100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Inleiding in het Nederlandse recht blok 1 jaar 1 HBO rechten HVA - hoofdstukken t/m 4- Inleiding in het Recht (1100INLR22)

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
25
Geüpload op
09-07-2025
Geschreven in
2024/2025

Samenvatting Inleiding in het Nederlandse recht blok 1 jaar 1 HBO rechten HVA - hoofdstukken 1 t/m 4- Inleiding in het Recht (1100INLR22) inleiding in het recht - blok 1 - jaar 1 - hbo rechten- rechtsbronnen-rechtsgebieden-voorrang wetgeving-delegatie-attributie-democratische rechtsstaat-trias politica-materieel en formeel recht

Meer zien Lees minder










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Hoofdstuk 1 §1t/m5, h2 §1t/m3 + 5, h3 §1t/m5 + 7, h4 §1
Geüpload op
9 juli 2025
Aantal pagina's
25
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Inleiding in het recht
§1 Inleiding
Het recht is een van de mechanismen dat de taak heeft conflicten te voorkomen en op te lossen, het tracht de
vrede in de samenleving te bewaren door de belangen te beschermen, hierbij speelt de overheid een belangrijke
rol.
Functies van het recht:
Rechtsregels hebben als doel menselijke gedragingen te ordenen en daarmee ook te uniformeren, doordat ze voor
iedereen gelijkelijk van kracht zijn. Deze ordening van menselijk gedrag gebeurt door het vaststellen van
voorschriften, waarin gedragingen worden benoemd in termen van bevoegdheden en verplichtingen, vaak houden
deze een gebod of verbod in.
Regels moeten worden gehandhaafd: er wordt toezicht uitgeoefend op de niet-naleving ervan en dat conflicten
daarover aan de rechten kunnen worden voorgelegd.
Kort: Het recht ordent menselijk gedrag door het stellen van regels. Daarnaast zorgt het recht dat die regels
worden gehandhaafd door geschillenbeslechting.


§2 De rechtsbronnen
Recht: het geheel van geldende rechtsregels
Positief/ Objectief recht: optelsom van alle rechtsregels die op dit moment gelden in Nederland. Hiertoe behoren
evenmin de rechtsregels die nog niet zijn ingevoerd en zijn afgeschaft, deze hebben wel invloed, maar geen
rechtskracht. (Door de mensen gemaakt recht)

Natuurrecht: het recht dat voor iedereen geldt ongeacht tijd of plaats, omdat het door de natuur is gegeven. Het
gaat om universele waarden en normen die zijn voortgekomen uit de natuur, zonder dat de mens daaraan te pas is
gekomen. (Tegenwoordig geen rol in het rechtsleven)

Objectief recht: ordenen de verhoudingen tussen personen door aan hen bevoegdheden en verplichtingen toe te
kennen, deze vormen geen doel op zichzelf. Ze dienen ertoe om in de concrete werkelijkheid steeds te worden
toegepast, zodra het in de regel beschreven geval zich voordoet en komen op die manier als het ware tot leven.
(Voorbeeld art. 4, kiesrecht, komt tot leven in geval van verkiezingen)

Subjectief recht: de bevoegdheid die iemand in een concreet geval aan een regel van objectief recht ontleent.

A wordt mishandeld door B, Objectieve recht (dat voor iedereen geldt) wordt geschonden. A vereist
schadevergoeding van B, dus geschonden Objectieve recht leidt tot subjectieve rechten die van pas komen die
gelden voor een specifiek groep of bepaald individu.
De samenhang tussen objectief en subjectief recht: iedere individuele bevoegdheid die iemand jegens een ander
of jegens alle anderen kan doen gelden moet altijd berusten op algemene regel. (Als dit niet geval is heb je
juridisch niets)

Dus 2 betekenissen van het recht:
1. Algemene regel (Law)
2. Individuele bevoegdheid (right- subjectief recht)

,Rechtsbronnen
Rechtsbronnen: bronnen waaruit het geldend recht als het ware voortvloeit. Hierbij gaat het om de vorm waarin de
rechtsregels zich voordoen, en niet om de rechtsregels. Rechtsbronnen zijn geldende rechtsregels dus positief
recht. 1e 4 zijn traditionele.
1. De wet:
2. De jurisprudentie/ de rechtspraak
3. De gewoonte
4. Verdragen en sommige besluiten van internationale organisaties
5. Algemene rechtsbeginselen
6. Gepubliceerde beleidsregels



1. Elk algemeen geldende geschreven rechtsregel die afkomstig is van een tot wetgeving bevoegd
overheidsorgaan. Vastgesteld door wetgever.
2. Rechters worden geconfronteerd met wetten waarin minder duidelijke regels staan/ soms ontbreek een
wettelijke regel. In zo’n geval maakt de rechter een nader regel of formuleert hij zelfstandig een nieuwe
regel. Als andere rechters in latere geschillen deze ook toepassen, is er sprake van jurisprudentie
(rechtersrecht). Jurisprudentie heeft de iure – dat wil zeggen strikt juridisch – niet dezelfde rechtskracht
als het wettelijke recht, maar de facto – dat wil zeggen in de praktijk wel. De rechter is namelijk niet
formeel aan de rechtspraak als rechtsbron verbonden, zoals hij wel is aan de wet.
3. Zelfstandige bron van positief recht. In een geschil kan de rechter de geldigheid van zo’n rechtsregel uit
het gewoonterecht beoordelen. Als hij tot de slotsom komt dat een bepaalde regel van gewoonterecht
bestaat, kan hij die in zijn vonnis onder woorden brengen en hem vervolgens toepassen in het geschil.
4. Overeenkomst tussen staten. Soms voor burgers rechtstreeks werkend. Zelfde werking als gewone
rechten; daarom dus ook positief recht
5. Algemeen erkende basisprincipes die ten grondslag liggen aan wet- en regelgeving en op die manier het
fundament vormen van een rechtssysteem. (Meeste niet met veel woorden in de wet neergelegd).
Voorbeelden: gelijkheidsbeginsel, redelijkheid en billijkheid, rechtszekerheidsbeginsel, proportionaliteit
en subsidiariteit en het adagium ‘geen straf zonder schuld’.
6. Beleidsregels zijn een soort (interne) instructienormen waarin een bestuursorgaan bepaalt hoe het zijn
bevoegdheden uitoefent. Bijvoorbeeld over hoe het bij het nemen van een besluit de belangen afweegt,
de feiten vaststelt en de wettelijke voorschriften uitlegt. (Leidraad-arresten uit 1990 oordeelt de hoge raad
dat de beleidsregels ook rechtsbron zijn, mits zij op een behoorlijke manier zijn bekend gemaakt.

§3 Nationaal en internationaal recht
Binnen zijn grondgebied bepaalt ieder land de omvang en inhoud van zijn nationale rechtstelsel. Het staat ieder
land in beginsel vrij in zijn wetgeving te regelen wat het nodig acht, en te bepalen welke bevoegdheden aan het
bestuur eb de rechterlijke macht toekomen = Soevereiniteit verschijnsel. Dit geldt zowel naar buiten als naar
binnen. Soevereine staten oefenen hun overheidsmacht in volledige onafhankelijkheid uit. Zij dulden daarbij geen
inmenging van andere staten. Dat staten naar binnen soeverein zijn, blijkt uit het feit dat de overheid in elk land in
beginsel de exclusieve bevoegdheid bezit tot wetgeving, bestuur en rechtspraak.
Als een land eigen regels mag bepalen zonder andere landen.

Kortheidshalve internationaal recht: binnen staten geldt ook recht van internationale oorsprong. Veel landen is
ook het verdrag een van de rechtsbronnen, daarom bevat het nationale recht ook regels van internationale
oorsprong.
Volkerenrecht/ internationaal publiekrecht: deel van het internationaal recht dat rechtsregels bevat over het
verkeer tussen staten onderling en het verkeer tussen staten en internationale organisaties.
Dit bestaat voornamelijk uit verdragen, besluiten van internationale organisaties en regels van gewoonterecht.

, Verdrag: schriftelijke, bindende regeling tussen staten onderling of tussen staten en internationale organisaties.

Een bijzonder type verdragen wordt gevormd door verdragen die ingrijpen in de soevereiniteit van de aangesloten
staten; verdragen met rechtsregels die rechtstreeks binnen de nationale rechtsorde van een staat gelden;
Rechtstreekse werking2.

ERVM: Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden. (Tot stand
onder hoede van raad van Europa)

Raad van Europa: na WOII door West-Europese staten opgericht. Na de val van de muur zijn veel landen uit het
voormalige Oostblok toegetreden, waardoor het EVRM nu in vrijwel alle Europese staten rechtskracht heeft. Na
WOII is in EVRM vastgelegd dat elk individu eigen, onvervreemdbare rechten heeft die de staat moet respecteren:
grondrechten.

Incorporatiesysteem: rechtsregels uit een verdrag kunnen deel uitmaken ban het nationale recht zonder dat eerst
omzetting in nationaal recht nodig is.; Werking in NL; vrijwillige inperking van zijn soevereiniteit.

Verdragen met eigen rechtsorde1: verdrag waarbij bevoegdheden tot wetgeving, bestuur en rechtspraak zijn
opgedragen aan een internationale organisatie; eigen rechtsorde.

Europees unierecht/ recht van de EU: geheel van rechtsregels afkomstig van de EU.
Een regel of besluit van internationale herkomst voorrang heeft boven de nationale regel. Daarbij geldt als
voorwaarde dat de regel of het besluit in NL een ieder naar zijn inhoud kan verbinden. Als een regel van NL recht in
strijd is met een bepaling van het EVRM, de NL regel buiten toepassing moet blijven.

Door de werking van het incorporatiesysteem van art. 93 Grondwet en de voorrangsregel van art. 94 Grondwet die
op dat systeem berust, neemt het internationaal recht een dominante plaats om binnen de Nederlandse
rechtsorde.



§4 Materieel en formeel recht.
2 belangrijke functie van het recht:
1. Ordening van het menselijk gedrag door het stellen van rechtsregels
2. Handhaving van die regels door geschilbeslechting.

Positieve recht: 1. regels die aan personenrechten verlenen/ plichten opleggen 2. Regels die aangeven hoe
geschillen over de juiste toepassing van deze regels in concrete gevallen moeten worden beslecht in een juridisch
proces.

Materieel recht: regels die betrekking hebben op de rechten en plichten van personen in hun onderling verkeer. Op
inhoud gericht.
Formeel/ proces recht: regels over de wijze van procederen bij de rechter.

Materieel recht heb je dagelijks mee te maken, alleen bij moeilijkheden heb je te maken met proces recht alleen

Elk rechtsgebied maakt dit onderscheid behalve staatsrecht. Dus strafrecht, bestuursrecht en privaatrecht,
hebben elk een eigen structuur, eigen rechters en eigen regels van procesrecht.

PRIVAATRECHT =BURGERLIJK RECHT = CIVIELRECHT , synoniemen
€7,96
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
loramacbook

Ook beschikbaar in voordeelbundel

Thumbnail
Voordeelbundel
Samenvatting van de behandelde hoofdstukken in jaar 1 HBO rechten uit het boek inleiding in het Recht
-
2 2025
€ 16,14 Meer info

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
loramacbook Hogeschool van Amsterdam
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
5 maanden
Aantal volgers
0
Documenten
5
Laatst verkocht
4 maanden geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen