemen we deze term? A. Contextuele hiërarchie B. Dimensies van feiten C. Perverse triade D. Horizontale loyaliteit
Antwoord: C
8.
Onder welke theorie vallen de termen 'perverse triade, mimicry en alliantie'? A. Contextuele systeemtheorie B. structurele theorie C. Communicatieve theorie D.Intergenerationele theorie
Antwoord: B
9.
Nagy omschrijft loyaliteit als volgt: A. Een reactie van ouders op hun kinderen dat betrekking heeft op het verleden. B. Een reactie van het kind op het verleden, als een proportioneel terugbetalen van wat het van de ouders heeft gekregen. C. Een reactie van het kind op de toekomst
Antwoord: B
10.
Welk soort loyaliteit wordt als volgt omschreven? Het gegeven geboren te zijn, betekent dat je als kind 'verplichtingen; ten opzicht van je ouders hebt. je blijft altijd aan hen verbonden hoe slecht de relatie ook is. A. Horizontale loyaliteit B. Verticale loyaliteit C. Existentiële loyaliteit
Antwoord: C
Enkele voorbeelden uit deze set oefenvragen
1.
Maslow's piramide kent 5 levensfase. Omschrijf deze van onderaan tot bovenin.
Antwoord: 5. ontplooiing 4. Erkenning 3. Sociaal contact 2. Veiligheid 1. Lichamelijke (basis) behoeften
2.
Een Suprafamiliair systeem is: A. Een partner sub systeem B. Families van elke generatie C. Bloedverwanten tot de 3rde lijn.
Antwoord: C
3.
De Algemene Systeem Theorie is ontwikkeld door: A. Watzawick B. Von Bertalanffy C. Minuchin
Antwoord: B
4.
Een genogram is: A. Overzicht verwantschappen, feitelijke samenstelling gezin en relaties en subs. B. Op basis van meso- macroniveau van de cliënt C. Een verkenning van loyaliteiten
Antwoord: A
5.
Welke dimensies van de contextuele benadering wordt gebruikt in de genogram? A. Dimensie 1 (feiten) en 3 (relaties) B. Dimensie 1 (feiten) en 4 (relationeel ethiek) C. Dimensie 2 (psychologisch) en 3 (relaties)
Antwoord: A
6.
Existentiële loyaliteit is: A. een band tussen broer/zus/vriend B. een ontbreekbare band van ouders en kind C. Een loyaliteit waarin je gedwongen wordt te kiezen D. Een loyaliteit waarbij je hem hebt verworven.
Antwoord: B
7.
Wanneer spreek je van onzichtbare loyaliteit? A. wanneer iemand niet openlijk kan zijn en het geven dus ook niet kan ontvangen of andersom. B. wanneer je horizontale loyaliteit overheerst van de verticale. C. Wanneer je gedwongen wordt om te kiezen.
Antwoord: A
8.
Wanneer je veel druk ervaart van prestaties vanuit de kindertijd dan praten we over het begrip:
Antwoord: Delegaat
9.
Wat je hebt ontvangen vanuit je kindertijd en hier een eigen keuzen in hebt gemaakt en hebt vormgegeven wordt ook wel ... genoemd.
Antwoord: Legaat
10.
Roulerende Rekening houdt in: A. Generatie op generatie doorgegeven. B. Het ontvangen en weer doorgeven. C. Het systeem waarin je je bevindt.
Antwoord: A
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Juma. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 98390 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen