LW1 - WG1: Sociale wijkteams
De student kan benoemen wat de essentie is van de beroepsuitoefening van de
verpleegkundige Maatschappij & Gezondheid (M&G).
- Gespecialiseerd in public health, vaardigheden op gebied van communicatie, voorlichting en
advisering
- Complexe veld van publieke gezondheid
- Weten hoe de samenwerking gaat met verschillende partijen
- Nieuwe wetenschappelijke inzichten vertalen naar beleid en advies
- Rol weten in vernieuwing en onderbouwing van het beroep
8 termen: uitgaan van leef-, woon- of werksituatie van cliënt, combinatie preventieve zorg,
groepsgericht en samenlevingsgericht werken, anticiperen op maatschappelijke en politieke
ontwikkelingen, brede manier kijken, multidisciplinair en politieke ontwikkelingen, leren
hanteren en zelfstandig en zelfverantwoordelijk werken.
De student kan de meest voorkomende organisatievormen van sociale wijkteams
benoemen en weet welke disciplines er veelal deelnemen aan het sociale wijkteam.
- Meest voorkomend team: het brede integrale team
- Disciplines die veelal deelnemen:
Eerstelijnszorg: direct toegankelijke zorg (zoals huisarts, tandarts en fysiotherapeut) en
maatschappelijke ondersteuning (maatschappelijk werk).
Tweedelijnszorg: specialistische zorg waarvoor een verwijzing vanuit de eerste lijn nodig is,
zoals psychische hulp (GGZ), revalidatie en zorg van specialisten in ziekenhuizen.
De student kan uitleggen welke casuïstiek toegewezen kan worden aan de
verpleegkundige M&G.
Kent het ICF-classificatiesysteem en kan hierop reflecteren in relatie tot andere
classificatiesystemen
- Ziektebeeld staat bovenaan
Uitleg geven wat de invloed is van het werken vanuit een visie op gezondheid.
Uitleggen wat de huidige visie inhoudt van ziekte & zorg naar mens & maatschappij.
Uitleggen wat de rol is van verpleegkundige met betrekking tot de huidige visie ‘mens &
maatschappij’ en positieve gezondheid.
hoofdstuk 1.1 en 1.2 over visies op gezondheid en ICF.
- De klassieke medische (ook wel: professionele) benadering wordt gezondheid dan ook gezien
als de afwezigheid van ziekte en lichaamsgebrek
- Volgens de biologische visie op gezondheid is iemand gezond als hij ertoe in staat is onder
wisselende externe omstandigheden zijn interne milieu constant te houden.
(Lichaamstemperatuur opmeten, bloedglucosespiegel bijhouden)
- De psychologische benadering definieert gezondheid als het in staat zijn van een persoon om
de door hemzelf gestelde doelen in het leven te behalen. (Observeren en praten)
- Volgens de sociale visie op gezondheid is een persoon gezond als hij de hem toebedeelde
sociale rollen uitvoert binnen de waarden en normen die gelden in de samenleving. (Vragen
of het gaat in het leven)
- In de loop van de tijd is er steeds meer ruimte ontstaan voor een multicausale,
multifactoriële visie op gezondheid. Deze verbindt de biologische, de psychologische en de
sociale visie
- In de dynamische visie op gezondheid wordt rekening gehouden met het aspect van
veranderende gezondheid
,LW1 - WG2: Een complex ziektebeeld in de thuiszorg
De student is in staat om klinisch te redeneren bij een cliënt met ALS.
De student weet wat het Omaha System inhoudt.
De student kan de relatie tussen het ICF model, het Omaha systeem en de NNN
benoemend
Kennislip Omaha
- classificatie, waarin iedereen dezelfde taal gebruikt voor het vastleggen van het hele
zorgproces, van het begin tot het afsluiten van de zorg. (Onderbouw je wat je doet en
waarom en wat jij en je cliënt samen willen bereiken)
- 3 samenhangende onderdelen: probleemclassificatie, interventieclassificatie en
uitkomstenschalen
- 4 domeinen: fysiologisch, gedrag/gezondheid, omgeving en psychosociaal
- 3 interventie niveaus: 1. Vier hoofdgroepen voor acties zoals adviseren, instrueren en
begeleiden, behandelen en procedures toepassen, case managen, monitoren en bewaken. 2.
Specificaties van de acties zoals bijvoorbeeld infectiepreventie, omgaan met boosheid en
wondbehandeling. 3. Cliënt specifieke informatie.
ALS
- Wat: Amyotrofische (zenuwvoorzienig valt uit) laterale (zijkant) sclerose (verharding
weefsel), spieren functioneren niet goed, dodelijk en ongeneselijk
- Oorzaak: langzaam afsterven van motorische zenuwcellen, 90% sporadisch onbekende
oorzaak 10% familie
, - Verschijnsel: begint met moeheid krachtverlies, bij nek en hals, handen of benen, een zijde,
kramp, tast geen zintuigen aan en dood gaan door ademhalingsinsufficiëntie en
verslikpneumonie
- Verloop:
Klassiek: bulbair (slik en spraak) of spinaal
PLS: ruggenmerg en ruggenstam
PSMA: ruggenmerg
PBP: hersenstam
- Incidentie: zeldzaam. 500 per jaar
- Prevalentie: 1500, vaker man dan vrouw, tussen 50-60 jaar
- Gevolgen cliënt:
Diagnose: toenemende spierzwakte zonder pijn of gevoelsverlies
Behandeling: revalidatie (dietist, fysio, ergo), medicijn, wilsverklaring, symptoom bestriding, integrale
benadering
Kennisclip E-Health
- Gebruik van ICT voor verbetering van gezondheid zoals meten via internet of videobellen
- Wearables, online screening, online behandeling, zorg op afstand, e-communicatie, virtual
reality, serious gaming, domotica, robotica en social media
ICF model ander bestand
LW2 - WG3: Complexe situatie in de thuiszorg
De student kan uitleggen wat bemoeizorg is, waarom dit wordt ingezet, in welke situaties
besloten wordt tot bemoeizorg en hoe de indicatie plaats vindt.
De student kan weergeven wat het beleid in Nederland is t.a.v. genitale verminking /
meisjesbesnijdenis en kan preventieve maatregelen vanuit de jeugdgezondheidszorg
benoemen
De student is in staat om relevante patiëntenproblemen met behulp van het Omaha
System te herkennen en om te zetten in een verpleegplan in een multiculturele casus.
De student kan benoemen welke aspecten rondom privacy van belang zijn in
samenwerkingsverbanden.
Uitleggen wat het medisch beroepsgeheim van verpleegkundigen inhoudt en wat de
samenhang is met het beroepsgeheim in samenwerkingsverbanden.
Uitleggen wat ethische dilemma’s zijn waar verpleegkundigen in
samenwerkingsverbanden mee te maken kunnen krijgen.
Uitleggen op welke manier verpleegkundigen te maken kunnen krijgen met het
tuchtrecht.
Kennisclip ethiek en recht
Ethische vragen die over recht(vaardigheid) gaan
Hoe verhouden zich de rechten van het ongeboren kind met het recht op zelfbeschikking
van de aanstaande moeder
Mag iemand met een psychische stoornis gedwongen worden in een instelling voor
geestelijke gezondheidszorg
Heeft een dialyse-patiënt het recht om zelf te besluiten te stoppen met dialyseren
, Hebben ouders het recht om hun kind niet te laten vaccineren
Heeft een ernstig zieke zorgvrager het recht om een verzoek voor euthanasie in te
dienen
canMEDS-rollen
Kernbegrippen
- Professionele reflectie/ morele sensitiviteit/participeren in kwaliteitszorg/professioneel
gedrag
Competenties
- Kent moreel-ethische context van de zorgverlening
- Kent zorg-ethische en persoonsgerichte benaderingen van zorg
- Verhoudt zich vanuit eigen waarden tot beroepswaarden
- Handelt volgens de beroepscode
- Kent wet- en regelgeving die van toepassing is
- Kent grenzen van persoonlijke en professionele handelen
- Kan grenzen aangeven van bevoegdheid en bekwaamheid
- Kan beroepswaarden en professionele gedrag uitdagen
Kennisclip 2: ontwikkeling van en relatie tussen ethiek en recht
Hippocrates’ principes: weldoen, niet schaden
Dus.. geen handelingen verrichten die de dood tot gevolg hebben, zoals euthanasie en
abortus
Dus..afzien van handelingen die de lichamelijke of geestelijke integriteit van de
zorgvrager in gevaar brengen
Dus.. zo min mogelijk pijn veroorzaken
Jaren 60 en 70
Belangstelling voor de positie van de zorgvrager (vrijheid, autonomie)
Schaalvergroting binnen de gezondheidszorg
Ontwikkelingen op medisch-technisch gebied
Het is geworden:
Weldoen
Niet schaden
Autonomie
Rechtvaardigheid
Autonomie er uitgelicht
Maar..over autonomie.. kan iedereen zelf bepalen of beslissen
Wanneer is iemand wilsbekwaam
In hoeverre worden in de zorg besluiten echt helemaal autonoom door een zorgvrager
genomen
Het belang van gezamenlijke besluitvorming in relatie met ethische dilemma’s en
rechtvaardigheid
Recht
Het geheel van de op een bepaald moment binnen een samenleving geldende regels
De student kan benoemen wat de essentie is van de beroepsuitoefening van de
verpleegkundige Maatschappij & Gezondheid (M&G).
- Gespecialiseerd in public health, vaardigheden op gebied van communicatie, voorlichting en
advisering
- Complexe veld van publieke gezondheid
- Weten hoe de samenwerking gaat met verschillende partijen
- Nieuwe wetenschappelijke inzichten vertalen naar beleid en advies
- Rol weten in vernieuwing en onderbouwing van het beroep
8 termen: uitgaan van leef-, woon- of werksituatie van cliënt, combinatie preventieve zorg,
groepsgericht en samenlevingsgericht werken, anticiperen op maatschappelijke en politieke
ontwikkelingen, brede manier kijken, multidisciplinair en politieke ontwikkelingen, leren
hanteren en zelfstandig en zelfverantwoordelijk werken.
De student kan de meest voorkomende organisatievormen van sociale wijkteams
benoemen en weet welke disciplines er veelal deelnemen aan het sociale wijkteam.
- Meest voorkomend team: het brede integrale team
- Disciplines die veelal deelnemen:
Eerstelijnszorg: direct toegankelijke zorg (zoals huisarts, tandarts en fysiotherapeut) en
maatschappelijke ondersteuning (maatschappelijk werk).
Tweedelijnszorg: specialistische zorg waarvoor een verwijzing vanuit de eerste lijn nodig is,
zoals psychische hulp (GGZ), revalidatie en zorg van specialisten in ziekenhuizen.
De student kan uitleggen welke casuïstiek toegewezen kan worden aan de
verpleegkundige M&G.
Kent het ICF-classificatiesysteem en kan hierop reflecteren in relatie tot andere
classificatiesystemen
- Ziektebeeld staat bovenaan
Uitleg geven wat de invloed is van het werken vanuit een visie op gezondheid.
Uitleggen wat de huidige visie inhoudt van ziekte & zorg naar mens & maatschappij.
Uitleggen wat de rol is van verpleegkundige met betrekking tot de huidige visie ‘mens &
maatschappij’ en positieve gezondheid.
hoofdstuk 1.1 en 1.2 over visies op gezondheid en ICF.
- De klassieke medische (ook wel: professionele) benadering wordt gezondheid dan ook gezien
als de afwezigheid van ziekte en lichaamsgebrek
- Volgens de biologische visie op gezondheid is iemand gezond als hij ertoe in staat is onder
wisselende externe omstandigheden zijn interne milieu constant te houden.
(Lichaamstemperatuur opmeten, bloedglucosespiegel bijhouden)
- De psychologische benadering definieert gezondheid als het in staat zijn van een persoon om
de door hemzelf gestelde doelen in het leven te behalen. (Observeren en praten)
- Volgens de sociale visie op gezondheid is een persoon gezond als hij de hem toebedeelde
sociale rollen uitvoert binnen de waarden en normen die gelden in de samenleving. (Vragen
of het gaat in het leven)
- In de loop van de tijd is er steeds meer ruimte ontstaan voor een multicausale,
multifactoriële visie op gezondheid. Deze verbindt de biologische, de psychologische en de
sociale visie
- In de dynamische visie op gezondheid wordt rekening gehouden met het aspect van
veranderende gezondheid
,LW1 - WG2: Een complex ziektebeeld in de thuiszorg
De student is in staat om klinisch te redeneren bij een cliënt met ALS.
De student weet wat het Omaha System inhoudt.
De student kan de relatie tussen het ICF model, het Omaha systeem en de NNN
benoemend
Kennislip Omaha
- classificatie, waarin iedereen dezelfde taal gebruikt voor het vastleggen van het hele
zorgproces, van het begin tot het afsluiten van de zorg. (Onderbouw je wat je doet en
waarom en wat jij en je cliënt samen willen bereiken)
- 3 samenhangende onderdelen: probleemclassificatie, interventieclassificatie en
uitkomstenschalen
- 4 domeinen: fysiologisch, gedrag/gezondheid, omgeving en psychosociaal
- 3 interventie niveaus: 1. Vier hoofdgroepen voor acties zoals adviseren, instrueren en
begeleiden, behandelen en procedures toepassen, case managen, monitoren en bewaken. 2.
Specificaties van de acties zoals bijvoorbeeld infectiepreventie, omgaan met boosheid en
wondbehandeling. 3. Cliënt specifieke informatie.
ALS
- Wat: Amyotrofische (zenuwvoorzienig valt uit) laterale (zijkant) sclerose (verharding
weefsel), spieren functioneren niet goed, dodelijk en ongeneselijk
- Oorzaak: langzaam afsterven van motorische zenuwcellen, 90% sporadisch onbekende
oorzaak 10% familie
, - Verschijnsel: begint met moeheid krachtverlies, bij nek en hals, handen of benen, een zijde,
kramp, tast geen zintuigen aan en dood gaan door ademhalingsinsufficiëntie en
verslikpneumonie
- Verloop:
Klassiek: bulbair (slik en spraak) of spinaal
PLS: ruggenmerg en ruggenstam
PSMA: ruggenmerg
PBP: hersenstam
- Incidentie: zeldzaam. 500 per jaar
- Prevalentie: 1500, vaker man dan vrouw, tussen 50-60 jaar
- Gevolgen cliënt:
Diagnose: toenemende spierzwakte zonder pijn of gevoelsverlies
Behandeling: revalidatie (dietist, fysio, ergo), medicijn, wilsverklaring, symptoom bestriding, integrale
benadering
Kennisclip E-Health
- Gebruik van ICT voor verbetering van gezondheid zoals meten via internet of videobellen
- Wearables, online screening, online behandeling, zorg op afstand, e-communicatie, virtual
reality, serious gaming, domotica, robotica en social media
ICF model ander bestand
LW2 - WG3: Complexe situatie in de thuiszorg
De student kan uitleggen wat bemoeizorg is, waarom dit wordt ingezet, in welke situaties
besloten wordt tot bemoeizorg en hoe de indicatie plaats vindt.
De student kan weergeven wat het beleid in Nederland is t.a.v. genitale verminking /
meisjesbesnijdenis en kan preventieve maatregelen vanuit de jeugdgezondheidszorg
benoemen
De student is in staat om relevante patiëntenproblemen met behulp van het Omaha
System te herkennen en om te zetten in een verpleegplan in een multiculturele casus.
De student kan benoemen welke aspecten rondom privacy van belang zijn in
samenwerkingsverbanden.
Uitleggen wat het medisch beroepsgeheim van verpleegkundigen inhoudt en wat de
samenhang is met het beroepsgeheim in samenwerkingsverbanden.
Uitleggen wat ethische dilemma’s zijn waar verpleegkundigen in
samenwerkingsverbanden mee te maken kunnen krijgen.
Uitleggen op welke manier verpleegkundigen te maken kunnen krijgen met het
tuchtrecht.
Kennisclip ethiek en recht
Ethische vragen die over recht(vaardigheid) gaan
Hoe verhouden zich de rechten van het ongeboren kind met het recht op zelfbeschikking
van de aanstaande moeder
Mag iemand met een psychische stoornis gedwongen worden in een instelling voor
geestelijke gezondheidszorg
Heeft een dialyse-patiënt het recht om zelf te besluiten te stoppen met dialyseren
, Hebben ouders het recht om hun kind niet te laten vaccineren
Heeft een ernstig zieke zorgvrager het recht om een verzoek voor euthanasie in te
dienen
canMEDS-rollen
Kernbegrippen
- Professionele reflectie/ morele sensitiviteit/participeren in kwaliteitszorg/professioneel
gedrag
Competenties
- Kent moreel-ethische context van de zorgverlening
- Kent zorg-ethische en persoonsgerichte benaderingen van zorg
- Verhoudt zich vanuit eigen waarden tot beroepswaarden
- Handelt volgens de beroepscode
- Kent wet- en regelgeving die van toepassing is
- Kent grenzen van persoonlijke en professionele handelen
- Kan grenzen aangeven van bevoegdheid en bekwaamheid
- Kan beroepswaarden en professionele gedrag uitdagen
Kennisclip 2: ontwikkeling van en relatie tussen ethiek en recht
Hippocrates’ principes: weldoen, niet schaden
Dus.. geen handelingen verrichten die de dood tot gevolg hebben, zoals euthanasie en
abortus
Dus..afzien van handelingen die de lichamelijke of geestelijke integriteit van de
zorgvrager in gevaar brengen
Dus.. zo min mogelijk pijn veroorzaken
Jaren 60 en 70
Belangstelling voor de positie van de zorgvrager (vrijheid, autonomie)
Schaalvergroting binnen de gezondheidszorg
Ontwikkelingen op medisch-technisch gebied
Het is geworden:
Weldoen
Niet schaden
Autonomie
Rechtvaardigheid
Autonomie er uitgelicht
Maar..over autonomie.. kan iedereen zelf bepalen of beslissen
Wanneer is iemand wilsbekwaam
In hoeverre worden in de zorg besluiten echt helemaal autonoom door een zorgvrager
genomen
Het belang van gezamenlijke besluitvorming in relatie met ethische dilemma’s en
rechtvaardigheid
Recht
Het geheel van de op een bepaald moment binnen een samenleving geldende regels