Beeldvorming...............................................................................................2
Rouw............................................................................................................6
Rouwmodellen..........................................................................................7
Eenzaamheid...............................................................................................9
Valgevaar/angst.........................................................................................10
Richtlijn preventie van valincidenten bij ouderen...................................10
Geniatrie in de fysiotherapie en kinesitherapie......................................18
Ketenaanpak valpreventie ouderen........................................................21
Fear of falling (FOF; valangst).................................................................22
THP en TKP.................................................................................................22
Physios artikel THP..................................................................................23
Multi-/Co-morbiditeit..................................................................................38
Somberheid................................................................................................39
Depressie................................................................................................39
Risicofactoren voor het ontwikkelen van een depressie......................41
Symptomen van een depressie:..........................................................42
Hoe breng je een depressie in kaart?..................................................43
Suicide....................................................................................................43
Zelfmanagement........................................................................................44
Wat is reablement?.................................................................................44
Het 5A model..........................................................................................44
Beeldvorming
Beeld en beeldvorming
,Wat is een beeld? Een beeld kan worden opgevat als een mentale
voorstelling, een plaatje dat ergens in het geheugen ligt opgeslagen. Maar
een beeld kan ook nog anders worden opgevat, namelijk als een opvatting
of een norm (Penninx, 1995).
Beeldvorming wordt omschreven als ‘’de geleidelijk ontstaande opvatting
over iets’’, maar ook als een proces, iets dat geleidelijk aan ontstaat,
waarbij een ding, een evenement of een ervaring wordt gekoppeld aan of
wordt verweven met een mentaal denkbeeld.
Beeldvorming is een wisselwerking tussen concrete beelden aan de ene
kant en mentale denkbeelden, ideeën en gedachten aan de andere kant.
Hoe die beelden er uitzien en op welke manier we daarover nadenken is
volledig afhankelijk van de context waarin ze geplaatst zijn. De context is
sociaal, cultureel en historisch bepaald, wat bepaalde normen en waarden
met zich meebrengt.
Het beeld van ouder worden en ouderen
De associaties met ouder worden zijn over het algemeen heel verschillend,
soms is het positief en soms juist negatief. Aan de ene kant word ouder
gezien als ‘’genieten’’, ‘’mobiel blijven’’, ‘’vrijheid in keuzes maken en het
niet meer moeten’’. Aan de andere kant staat ‘’ongemakken’’, ‘’stijfheid’’,
‘’vallen’’, ‘’je lijf verandert’’, ‘’ minder jaren voor je’’ en ‘’het leven is
eindig’’.
Uit het POWER project blijkt dat ouderen inderdaad vinden dat je lichaam
verandert, je in moet leveren, maar dat je dat juist moet accepteren,
aanpassen en door moet gaan.
De positieve aspecten van het ouder worden verwijzen vooral naar
levenservaring en wijsheid van ouderen, terwijl negatieve aspecten vooral
verwijzen naar gegeneraliseerde persoonlijke eigenschappen en de
aftakeling die vaak inherent zijn aan de lichamelijke veroudering.
Ouder worden in de maatschappij
Het beeld van ouder worden en ouderen is in de maatschappij wel aan het
veranderen, volgens het POWER project. Er zijn positieve veranderingen in
de maatschappij, nieuwe initiatieven en activiteiten voor ouderen; er komt
meer aandacht voor ouderen.
Voor sommige deelnemers van POWER en de begeleiders, was “de vitale
oudere” het beeld van ouderen dat overheerst in Nederland. Dit beeld
wordt ook vooral voorgesteld in de media. Zij vonden dat dit beeld van
actieve en vitale ouderen vaak in tegenspraak is met dat van de
kwetsbare en eenzame ouderen, die er ook zijn.
Ouder worden en ouderdom: een levensfase als een andere
, Deelnemers aan het onderzoek van POWER hadden overwegend een
positief beeld van ouder worden, ondanks enkele negatieve kanten.
Ouderdom is een volwaardige levensfase met eigen ervaringen. Meer
aandacht voor positieve aspecten van veroudering is nodig. Door ouderen
actief te betrekken bij de samenleving, naar hen te luisteren en generaties
te verbinden, kunnen sociale isolatie en negatieve beelden worden
verminderd.
Bron: https://gerontijdschrift.nl/artikelen/beeldvorming-van-ouder-worden-
in-nederland/#:~:text=Volgens%20de%20deelnemers%20is
%20het,zouden%20de%20heersende%20beelden%20zijn.
Leeftijd
Ouder worden wordt meestal bekeken via chronologische leeftijd, wat de
basis vormt voor maatschappelijke indelingen zoals school, werk en
pensioen. Dit leidt tot een kille, rekenkundige benadering, waarbij mensen
en werkgevers beslissingen nemen op basis van leeftijd. Toch verschilt de
ervaring van ouder worden sterk per individu: het begint niet voor
iedereen op dezelfde leeftijd en hangt ook af van fysieke of mentale
veranderingen. Chronologische leeftijd lijkt eerlijk, maar houdt geen
rekening met persoonlijke verschillen.
Geleefde tijd
Een andere methode om de geleefde tijd te ordenen zijn levensfasen, bv:
kindertijd, puberteit, volwassenheid en ouderdom. Cicero formuleerde acht
levensfases waarin specifieke vaardigheden voor het leven geleerd
moeten worden. Deze methode ziet het leven als een continu proces,
maar rubriceert het leven in fasen.
Een derde manier om de voortgang van het leven te duiden is die van
de individuele levensloop, waarbij iedereen een eigen levenspad
bewandelt. Iedereen kan zichzelf de vraag stellen ‘’wie ben ik en wat wil ik
worden’’. Op deze manier heeft de mens gedeeltelijk zelf de mogelijkheid
om zijn of haar bestaan in te vullen. De mens wordt geboren op een
bepaalde locatie in de tijd en krijgt unieke bestaanscondities mee zoals
lichamelijke condities en intelligentie. Hiermee kan de mens het bestaan in
eigen hand nemen. Het individu bepaalt hoe het leven, inclusief het ouder
worden, wordt ingericht.
Zowel de chronologische indeling als de indeling in levensfasen worden
van buitenaf opgelegd en zijn statische begrippen. In de
levensloopbenadering staat het individu centraal. Het ouder worden is
voor ieder mens een uniek proces met eigen waarden.
Beleefde tijd