LEH 2: WETGEVING, IMPLEMENTATIE EN BESTUUR (BRIGHTSPACE)
Inleiding
Deze leereenheid (LEH 2) is verdeeld in 3 delen:
1. Rechtsbronnen en rechtsinstrumenten van het EU-recht
Besproken wordt:
* Hoe het EU-recht doorwerkt in de Nederlandse rechtsorde;
* EU-rechtsbronnen;
* Richtlijninterpretatie – dit omdat richtlijnen niet rechtstreeks toepasselijk zijn in EU-
lidstaten, maar verbinden zijn t.a.v. voor het te bereiken resultaat daarin (art. 288 VWEU).
2. Doorwerking van EU-recht in nationale rechtsordes
Besproken wordt:
* Richtlijnconforme interpretatie
* Rechtstreekse werking
3. Verantwoordelijkheid van nationale bestuursorganen
Leerdoelen
Na het doorlopen van deze leereenheid kun je:
uitleggen op welke wijze Europese rechtsbronnen doorwerken in de nationale rechtsorde;
uitleg geven wat conforme interpretatie en rechtstreekse werking inhouden en de gevolgen
hiervan aangeven;
casussen oplossen over de rechtstreekse werking en conforme interpretatie van Europese
regelgeving in de nationale rechtsorde.
Verplichte bronnen
H2, 7, 8 en 12 van het studieboek.
Verhoeven & Jans 2017: M.J.M. Verhoeven & J.H. Jans, ‘Doorwerking via conforme
interpretatie en rechtstreekse werking’, in: R.J.G.M. Widdershoven & S. Prechal
(red.), Inleiding tot het Europees bestuursrecht, Nijmegen: Ars Aequi 2017, p. 63-122.
Verplichte jurisprudentie
HvJ EG 7 januari 2004, C-201/02, ECLI:EU:C:2004:12 (Wells).
HvJ EG 22 november 2005, C-144/04, ECLI:EU:C:2005:709, AB 2006/325, m.nt. M.J.M.
Verhoeven
(Mangold).
HvJ EU 24 januari 2012, C-282/10, ECLI:EU:C:2012:33, AB 2012/48, m.nt. Widdershoven
(Dominguez).
HvJ EU 30 maart 2017, C-315/16, ECLI:EU:C:2017:244 (Lingurár).
Pag. 1 van 4
Inleiding
Deze leereenheid (LEH 2) is verdeeld in 3 delen:
1. Rechtsbronnen en rechtsinstrumenten van het EU-recht
Besproken wordt:
* Hoe het EU-recht doorwerkt in de Nederlandse rechtsorde;
* EU-rechtsbronnen;
* Richtlijninterpretatie – dit omdat richtlijnen niet rechtstreeks toepasselijk zijn in EU-
lidstaten, maar verbinden zijn t.a.v. voor het te bereiken resultaat daarin (art. 288 VWEU).
2. Doorwerking van EU-recht in nationale rechtsordes
Besproken wordt:
* Richtlijnconforme interpretatie
* Rechtstreekse werking
3. Verantwoordelijkheid van nationale bestuursorganen
Leerdoelen
Na het doorlopen van deze leereenheid kun je:
uitleggen op welke wijze Europese rechtsbronnen doorwerken in de nationale rechtsorde;
uitleg geven wat conforme interpretatie en rechtstreekse werking inhouden en de gevolgen
hiervan aangeven;
casussen oplossen over de rechtstreekse werking en conforme interpretatie van Europese
regelgeving in de nationale rechtsorde.
Verplichte bronnen
H2, 7, 8 en 12 van het studieboek.
Verhoeven & Jans 2017: M.J.M. Verhoeven & J.H. Jans, ‘Doorwerking via conforme
interpretatie en rechtstreekse werking’, in: R.J.G.M. Widdershoven & S. Prechal
(red.), Inleiding tot het Europees bestuursrecht, Nijmegen: Ars Aequi 2017, p. 63-122.
Verplichte jurisprudentie
HvJ EG 7 januari 2004, C-201/02, ECLI:EU:C:2004:12 (Wells).
HvJ EG 22 november 2005, C-144/04, ECLI:EU:C:2005:709, AB 2006/325, m.nt. M.J.M.
Verhoeven
(Mangold).
HvJ EU 24 januari 2012, C-282/10, ECLI:EU:C:2012:33, AB 2012/48, m.nt. Widdershoven
(Dominguez).
HvJ EU 30 maart 2017, C-315/16, ECLI:EU:C:2017:244 (Lingurár).
Pag. 1 van 4