Samenvatting Moderne geschiedenis
An age of revolution, industry and empire (1750-
1914)
Popular sovereignty and political upheaval
De Revolutionairen bouwden voort op de idealen van de Verlichters: ze zochten manieren om de
maatschappij zo gelijk mogelijk te maken door regeringen in te stellen die verantwoordelijk waren
voor hun burgers. De revolutionairen in Frankrijk slaagden hier echter niet in. Toch had dit tot gevolg
dat hun idealen verspreid werden door de tochten van Napoleon.
The enlightenment and revolutionary ideas
De belangrijkste figuren van de Verlichting waren:
- Isaac Newton (natuurkundige).
- John Locke (politicoloog).
- Adam Smith (econoom).
- Voltaire (filosoof).
The theory of progress
De meeste filosofen waren positief over de toekomst en de mensheid. Er werd zelfs gesproken over
een nieuw tijdperk waarin vooruitgang en individualisme centraal stonden en zou leiden tot een
voortvarende en gelijke maatschappij.
Popular sovereignty
Een van de standpunten waar de Verlichte denkers vraagtekens bij zetten, was de stelling dat
Europese koninklijke machthebbers een goddelijke rol hadden gekregen om te regeren. In plaats
daarvan stelden ze dat de machthebbers verantwoordelijk waren voor het volk waar ze over
regeerden. John Locke stelde dat er sprake was van een contract tussen de heerser en onderdanen
en als de heersers dit contract verbraken, hadden de onderdanen het recht om dit contract te
ontbinden door de heersers te vervangen.
Individual freedom
Verlichte denkers pleitten niet alleen voor politieke soevereiniteit, maar ook voor religieuze
tolerantie. Ze stelden dat iedereen recht had op een eigen religie en deze idealen openlijk mochten
uitten.
Global infl uence of Enlightenment values
Hoewel er door Verlichte denkers gepleit werd voor gelijke politieke en religieuze standaarden, ze
repten geen woord over vrouwenrechten. Toch worden deze idealen gezien als de basis van een
verzameling van revoluties en opstanden in de 18 e en 19e eeuw.
, The american revolution
In het midden van de 18e eeuw was er nog geen enkel teken dat er een revolutie zou uitbreken in
Amerika: de inwoners zagen zichzelf als Britse onderdanen, ze erkenden Britse wetten, lazen Britse
literatuur en profiteerden van de Britse overheersing.
Tightened British control over the colonies
Na 1760 kwam hier echter verandering in: de inwoners van de Noord-Amerikaanse kolonies werden
steeds meer in het nauw gedreven door nieuwe belastingen (Acts).
1) The Sugar Act (1764).
2) The Stamp Act (1765).
3) The Townshend Act (1767).
4) The Tea Act (1773).
5) The Quartering Act (1765).
Ze beargumenteerden dat ze geen belasting hoefden te betalen, omdat ze niet vertegenwoordigd
werden in het Britse parlement. Als reactie op de belastingen stelden ze boycotten in, vielen ze
Britse vertegenwoordigers aan en stelden ze het Continental Congress in 1774 in. In 1775 liepen de
spanningen zo hoog op dat Engeland troepen stuurde om de rust te bewaren en zo begon de oorlog
om de Amerikaanse onafhankelijkheid.
The declaration of independence
Op 4 juli 1776 stelde het Continental Congress een document genaamd “The unanimous Declaration
of the thirteen united States of America.
Testing the limits of revolutionary ideals: slavery and
womens’ rights
Sociale activisten in Europa realiseerden zich dat er sectoren van vrijheid en gelijkheid nog
onontdekt waren. In het bijzonder richtten zij zich op de slavernij en vrouwenrechten.
Movements to end the slave trade
De campagne om een einde te make aan de slavernij begon in het begin van 18 e eeuw. Het was
echter pas na revoluties in Amerika, Frankrijk en Haïti dat deze beweging momentum kreeg. De
woordvoerder die de leiding had was William Wilberforce (1759-1833). William zetelde in het
parlement en in 1807 werd er een wet aangenomen om de slavernij af te schaffen. Onder Britse druk
voerde andere staten soortgelijke maatregelen in: de V.S. in 1808, Frankrijk in 1814, Nederland in
1817 en Spanje in 1845.
Movements to abolish slavery
Het uitroeien van de slavernij was een grotere uitdaging dan de slavenhandel, omdat eigenaren van
slaven in hun recht stonden om slaven te hebben en verzetten zich hevig tegen het veranderen van
het systeem.
Freedom without equality
An age of revolution, industry and empire (1750-
1914)
Popular sovereignty and political upheaval
De Revolutionairen bouwden voort op de idealen van de Verlichters: ze zochten manieren om de
maatschappij zo gelijk mogelijk te maken door regeringen in te stellen die verantwoordelijk waren
voor hun burgers. De revolutionairen in Frankrijk slaagden hier echter niet in. Toch had dit tot gevolg
dat hun idealen verspreid werden door de tochten van Napoleon.
The enlightenment and revolutionary ideas
De belangrijkste figuren van de Verlichting waren:
- Isaac Newton (natuurkundige).
- John Locke (politicoloog).
- Adam Smith (econoom).
- Voltaire (filosoof).
The theory of progress
De meeste filosofen waren positief over de toekomst en de mensheid. Er werd zelfs gesproken over
een nieuw tijdperk waarin vooruitgang en individualisme centraal stonden en zou leiden tot een
voortvarende en gelijke maatschappij.
Popular sovereignty
Een van de standpunten waar de Verlichte denkers vraagtekens bij zetten, was de stelling dat
Europese koninklijke machthebbers een goddelijke rol hadden gekregen om te regeren. In plaats
daarvan stelden ze dat de machthebbers verantwoordelijk waren voor het volk waar ze over
regeerden. John Locke stelde dat er sprake was van een contract tussen de heerser en onderdanen
en als de heersers dit contract verbraken, hadden de onderdanen het recht om dit contract te
ontbinden door de heersers te vervangen.
Individual freedom
Verlichte denkers pleitten niet alleen voor politieke soevereiniteit, maar ook voor religieuze
tolerantie. Ze stelden dat iedereen recht had op een eigen religie en deze idealen openlijk mochten
uitten.
Global infl uence of Enlightenment values
Hoewel er door Verlichte denkers gepleit werd voor gelijke politieke en religieuze standaarden, ze
repten geen woord over vrouwenrechten. Toch worden deze idealen gezien als de basis van een
verzameling van revoluties en opstanden in de 18 e en 19e eeuw.
, The american revolution
In het midden van de 18e eeuw was er nog geen enkel teken dat er een revolutie zou uitbreken in
Amerika: de inwoners zagen zichzelf als Britse onderdanen, ze erkenden Britse wetten, lazen Britse
literatuur en profiteerden van de Britse overheersing.
Tightened British control over the colonies
Na 1760 kwam hier echter verandering in: de inwoners van de Noord-Amerikaanse kolonies werden
steeds meer in het nauw gedreven door nieuwe belastingen (Acts).
1) The Sugar Act (1764).
2) The Stamp Act (1765).
3) The Townshend Act (1767).
4) The Tea Act (1773).
5) The Quartering Act (1765).
Ze beargumenteerden dat ze geen belasting hoefden te betalen, omdat ze niet vertegenwoordigd
werden in het Britse parlement. Als reactie op de belastingen stelden ze boycotten in, vielen ze
Britse vertegenwoordigers aan en stelden ze het Continental Congress in 1774 in. In 1775 liepen de
spanningen zo hoog op dat Engeland troepen stuurde om de rust te bewaren en zo begon de oorlog
om de Amerikaanse onafhankelijkheid.
The declaration of independence
Op 4 juli 1776 stelde het Continental Congress een document genaamd “The unanimous Declaration
of the thirteen united States of America.
Testing the limits of revolutionary ideals: slavery and
womens’ rights
Sociale activisten in Europa realiseerden zich dat er sectoren van vrijheid en gelijkheid nog
onontdekt waren. In het bijzonder richtten zij zich op de slavernij en vrouwenrechten.
Movements to end the slave trade
De campagne om een einde te make aan de slavernij begon in het begin van 18 e eeuw. Het was
echter pas na revoluties in Amerika, Frankrijk en Haïti dat deze beweging momentum kreeg. De
woordvoerder die de leiding had was William Wilberforce (1759-1833). William zetelde in het
parlement en in 1807 werd er een wet aangenomen om de slavernij af te schaffen. Onder Britse druk
voerde andere staten soortgelijke maatregelen in: de V.S. in 1808, Frankrijk in 1814, Nederland in
1817 en Spanje in 1845.
Movements to abolish slavery
Het uitroeien van de slavernij was een grotere uitdaging dan de slavenhandel, omdat eigenaren van
slaven in hun recht stonden om slaven te hebben en verzetten zich hevig tegen het veranderen van
het systeem.
Freedom without equality