100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting van Goederenrecht (incl. uitwerking van jurisprudentie, colleges en vragen).

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
187
Geüpload op
14-09-2025
Geschreven in
2025/2026

Te koop: samenvatting van goederenrecht aan de OU. Ik heb dit vak gevolgd tijdens de premaster aan de OU (schakelzonerecht). De samenvatting bevat een samenvatting van het boek, uitwerking van de colleges, oefenvragen, jurisprudentie en oefententamens.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Ja
Geüpload op
14 september 2025
Aantal pagina's
187
Geschreven in
2025/2026
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Goederenrecht
Open Universiteit
Periode 4




VK1 29 april 2025
Het vermogensrecht bestaat uit:

, 1. Het verbintenissenrecht. Dit ziet op de rechtsverhouding tussen personen
onderling. Vorderingsrechten die uit een verbintenis voortvloeien gelden
slechts tegen een of enkele personen, en zijn daarom relatief.
2. Het goederenrecht. Dit heeft betrekking op de rechtsverhouding tussen
een persoon en een goed. Het recht op dit goed is absoluut: eenieder
moet het respecteren.

Het goederenrecht vinden we in:
- Boek 3 BW: vermogensrecht in het algemeen;
- Boek 5 BW: zakelijke rechten (dus rechten die betrekking hebben, enkel op
zaken en niet op andere goederen).

Art. 3:1 BW (goederen). Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten.
Art. 3:6 BW (vermogensrechten). Rechten die, hetzij afzonderlijk hetzij tezamen
met een ander recht, overdraagbaar zijn, of er toe strekken de rechthebbende
stoffelijk voordeel te verschaffen, ofwel verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in
het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel, zijn vermogensrechten.

Voorbeelden vermogensrechten: de vraag is eigenlijk of het recht in kwestie
enige economische waarde vertegenwoordigt.
1. Alle beperkte rechten (pandrecht, hypotheekrecht, vruchtgebruik,
erfdienstbaarheden, erfpacht en opstalrecht). Ook: een eigendomsrecht.
2. Rechten op prestaties (doen of nalaten). Vorderingen op naam = meest
‘gewone’ vordering (op grond van koopovereenkomst, geldlening of
onverschuldigde betaling etc.). order- en toondervorderingen: hier is altijd
een papier (veelal een akte): dat nodig is ook okm het te leveren.
Voorbeelden: de wissel. Het orderbriefje, cheque, kwitantie aan toonder,
obligatie, cognossement, ceel, aandelen in een NV die aan toonder zijn
gesteld.
3. Rechten op ideeën (zoals octrooirechten en auteursrechten).
4. Aandelen in rechtspersonen.
5. Lidmaatschapsrechten, concessies, veel vergunningen.
Goodwill zijn geen vermogensrechten.

Art. 3:2 BW (zaken). Zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke
objecten.
Art. 5:1 BW (eigendom). Eigendom is het meest omvattende recht dat een
persoon op een zaak kan hebben.
Eigendom ziet allen op zaken! De eigenaar van een vermogensrecht noemen we
‘rechthebbende’.

Hoe verkrijg je eigendom?
Er zijn tal van manieren.

Onderscheid derivatieve/originaire wijze van eigendomsverkrijging
Bij derivatieve verkrijging (derivatief betekent ‘afgeleid’) is sprake van opvolging
in het recht van een voorganger. Nemo plus beginsel!
Bij orginaire verkrijging vindt geen opvolging plaats in het recht van de
voorganger, maar verkrijg je een nieuw recht. Geen nemo plus beginsel!

Bekendste voorbeeld derivatieve wijze?
Overdracht. Vereisten voor overdracht:
Art. 3:83: het goed dat overgedragen wordt, dient overdraagbaar te zijn.
Art. 3:84 BW: er dient voldaan te zijn aan de vereisten voor overdracht, te weten:

, 1. Geldige titel;
2. Beschikkingsbevoegdheid (van degene die overdraagt);
3. Leveringshandeling.

Originaire wijze van eigendomsverkrijging:
Titel 2 van boek 5 geeft bepalingen over de verkrijging van roerende zaken, te
weten:
- Vruchttrekking (art. 5:1 lid 3 BW);
- Inbezitneming/occupatie (art. 5:4 BW);
- Vinderschap (art. 5:5-5:12 BW);
- Natrekking (5:14 BW);
- Vermenging (5:15 BW);
- Zaaksvorming (art. 5:16 BW).

Twee vormen van natrekking in het BW
1. Bestanddeelvorming (art. 3:4 BW);
2. Natrekking door de grond als een zaak onroerend is (art. 3:3 lid 1 BW).

Natrekking (art. 5:14 BW)
1. De eigendom van een roerende zaak die een bestanddeel wordt van een
andere roerende zaak die als hoofdzaak is aan te merken, gaat over aan
de eigenaar van deze hoofdzaak (= als er een hoofdzaak is aan te merken,
lid 1).
2. Indien er geen der zaken als hoofdzaak is aan te merken en zij toebehoren
aan verschillende eigenaars, worden deze mede-eigenaars van de nieuwe
zaak, ieder voor een aandeel evenredig aan de waarde van de zaak (= als
er GEEN hoofdzaak is aan te merken, lid 2).
3. Als hoofdzaak is aan te merken de zaak waarvan de waarde die van de
andere zaak aanmerkelijk overtreft of die volgens verkeersopvatting als
zodanig wordt beschouwd (hoe bepaal je wat een hoofdzaak is, lid 3).

Vermenging (art. 5:15 BW)
Worden roerende zaken die aan verschillende eigenaars toebehoren door
vermenging tot één zaak verenigd, dan is het vorige artikel (5:14 BW) van
overeenkomstige toepassing.
- Dus twee hoeveelheden van een substantie worden samengevoegd, en er
blijft slechts een hoeveelheid over.
- Dit geldt niet alleen voor vloeistoffen, maar voor alle niet-
individualiseerbare zaken (ook graan, appels en meel bijvoorbeeld).

Hoofdzaak (art. 5:14 lid 3 BW)
De zaak (…)
a. Waarvan de waarde die van de andere zaak aanmerkelijk overtreft, of
b. Die volgens verkeersopvatting als zodanig wordt beschouwd.

Aluminiumfabriek Zalco
Hier werd vloeibaar aluminium gemaakt. Deze fabriek ging failliet. Curator ging
proberen de schuldeisers te voldoen. Twee vragen:
a. Hoe bepaal je bij vloeistoffen wat de hoofdzaak is?
b. Wat gebeurt er met een pandrecht dat russte op de vloeistoffen, nadat
deze vermengd is met de andere vloeistof?
Indien sprake is van vermenging van twee of meer roerende zaken, dient de
vraag of een hoofdzaak kan worden aangewezen te worden beantwoord aan de
hand van de criteria van art. 5:14 lid 3 BW. Volgens die criteria kan een

, hoofdzaak worden aangewezen indien de waarde van één van de zaken die van
de andere aanmerkelijk overtreft of indien één van de zaken volgens
verkeersopvatting als hoofdzaak kan worden beschouwd. In een geval van
vermenging van gelijksoortige zaken geeft de verkeersopvatting geen bruikbaar
criterium, en is dus uitsluitend beslissend of één van de zaken de andere
aanmerkelijk in waarde overtreft. Mede gelet op de mogelijke rechtsgevolgen –
verlies van recht, hie hiervoor in 3.7.4, tweede zin – dient niet spoedig te worden
aangenomen dat het waarde verschil tussen de zaken ‘aanmerkelijk’ is
(rechtsoverweging 3.7.5).
ten aanzien van het pandrecht: ‘voor het geval dat geen van de zaken als
hoofdzaak kan worden aangewezen, bepaald art. 5:14 lid 2 BW dat een nieuwe
zaak ontstaat. Art. 5:15 BW brengt in verbinding met art. 5:14 BW in een zodanig
geval mee dat van rechtswege een nieuw pandrecht ontstaat op een aandeel in
de nieuwe zaak ten behoeve van degene die het pandrecht op de door
vermenging tenietgegane zaak had gevestigd. Weliswaar is dit niet met zoveel
woorden in de genoemde artikelen geregeld, maar het strookt met de inhoud en
strekking van die bepalingen dat zij ook in het hier aan de orde zijnde geval
bestrijken van vermenging van gelijksoortige zaken, op één waarvan een
pandrecht rust.

Het onderscheid tussen eigenlijke en oneigenlijke vermenging
Eigenlijke vermening: zojuist besproken;
Oneigenlijke vermenging: indien meerdere zaken bij elkaar komen en het wel
individualiseerbare zaken blijven, maar het niet meer aan te wijzen is wat welke
zaak is. is geen vermenging in de zin van art. 5:15 BW.

Teixera de Mattos
Taixera heeft allerlei toonderpapieren van aandelen in bewaring. Deze papieren
liggen in een groot depot bij elkaar. 1966: bank gaat failliet. In het depot liggen 4
aandelen Nillmij. Mulder: 1 aandeel Nillmij in bewaring. Peijnenburg: 3 aandelen
Nillmij in bewaring.
HR: dat, indien iemand een bepaalde onder ee andere berustende roerende zaak
als zijn eigendom opvordert, de gedaagde die de eigendom van eiser betwist,
kan volstaan met gemotiveerd ontkennen dat het goed aan de eiser toebehoort;
dat de eiser dan nader moet uiteenzetten waarom de zaak zijn eigendom is en
het bewijs van de door hem in dit verband gestelde feiten moeten leveren; dat
de in het onderdeel aangegeven feiten en omstandigheden hierin te deze geen
verandering brengen.

Art. 3:109 jo. 3:119 BW
Wie een goed houdt, wordt vermoed dit voor zichzelf te houden. De bezitter van
een goed wordt vermoed rechthebbende te zijn.

Van boom:
Bij oneigenlijke vermenging wordt je dus geen eigenaar op grond van art. 5:15 jo
5:14 BW, maar op grond van het bewijsvermoeden van art. 3:109 jo. 3:119 BW.

Zaaksvorming (art. 5:16 BW)
Indien iemand uit een of meer roerende zaken een nieuwe zaak vormt, wordt
deze eigendom van de eigenaar van de oorspronkelijke zaken. Behoorden deze
toe aan verschillende eigenaars, dan zijn de vorige twee artikelen van
overeenkomstige toepassing (lid 1).

Belangrijk om lid 1 en 2 goed te onderscheiden.
€9,66
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
jasperabcde19

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
jasperabcde19 Open Universiteit
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
2 maanden
Aantal volgers
0
Documenten
1
Laatst verkocht
1 maand geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen