Week 1: Psychiatrisch onderzoek & visie
1. heeft kennis van de algemene psychiatrie zoals staat beschreven in
Clijsen e.a hoofdstuk 1 & 2 van leerboek psychiatrie (Koenen & Van
Piere, 2015) en kan ervaringen, voorkennis benoemen over
psychiatrie binnen de les.
Psychiatrie is een medisch specialisme dat zich richt op het onderzoeken,
diagnosticeren, behandelen en voorkomen van psychische aandoeningen.
Psychiatrische aandoeningen beïnvloeden de gedachten, emoties,
gedragingen en het functioneren van een persoon. De psychiatrie heeft als
doel het welzijn van patiënten te verbeteren door zowel de symptomen
van de aandoening te behandelen als de onderliggende oorzaken te
begrijpen. Het vakgebied houdt zich bezig met een breed scala aan
aandoeningen, van stemmingsstoornissen (zoals depressie) tot ernstige
psychotische aandoeningen (zoals schizofrenie). Behandelingen kunnen
variëren van medicatie en psychotherapie tot sociale ondersteuning en
rehabilitatie.
Psychopathologie: alle ziektebeelden die te maken hebben met de
menselijke geest
Soorten:
- Psychiatrie is een medisch vakgebied die vooral kijkt naar het
zenuwstelsel en hoe zich dat verhoudt met de psychiatrische stoornis.
Door het gebruik van psychofarmaca wordt het zenuwstelsel beïnvloed.
- Klinisch psychologie is een sociale wetenschap waarbij het levensverhaal
van iemand een rol speelt. Behandeling door middel van
gespreksvaardigheden.
Psycho-orthologie: ‘gezonde’ psychologie
Voorwaarden voor psycho-orthologie:
Aanspreekbaarheid
Zelfreflectie
Educatieve vermogens
Gezonde nieuwsgierigheid
Relativerend vermogen
Psychologische stromingen (verklaringsmodellen om naar menselijk
gedrag te kijken):
, Psychodynamische stromingen
Behavioristische/leertheoretische stroming
Humanistische stroming
Cognitieve stroming
Biologische stroming
Taken van een GGZ-verpleegkundige
Een GGZ-verpleegkundige speelt een cruciale rol in de zorg voor
mensen met psychische aandoeningen. De taken van een GGZ-
verpleegkundige omvatten onder andere:
1. Diagnoseondersteuning en observatie:
o Het observeren van de patiënt om symptomen en gedragingen
te documenteren en de voortgang van de behandeling te
volgen.
o Ondersteunen bij het stellen van de diagnose door het
verzamelen van relevante gegevens over de patiënt.
2. Begeleiding en ondersteuning:
o Het bieden van emotionele ondersteuning aan patiënten door
middel van gesprekken en het ontwikkelen van een
vertrouwensrelatie.
o Het ondersteunen van patiënten bij het omgaan met hun
aandoening en het verbeteren van hun copingvaardigheden.
3. Behandelplanning en -uitvoering:
o Het opstellen en uitvoeren van zorgplannen samen met andere
zorgprofessionals, zoals psychiaters en psychologen.
o Het beheren van medicatie, uitleggen van bijwerkingen en het
monitoren van het effect van medicatie.
4. Crisisinterventie:
o Het bieden van ondersteuning tijdens crisismomenten,
bijvoorbeeld bij acute psychotische episodes of suïcidale
gedachten.
o Het helpen de veiligheid van de patiënt te waarborgen en waar
nodig in te grijpen.
5. Educatie en familieondersteuning:
, o Het voorlichten van patiënten en hun familieleden over de
aandoening, de behandeling en hoe om te gaan met de
situatie.
o Het bieden van psycho-educatie en training in sociale
vaardigheden om het welzijn van de patiënt te bevorderen.
6. Preventie en rehabilitatie:
o Het begeleiden van patiënten in het voorkomen van terugval
en het bevorderen van hun herstel door middel van
psychotherapeutische en sociale interventies.
o Het werken aan het herstel van de patiënt door het versterken
van hun zelfzorgcapaciteiten.
Groepen van psychiatrische stoornissen
Psychiatrische stoornissen kunnen in verschillende groepen worden
ingedeeld, afhankelijk van hun aard en symptomen. De belangrijkste
groepen zijn:
Stemmingsstoornissen
Angststoornissen
Psychotische stoornissen
Cognitieve stoornissen
Obsessieve-compulsieve en verwante stoornissen
Persoonlijkheidsstoornissen
Eetstoornissen
Verslavingen
2. verzamelt informatie over het algemeen psychisch functioneren van
een zorgvrager en kan hierbij de verschillende domeinen benoemen
voor observatie.
Bij het verzamelen van informatie over het psychisch functioneren van een
zorgvrager worden verschillende domeinen geobserveerd. Deze
domeinen geven inzicht in hoe de zorgvrager mentaal en emotioneel
functioneert. De belangrijkste domeinen zijn:
1. Cognitief functioneren: Geheugen, oriëntatie, concentratie en
denken. Bijvoorbeeld, kan de zorgvrager zich recente
gebeurtenissen herinneren?
, 2. Emotioneel welzijn: Stemming en affect (hoe emoties zichtbaar
zijn). Bijvoorbeeld, is de zorgvrager angstig of depressief?
3. Gedragsmatig functioneren: Gedrag en zelfzorg. Bijvoorbeeld,
vertoont de zorgvrager onrust of kan hij/zij voor zichzelf zorgen?
4. Perceptie: Hallucinaties of wanen. Bijvoorbeeld, hoort de
zorgvrager stemmen of heeft hij/zij onjuiste overtuigingen?
5. Inzicht en oordeel: Het begrijpen van de eigen situatie en het
nemen van redelijke beslissingen. Heeft de zorgvrager inzicht in zijn
aandoening?
6. Autonomie: Zelfstandigheid en het vermogen om eigen keuzes te
maken. Kan de zorgvrager zelf beslissingen nemen en voor zichzelf
zorgen?
7. Risicofactoren: Zelfbeschadiging, suïcidaliteit of agressie. Zijn er
tekenen van gevaar voor de zorgvrager of anderen?
3. heeft kennis van het psychiatrisch onderzoek volgens Hengelveld en
weet deze toe te passen binnen casuïstiek (KBS) in de les.
Het psychiatrisch onderzoek volgens Hengelveld is een gestructureerde
benadering die gericht is op het verzamelen van informatie over een
patiënt met psychische klachten. Hengelveld is een bekende naam in de
psychiatrie, en zijn model legt de nadruk op een systematische en
gedetailleerde evaluatie van de psychische toestand van de patiënt.
1. Anamnese (Gesprek met de patiënt):
o Reden van het onderzoek: Wat brengt de patiënt naar de
hulpverlening? Dit kan gaan over klachten, eerdere ervaringen
met zorg, of specifieke zorgen van de patiënt of hun
omgeving.
o Psychiatrische voorgeschiedenis: Hierbij wordt gekeken
naar eerdere psychische problemen, behandelingen,
ziekenhuisopnames, en eventuele gezinsgeschiedenis van
psychische aandoeningen.
o Somatische voorgeschiedenis: Dit betreft de medische
voorgeschiedenis van de patiënt, inclusief eventuele
lichamelijke ziekten die van invloed kunnen zijn op de mentale
gezondheid.
o Huidige klachten: Gedetailleerde informatie over de aard,
duur, intensiteit en veranderingen in de klachten.
2. Observatie: