SYLLABUS PATHOLOGIE 1
Geef een overzicht van het principe van een röntgenfoto en het gebruik van
contrastmiddelen.
Geef een overzicht van echografie, CT scan en MRI. Noem telkens de voor en
nadelen.
Geef een overzicht van de meest voorkomende tandproblemen.
Bespreek Helicobacter Pylori.
Geef een overzicht van het maag- en duodenumulcus.
Bespreek de tumoren van maag en slokdarm.
Geef een overzicht van de ziektes van galblaas en galwegen.
Geef een overzicht van de ziektes van de pancreas en mucoviscidose.
Bespreek toxische hepatitis.
Portale hypertensie: leg uit en beschrijf hoe de complicaties ontstaan.
Vergelijk coeliakie met de mogelijke problemen in de koolhydraatvertering.
Vergelijk lactose intolerantie met de andere mogelijke problemen in de
koolhydraatvertering.
Geef een overzicht van diverticulose en diverticulitis.
Geef een overzicht van colonpoliepen en coloncarcinoom.
Vergelijk peritonitis en ileus..
Bespreek appendicitis.
Werlke oorzaken en pathologieën kunnen aanleiding geven tot volvulus en invaginatie.
Geef een overzicht van de behandelingsmogelijkheden bij gastro-oesofagale reflux.
Maak een vergelijkend overzicht van de mogelijke types van virale hepatitis.
Welke problemen kunnen ontstaan bij de vertering en absorptie van vetten?
Colitis ulcerosa: maak een vergelijkend overzicht met andere inflammatory bowel
disease(s).
Ziekte van Crohn: maak een vergelijkend overzicht met andere inflammatory bowel
disease(s).
Obstipatie: maak een overzicht van de gelijkenissen en verschillen met het prikkelbaar
darmsyndroom.
Prikkelbaar darmsyndroom: maak een overzicht van de gelijkenissen en verschillen
met
obstipatie.
Geef een overzicht van de meest courante technieken in de anesthesie.
Welke problemen kunnen ontstaan na een gastrectomie?
Geef een overzicht van de indicaties en de technieken in de barriatrische heelkunde.
Casuistiek cholesterolproblematiek.
Casuistiek leverfunctiestoornissen.
Beschrijf waar de FODMAP hypothese voor staat en werk de O uit.
Geef een overzicht van het principe van een röntgenfoto en het gebruik van
, contrastmiddelen.
Een röntgenfoto is een doorlichting met röntgenstralen, die enkele seconden doorheen de patiënt
gaan met achter de patiënt een fotogevoelige plaat. Deze stralen gaan dwars door het lichaam heen,
maar worden tijdens hun doorgang min of meer geremd of geabsorbeerd. De mate waarin ze geremd
of geabsorbeerd worden, is afhankelijk van de dichtheid van het weefsel. Lucht (in de darmen of
maag) is zwart gekleurd, bot (dat minder goed stralen doorlaat) is wit gekleurd. Organen en weefsels
zijn grijstinten en metaal (dat geen stralen doorlaat) is volledig wit.
Contrastmiddelen worden gebruikt om holle ruimtes (bv darm) duidelijker te maken op de
röntgenfoto. Doordat het contrastmiddel stralen absorbeert, zal deze in het wit worden afgebeeld.
Ook kan eerst een contrastlavement gegeven worden en vervolgens de darm vullen met lucht. Het
contrastmiddel zal aan de wand van de darm kleven en het reliëf weergeven.
Studie bloedvaten: enkele milisec contrastvloeistof in het bloed gespoten waarnaar de vloeistof zich
snel mengt met het bloed en gedurende enkele seconden de bloedvaten/slagaders in beeld worden
gebracht.
Geef een overzicht van echografie, CT scan en MRI. Noem telkens de voor en nadelen.
Geef een overzicht van het principe van een röntgenfoto en het gebruik van
contrastmiddelen.
Geef een overzicht van echografie, CT scan en MRI. Noem telkens de voor en
nadelen.
Geef een overzicht van de meest voorkomende tandproblemen.
Bespreek Helicobacter Pylori.
Geef een overzicht van het maag- en duodenumulcus.
Bespreek de tumoren van maag en slokdarm.
Geef een overzicht van de ziektes van galblaas en galwegen.
Geef een overzicht van de ziektes van de pancreas en mucoviscidose.
Bespreek toxische hepatitis.
Portale hypertensie: leg uit en beschrijf hoe de complicaties ontstaan.
Vergelijk coeliakie met de mogelijke problemen in de koolhydraatvertering.
Vergelijk lactose intolerantie met de andere mogelijke problemen in de
koolhydraatvertering.
Geef een overzicht van diverticulose en diverticulitis.
Geef een overzicht van colonpoliepen en coloncarcinoom.
Vergelijk peritonitis en ileus..
Bespreek appendicitis.
Werlke oorzaken en pathologieën kunnen aanleiding geven tot volvulus en invaginatie.
Geef een overzicht van de behandelingsmogelijkheden bij gastro-oesofagale reflux.
Maak een vergelijkend overzicht van de mogelijke types van virale hepatitis.
Welke problemen kunnen ontstaan bij de vertering en absorptie van vetten?
Colitis ulcerosa: maak een vergelijkend overzicht met andere inflammatory bowel
disease(s).
Ziekte van Crohn: maak een vergelijkend overzicht met andere inflammatory bowel
disease(s).
Obstipatie: maak een overzicht van de gelijkenissen en verschillen met het prikkelbaar
darmsyndroom.
Prikkelbaar darmsyndroom: maak een overzicht van de gelijkenissen en verschillen
met
obstipatie.
Geef een overzicht van de meest courante technieken in de anesthesie.
Welke problemen kunnen ontstaan na een gastrectomie?
Geef een overzicht van de indicaties en de technieken in de barriatrische heelkunde.
Casuistiek cholesterolproblematiek.
Casuistiek leverfunctiestoornissen.
Beschrijf waar de FODMAP hypothese voor staat en werk de O uit.
Geef een overzicht van het principe van een röntgenfoto en het gebruik van
, contrastmiddelen.
Een röntgenfoto is een doorlichting met röntgenstralen, die enkele seconden doorheen de patiënt
gaan met achter de patiënt een fotogevoelige plaat. Deze stralen gaan dwars door het lichaam heen,
maar worden tijdens hun doorgang min of meer geremd of geabsorbeerd. De mate waarin ze geremd
of geabsorbeerd worden, is afhankelijk van de dichtheid van het weefsel. Lucht (in de darmen of
maag) is zwart gekleurd, bot (dat minder goed stralen doorlaat) is wit gekleurd. Organen en weefsels
zijn grijstinten en metaal (dat geen stralen doorlaat) is volledig wit.
Contrastmiddelen worden gebruikt om holle ruimtes (bv darm) duidelijker te maken op de
röntgenfoto. Doordat het contrastmiddel stralen absorbeert, zal deze in het wit worden afgebeeld.
Ook kan eerst een contrastlavement gegeven worden en vervolgens de darm vullen met lucht. Het
contrastmiddel zal aan de wand van de darm kleven en het reliëf weergeven.
Studie bloedvaten: enkele milisec contrastvloeistof in het bloed gespoten waarnaar de vloeistof zich
snel mengt met het bloed en gedurende enkele seconden de bloedvaten/slagaders in beeld worden
gebracht.
Geef een overzicht van echografie, CT scan en MRI. Noem telkens de voor en nadelen.