Marktgedrag
H1 Volkomen concurrentie of volledige mededinging
Als de vraag gelijk is aan het aanbod van een product, heet de prijs die bij dat evenwicht tot
stand komt de evenwichtsprijs of marktprijs
Zolang vraag en aanbod niet aan elkaar gelijk zijn, verandert de prijs van het product
Het proces van prijsaanpassingen dat optreedt bij vraag- en aanbodoverschotten heet het
marktmechanisme of het prijsmechanisme
Marktvorm volkomen concurrentie: Landbouwproducten
6 kenmerken:
1. Veel aanbieders
→ De individuele aanbieder heeft geen invloed op de prijs, vanwege een te klein
marktaandeel
→ De individuele aanbieder heeft wel invloed op hoeveelheid =
hoeveelheidsaanpasser
2. Veel vragers
→ De individuele vrager heeft geen invloed op de prijs.
3. Homogeen product (identieke goederen)
4. Vrije toetreding en vrije uittreding
→ Elk bedrijf kan het homogene product aanbieden
→ Een bedrijf kan het aanbod van het homogene product beëindigen
→ Toetredingsbarrières zijn laag
5. Transparante/doorzichtige markt
→ De aanbieders en de vragers zijn volledig geïnformeerd over de aard van het
product en de prijs waartegen het wordt verhandeld.
6. P = GO = MO
Bedrijfstakevenwicht: de bestaande aanbieders maken geen winst en er is dus geen reden
om toe te treden tot de markt. Prijs is gedaald en is gelijk aan GTK
Ontstaat door het toetreden van nieuwe aanbieder waardoor de prijs daalt
Ondernemers blijven productie voortzetten, want ze krijgen een vergoeding voor hun
inspanning.
Prijselasticiteit van de vraag geeft aan hoe sterk de vraag
reageert op een prijsverandering.
, Ev = % verandering van de q / % verandering van P
→ Inelastisch als verandering q < is dan verandering P (tussen 0 en 1)
→ Elastisch als verandering P < is dan verandering q (> 1)
Ceteris Paribus: er verandert een ding tegelijk en de andere factoren blijven constant
Maximale winst MO = MK
H2 Monopolistische concurrentie
Kenmerken monopolistische concurrentie: kledingmarkt
1. Veel vragers en aanbieders
2. Producten zijn heterogeen
→ Aanbieders proberen zich met productdifferentiatie van elkaar te onderscheiden
3. Lage toetredingsbarrières
4. Markt is niet transparant
→ Consument heeft geen overzicht van de vele aanbieders
Heterogeen: niet identieke producten
De individuele aanbieder is een beperkt prijszetter: want hij is monopolist op zijn eigen
deelmarkt
Ruimte om eigen prijs te betalen is wel kleiner, omdat consumenten bij sterke prijsstijgingen
kunnen overstappen naar een concurrent
Bedrijfstakevenwicht: de bestaande aanbieders maken geen
winst en er is dus geen reden om toe te treden tot de markt.
Prijs is gedaald en is gelijk aan GTK
Ontstaat door het toetreden van nieuwe aanbieder
waardoor de prijs daalt
Ondernemers blijven productie voortzetten, want ze krijgen
een vergoeding voor hun inspanning.
Meer aanbieders = prijsafzetlijn naar links ←
Maximale winst MO = MK
H3 Oligopolie
Kenmerken oligopolie: telefoonmarkt
1. Beperkt aantal aanbieders (enkele grote aanbieders zijn overheersend)
H1 Volkomen concurrentie of volledige mededinging
Als de vraag gelijk is aan het aanbod van een product, heet de prijs die bij dat evenwicht tot
stand komt de evenwichtsprijs of marktprijs
Zolang vraag en aanbod niet aan elkaar gelijk zijn, verandert de prijs van het product
Het proces van prijsaanpassingen dat optreedt bij vraag- en aanbodoverschotten heet het
marktmechanisme of het prijsmechanisme
Marktvorm volkomen concurrentie: Landbouwproducten
6 kenmerken:
1. Veel aanbieders
→ De individuele aanbieder heeft geen invloed op de prijs, vanwege een te klein
marktaandeel
→ De individuele aanbieder heeft wel invloed op hoeveelheid =
hoeveelheidsaanpasser
2. Veel vragers
→ De individuele vrager heeft geen invloed op de prijs.
3. Homogeen product (identieke goederen)
4. Vrije toetreding en vrije uittreding
→ Elk bedrijf kan het homogene product aanbieden
→ Een bedrijf kan het aanbod van het homogene product beëindigen
→ Toetredingsbarrières zijn laag
5. Transparante/doorzichtige markt
→ De aanbieders en de vragers zijn volledig geïnformeerd over de aard van het
product en de prijs waartegen het wordt verhandeld.
6. P = GO = MO
Bedrijfstakevenwicht: de bestaande aanbieders maken geen winst en er is dus geen reden
om toe te treden tot de markt. Prijs is gedaald en is gelijk aan GTK
Ontstaat door het toetreden van nieuwe aanbieder waardoor de prijs daalt
Ondernemers blijven productie voortzetten, want ze krijgen een vergoeding voor hun
inspanning.
Prijselasticiteit van de vraag geeft aan hoe sterk de vraag
reageert op een prijsverandering.
, Ev = % verandering van de q / % verandering van P
→ Inelastisch als verandering q < is dan verandering P (tussen 0 en 1)
→ Elastisch als verandering P < is dan verandering q (> 1)
Ceteris Paribus: er verandert een ding tegelijk en de andere factoren blijven constant
Maximale winst MO = MK
H2 Monopolistische concurrentie
Kenmerken monopolistische concurrentie: kledingmarkt
1. Veel vragers en aanbieders
2. Producten zijn heterogeen
→ Aanbieders proberen zich met productdifferentiatie van elkaar te onderscheiden
3. Lage toetredingsbarrières
4. Markt is niet transparant
→ Consument heeft geen overzicht van de vele aanbieders
Heterogeen: niet identieke producten
De individuele aanbieder is een beperkt prijszetter: want hij is monopolist op zijn eigen
deelmarkt
Ruimte om eigen prijs te betalen is wel kleiner, omdat consumenten bij sterke prijsstijgingen
kunnen overstappen naar een concurrent
Bedrijfstakevenwicht: de bestaande aanbieders maken geen
winst en er is dus geen reden om toe te treden tot de markt.
Prijs is gedaald en is gelijk aan GTK
Ontstaat door het toetreden van nieuwe aanbieder
waardoor de prijs daalt
Ondernemers blijven productie voortzetten, want ze krijgen
een vergoeding voor hun inspanning.
Meer aanbieders = prijsafzetlijn naar links ←
Maximale winst MO = MK
H3 Oligopolie
Kenmerken oligopolie: telefoonmarkt
1. Beperkt aantal aanbieders (enkele grote aanbieders zijn overheersend)
