Samenvatting Internationaal
arbeidsrecht
Week 1
Wat is internationaal arbeidsrecht? Arbeidsrelaties waar een grensoverschrijdend tintje aan zit. Dit
gaat niet alleen over arbeidsovereenkomsten, kan ook gaan over zzp’ers, studieovereenkomst ect.
De verdragen die de EU vormgeven:
- Verdrag over de Europese Unie (EU-verdrag)
Hierin staat wat de EU is, welke instellingen erbij horen, grondbeginselen, waarden en de
gebieden waarop de EU beleid voert.
- Verdrag over de werking van de Europese Unie (VWEU of Werkingsgedrag)
Hierin staan meer details over beleidsterreinen
Inhoud werkingsverdrag = vrij verkeer van diensten en werknemers
Brochure – Hoe werkt de Europese Unie?
De EU bestaat in essentie uit de lidstaten (de 28 landen die lid zijn van de Unie) en hun burgers. Het
unieke kenmerk van de EU is dat deze landen, hoewel zij soeverein en onafhankelijk blijven, een deel
van hun ‘soevereiniteit’ hebben gebundeld om zo meer gewicht in de schaal te kunnen leggen en van
schaalvoordelen kunnen profiteren. Dit betekend in de praktijk dat de lidstaten
besluitvormingsbevoegdheden aan de door hen gecreëerde gemeenschappelijke instellingen
overdragen. Zodat beslissingen over specifieke onderwerpen van algemeen belang democratisch
kunnen worden genomen.
De EU is opgericht in 1950.
De Europese Unie functioneert als een rechtstaat. Dat betekent dat alles wat de EU doet, gebaseerd
is op Verdragen waarmee alle EU-landen vrijwillig en op democratische wijze hebben ingestemd.
Het verdrag over stabiliteit, coördinatie en governance (TSCG) in de Economische en Monetaire Unie
is een intergouvernementeel verdrag dat in maart 2012 door alle EU-lidstaten behalve Tsjechië en
het VK is ondertekent. Het is geen EU-Verdrag maar een intergouvernementeel verdrag en de
bedoeling is dat het deel zal worden van het EU-recht. Het verplicht landen om strikte regels in te
voeren om het evenwicht van de overheidsbegroting te garanderen en versterkt de governance van
de eurozone.
De voorloper van de EU is de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.
Bij de besluitvorming op EU-niveau zijn verschillende Europese instellingen betrokken, met name:
- Het Europees Parlement, dat de burgers van de EU vertegenwoordigt en dat rechtstreeks
door hen is verkozen
- De Europese Raad, bestaande uit de staatshoofden en regeringsleiders van de EU-lidstaten
- De Raad, die de regeringen van de EU-lidstaten vertegenwoordigt
- De Europese Commissie, die de belangen van de EU in haar geheel vertegenwoordigt.
,De Europese Raad geeft de algemene politieke richting en de prioriteiten van de EU aan, maar heeft
geen wetgevende taak. In het algemeen wordt nieuwe wetgeving door de Europese Commissie
voorgesteld en door het Parlement en de Raad vastgesteld. De lidstaten en de Commissie zorgen
vervolgens voor de tenuitvoerlegging.
Verordening een wet die in alle lidstaten rechtstreeks van toepassing en bindend is. Een
verordening hoeft niet door de lidstaten in nationaal recht omgezet te worden, maar het kan
noodzakelijk zijn nationale wetten aan te passen als die in strijd zijn met de verordening. Doel =
harde norm opleggen
Richtlijn een wet die de lidstaten of een groep lidstaten, ertoe verplicht een specifiek doel te
bereiken. Richtlijnen moeten normaliter wel in nationaal recht omgezet worden om effect te hebben.
Een belangrijk aspect is dat een richtlijn alleen aangeeft welk doel er bereikt moet worden. Het is aan
de afzonderlijke lidstaten te besluiten hoe dat precies gedaan zal worden. Doel = harmonisering
nationale wetten
Besluit kan gericht zijn tot lidstaten, groepen, personen of zelfs individuen. Het is verbindend in al
zijn onderdelen.
, Elk Europees wetsbesluit is gebaseerd op een welbepaald Verdragsartikel, aangeduid als de
‘rechtsgrondslag’ van de wetgeving. Daardoor wordt bepaald welke wetgevingsprocedure gevolgd
moet worden. Het merendeel van de EU-wetgeving wordt aangenomen door middel van de gewone
wetgevingsprocedure. In deze procedure deelt het Europees Parlement de wetgevende bevoegdheid
met de Raad.
Er zijn ook andere wetgevingsprocedures mogelijk, afhankelijk van het onderwerp van het voorstel.
- Raadplegingsprocedure
arbeidsrecht
Week 1
Wat is internationaal arbeidsrecht? Arbeidsrelaties waar een grensoverschrijdend tintje aan zit. Dit
gaat niet alleen over arbeidsovereenkomsten, kan ook gaan over zzp’ers, studieovereenkomst ect.
De verdragen die de EU vormgeven:
- Verdrag over de Europese Unie (EU-verdrag)
Hierin staat wat de EU is, welke instellingen erbij horen, grondbeginselen, waarden en de
gebieden waarop de EU beleid voert.
- Verdrag over de werking van de Europese Unie (VWEU of Werkingsgedrag)
Hierin staan meer details over beleidsterreinen
Inhoud werkingsverdrag = vrij verkeer van diensten en werknemers
Brochure – Hoe werkt de Europese Unie?
De EU bestaat in essentie uit de lidstaten (de 28 landen die lid zijn van de Unie) en hun burgers. Het
unieke kenmerk van de EU is dat deze landen, hoewel zij soeverein en onafhankelijk blijven, een deel
van hun ‘soevereiniteit’ hebben gebundeld om zo meer gewicht in de schaal te kunnen leggen en van
schaalvoordelen kunnen profiteren. Dit betekend in de praktijk dat de lidstaten
besluitvormingsbevoegdheden aan de door hen gecreëerde gemeenschappelijke instellingen
overdragen. Zodat beslissingen over specifieke onderwerpen van algemeen belang democratisch
kunnen worden genomen.
De EU is opgericht in 1950.
De Europese Unie functioneert als een rechtstaat. Dat betekent dat alles wat de EU doet, gebaseerd
is op Verdragen waarmee alle EU-landen vrijwillig en op democratische wijze hebben ingestemd.
Het verdrag over stabiliteit, coördinatie en governance (TSCG) in de Economische en Monetaire Unie
is een intergouvernementeel verdrag dat in maart 2012 door alle EU-lidstaten behalve Tsjechië en
het VK is ondertekent. Het is geen EU-Verdrag maar een intergouvernementeel verdrag en de
bedoeling is dat het deel zal worden van het EU-recht. Het verplicht landen om strikte regels in te
voeren om het evenwicht van de overheidsbegroting te garanderen en versterkt de governance van
de eurozone.
De voorloper van de EU is de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal.
Bij de besluitvorming op EU-niveau zijn verschillende Europese instellingen betrokken, met name:
- Het Europees Parlement, dat de burgers van de EU vertegenwoordigt en dat rechtstreeks
door hen is verkozen
- De Europese Raad, bestaande uit de staatshoofden en regeringsleiders van de EU-lidstaten
- De Raad, die de regeringen van de EU-lidstaten vertegenwoordigt
- De Europese Commissie, die de belangen van de EU in haar geheel vertegenwoordigt.
,De Europese Raad geeft de algemene politieke richting en de prioriteiten van de EU aan, maar heeft
geen wetgevende taak. In het algemeen wordt nieuwe wetgeving door de Europese Commissie
voorgesteld en door het Parlement en de Raad vastgesteld. De lidstaten en de Commissie zorgen
vervolgens voor de tenuitvoerlegging.
Verordening een wet die in alle lidstaten rechtstreeks van toepassing en bindend is. Een
verordening hoeft niet door de lidstaten in nationaal recht omgezet te worden, maar het kan
noodzakelijk zijn nationale wetten aan te passen als die in strijd zijn met de verordening. Doel =
harde norm opleggen
Richtlijn een wet die de lidstaten of een groep lidstaten, ertoe verplicht een specifiek doel te
bereiken. Richtlijnen moeten normaliter wel in nationaal recht omgezet worden om effect te hebben.
Een belangrijk aspect is dat een richtlijn alleen aangeeft welk doel er bereikt moet worden. Het is aan
de afzonderlijke lidstaten te besluiten hoe dat precies gedaan zal worden. Doel = harmonisering
nationale wetten
Besluit kan gericht zijn tot lidstaten, groepen, personen of zelfs individuen. Het is verbindend in al
zijn onderdelen.
, Elk Europees wetsbesluit is gebaseerd op een welbepaald Verdragsartikel, aangeduid als de
‘rechtsgrondslag’ van de wetgeving. Daardoor wordt bepaald welke wetgevingsprocedure gevolgd
moet worden. Het merendeel van de EU-wetgeving wordt aangenomen door middel van de gewone
wetgevingsprocedure. In deze procedure deelt het Europees Parlement de wetgevende bevoegdheid
met de Raad.
Er zijn ook andere wetgevingsprocedures mogelijk, afhankelijk van het onderwerp van het voorstel.
- Raadplegingsprocedure