100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Uitgebreide samenvatting Goederenrecht + aantekeningen lessen en belangrijke jurisprudentie - Schakelzone recht Open Universiteit

Beoordeling
4,0
(1)
Verkocht
8
Pagina's
143
Geüpload op
02-08-2025
Geschreven in
2025/2026

Samenvatting voor het vak goederenrecht aan de Open Universiteit. De samenvatting bevat de voorgeschreven literatuur, de belangrijkste jurisprudentie en de aantekeningen van de lessen met de daarbij gegeven opdrachten. De samenvatting is geschreven in het kader van de Schakelzone recht. Door middel van deze samenvatting heb ik het vak in de eerste kans met een 7,7 afgesloten.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Ja
Geüpload op
2 augustus 2025
Aantal pagina's
143
Geschreven in
2025/2026
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

UITGEBREIDE SAMENVATTING
GOEDERENRECHT
W.H. Boom, Goederen- en zekerhedenrecht, uitgever Boom Juridisch, Den Haag 2023




Gemaakt door: Fleur te Wierik
Jaar: 2024-2025
Module: RS0122-242544S

,Leereenheid 1
H2 en H3

Hoofdstuk 2 – Een eerst overzicht

Paragraaf 2.1 vermogensrecht in het algemeen
In het burgerlijk wetboek vinden wij de kern van het geschreven vermogensrecht. Kort gezegd houdt
het vermogensrecht zich bezig met de bestanddelen van vermogen van personen, de goederen en
schulden. Het vermogensrecht verdelen wij onder het goederenrecht en het verbintenissenrecht.

Het goederenrecht bepaalt onder meer:
• Of en hoe bepaalde objecten of waardes als goederen geclassificeerd kunnen worden;
• Welke verhoudingen van personen tot goederen onderscheiden worden;
• Hoe een persoon goederen verkrijgt en verliest;
• Hoe het vermogen van personen moet worden vastgesteld;
• Hoe op het vermogen van personen verhaal mogelijk is, hoe het kan worden uitgewonnen en
wat daarbij de rangorde is.

Personen zijn ofwel natuurlijke personen – mensen van vlees en bloed – ofwel rechtspersonen.

Elk persoon heeft een vermogen, maar wat dat precies is, wordt nergens in de wet omschreven. Uit
het stelsel van de wet volgt echter dat het vermogen van een persoon bestaat uit het geheel van
goederen en schulden dat aan deze persoon toebehoort. Het verband tussen die twee onderdelen
van het vermogen is als volgt: de goederen van een persoon artikel 3:1 BW vormen zijn
verhaalsvermogen dat uitwinbaar is voor zijn schulden artikel 3:276 BW.

Of een persoon een concrete schuld uit een verbintenis heeft (debiteurschap, schuldenaarschap) en
of een persoon een vorderingsrecht uit een verbintenis heeft (crediteurschap, schuldeiserschap)
wordt vooral door het verbintenissenrecht bepaald. Of een persoon rechthebbende is van een
concreet goed wordt vooral door het goederenrecht bepaald: daar vinden wij de wijzen van
verkrijging van goederen en de reikwijdte van beschikkingsbepalingen over die goederen.

Absolute of relatieve rechten
Subjectieve vermogensrechten worden onderverdeeld in relatieve en absolute rechten. Men
spreekt ook wel over rechten in personam en rechten in rem. In de klassieke verdeling gaat het:
• Goederenrecht over de absolute rechten
• Verbintenissenrecht over de relatieve rechten

Een relatief recht is een aanspraak tegenover een bepaalde persoon, terwijl het absolute recht de
verhouding tussen een persoon en een goed definieert. Het absolute recht van een persoon op een
goed is tegenover iedereen uit te oefenen – zoals het eigendomsrecht.

§ Een voorbeeld van een relatief recht is het vorderingsrecht. Dit is een recht tegenover elkaar
en niet tegenover een ieder.

Het begrip goederen
Volgens artikel 3:1 BW zijn goederen onder te verdelen in zaken en vermogensrechten. Zaken zijn
voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten, aldus artikel 3:2 BW. Volgens artikel 3:6
BW zijn vermogensrechten rechten die:
a. Hetzij afzonderlijk hetzij tezamen met een ander recht overdraagbaar zijn
b. Ertoe strekken de rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen
c. Of verkregen zijn in ruil voor verstrekt of in het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel.

,Voorbeelden van vermogensrechten zijn: rechten van intellectuele eigendom, aandelen in een
kapitaalvennootschap, vorderingsrechten en beperkte rechten op een goed.

Paragraaf 2.2 een aantal beginselen en uitgangspunten
Het meest omvattende recht
Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben artikel 5:1 BW.
Eigendom van een zaak geeft de eigenaar de exclusieve aanspraak, met uitsluiting dus van anderen,
om van een zaak te genieten, de zaak te gebruiken en te verbruiken of ook niet te gebruiken, te
beschadigen en te vernietigen, het recht om vrucht te trekken van de zaak, de zaak te vervreemden
en bezwaren artikel 3:83 BW en ook de exclusieve verantwoordelijkheid om de risico’s van de zaak
te dragen.
§ De eigenaar kan zich verweren tegen inbreuken en kan zijn eigendom opeisen van een ieder
die het zonder recht houdt artikel 5:2 BW en dus ook uit de failliete boedel van die persoon.

Beter dan het eigendom wordt het dus niet. Deze toppositie van de eigenaar geldt breder voor het
toebehoren van goederen, dus voor het meest omvattende recht op goederen in algemene zin. Zoals
bekend reserveren wij het begrip eigendom voor de rechtsverhouding van personen en zaken, dus
tot de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten van artikel 3:2 BW.

We spreken meestal van ‘rechthebbende’, ‘toebehoren’ of ‘gerechtigd’ als het gaat om het meest
omvattende absolute recht op vermogensrechten en, algemener, goederen.

Numerus clausus – gesloten systeem
Bij overeenkomsten geldt contractsvrijheid als een van de leidende beginselen: men kan de
verbintenisrechtelijke rechtsverhouding zo vormgeven als partijen goeddunkt, zo wordt wel gezegd.

Het goederenrecht daarentegen is een gesloten systeem. De gedachte is dat in het goederenrecht
niet partijautonomie maar numerus clausus centraal staat: de wet bepaalt wat als
goederenrechtelijke figuur erkend wordt en wat niet. Het goederenrecht is dus grotendeels dwingend
recht.

Het goederenrechtelijke systeem is gebouwd op de fundamenten van het eigendomsbegrip. Artikel
3:81 lid 1 BW bepaalt dat hij aan wie een zelfstandig en overdraagbaar recht toekomt, binnen de
grenzen van dat recht de in de wet genoemde beperkte rechten kan vestigen. Daaruit volgt dat alleen
de in de wet genoemde rechten gevestigd kunnen worden (gesloten systeem). De wet erkent als
beperkt recht bepaalde genotsrechten (gebruiksrechten) en zekerheidsrechten.

Genotsrechten Zekerheidsrechten
Vruchtgebruik artikel 3:201 BW Pand- en hypotheekrecht artikel 3:227 lid 1 BW
Erfdienstbaarheid artikel 5:70 lid 1 BW
Opstalrecht artikel 5:101 lid 1 BW
Erfpacht artikel 5:85 lid 1 BW

Wat niet op deze lijst staat, wordt niet erkend als een beperkt recht. Als een afspraak tussen twee
partijen niet valt te kwalificeren als een van deze beperkte rechten, dan is het dus waarschijnlijk
hooguit een verbintenisrechtelijke rechtsverhouding.

Dispositievrijheid
Elke persoon heeft een vermogen en is vrij en bekwaam om door middel van rechtshandelingen
goederen te verweren en te vervreemden. De rechthebbende van een goed is vrij, autonoom en
bekwaam om over dat goed te beschikken: om te vervreemden of te bezwaren met een beperkt
recht. Dit noemt men dispositievrijheid. Het komt voort uit de status van goederen en de status van
personen in onze maatschappij.

, De vrijheid om de disponeren maakt dat de rechthebbende volstrekt beschikkingsbevoegd is over
zijn goed. Soms wordt de rechthebbende zijn bekwaamheid om rechtshandelingen te verrichten,
ontnomen. Ook kan de bevoegdheid om te beschikken worden ontnomen, bijvoorbeeld bij een
faillietverklaring. In dat geval verliest de rechthebbende de bevoegdheid om zijn vermogen te
beheren en erover te beschikken en wordt zijn vermogen te gelde gemaakt en verdeeld ten behoeve
van gezamenlijkheid van zijn crediteuren.

Alle goederen zijn uitwinbaar voor de schulden van de rechthebbende
De goederen van een persoon vormen zijn verhaalsvermogen dat uitwinbaar is voor zijn schulden
artikel 3:276 BW. Uitwinbaarheid van goederen veronderstelt materiële verhaalsbevoegdheid, de
bevoegdheid van een persoon om zich te verhalen op de goederen van een ander. Die
verhaalsbevoegdheid verloopt in beginsel via de verbintenis.

In artikel 3:276 BW liggen drie uitgangspunten besloten:
a. Is bevoegd zich te verhalen op de goederen van B als A de crediteur is van B.
b. Goederen van een ander zijn dan niet uitwinbaar voor de schuld van B aan A
c. Als A crediteur is van B, dan is hij bevoegd om zijn vordering te verhalen op elke goed van zijn
debiteur.

Naast het begrip ‘materiële verhaalsbevoegdheid’ is er ook een formeel aspect. Als men wil
meedelen in de opbrengst van een goed, dan doet men zich in beginsel ‘melden’ in de procedure
waarbinnen de verdeling van de opbrengst plaatsvindt. Dat kan dus bijvoorbeeld een verhaalsbeslag
betreffen of een faillissement. Wie zich kort gezegd niet tijdig en volgens de formele regels ‘meldt’ is
misschien materieel gerechtigd, maar krijgt toch niets.

Bij het verdelen van de opbrengst van de uitwinning zijn alle schuldeisers in beginsel gelijk: alle
crediteuren die mogen delen in de netto-opbrengst, worden gelijk behandeld zodat zij met
inachtneming van de omvang van hun vorderingen ‘pondspondsgewijs’ een evenredig deel van de
opbrengst krijgen, ongeacht het moment waarop de vorderingen zijn ontstaan. Deze hoofdregel
vormt uit artikel 3:277 BW. Men spreekt in dit verband ook wel van de pari passu-regel of van de
paritas creditorum. De crediteuren die op deze wijze gelijkelijk worden behandeld, worden wel
aangeduid als crediteuren met een concurrente vordering.

De wet geeft in bepaalde gevallen aan bepaalde schuldeisers voorrang (preferentie) boven anderen.
Artikel 3:278 BW geeft een opsomming van de gronden voor voorrang: pand, hypotheekrecht,
voorrecht en ‘andere in de wet aangegeven gronden’. De gronden voor voorrang maken dus
onderdeel uit van een gesloten wettelijk stelsel.

Droit de suite, zaaksgevolg, volgrecht
Een goederenrechtelijke recht dat op een goed rust, blijft daar in beginsel op rusten ook als het goed
in handen komt van een ander. Dit uitgangspunt noemt men wel zaaksgevolg, volgrecht, droit de
suite of goederenrechtelijk gevolg.

Het goederenrechtelijk recht is geen loutere afspraak tussen partijen. Dus als eigenaar A een recht van vruchtgebruik
vestigt op de eigendom van zijn zaak ten behoeve van B, dan heeft B het recht van vruchtgebruik. Dat recht blijft op de
eigendom van de zaak rusten, ook als A zijn zaak verkoopt en de eigendom ervan overdraagt aan C. De nieuwe
eigenaar C zal in beginsel het vruchtgebruik van B moeten respecteren. Het recht van B heeft droit de suite. Doordat A
zijn eigendom heeft bezwaard met het vruchtgebruik, is hij niet langer bevoegd om te beschikken over een
onbezwaarde eigendom.

Publiciteit, specialiteit, eenheid
Het publiciteitsbeginsel, ook wel het kenbaarheidsbeginsel, vergt dat goederenrechtelijke
aanspraken voor de buitenwereld kenbaar worden gemaakt. Als derden de rechtstoestand van een
goed kunnen kennen, dan draagt dat bij aan de voorspelbaarheid en stabiliteit van het
goederenrechtelijk systeem. Deze gedachte ligt ten grondslag aan onze openbare registers voor

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle reviews worden weergegeven
1 week geleden

4,0

1 beoordelingen

5
0
4
1
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
fleurtewierik Open Universiteit
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
67
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
1
Documenten
11
Laatst verkocht
1 dag geleden

4,2

5 beoordelingen

5
2
4
2
3
1
2
0
1
0

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen