Deelcontext 1 | De Nederlandse maatschappij (1948-1978)
Waardoor veranderden de maatschappelijke verhoudingen in Nederland van 1948 tot
1978?
Nederland in de wereld
Voor de tweede wereldoorlog had Nederland altijd een neutraliteitspolitiek gevoerd (ze
kozen geen kant bij conflicten of oorlogen), maar in 1940 was Nederland, ondanks zijn
neutrale status, toch aangevallen door Duitsland. Na de tweede wereldoorlog voelden veel
Nederlands de dreiging van de Sovjet-Unie. Nederland kon niet meer neutraal blijven en ze
werden in 1949 lid van de NAVO (= westerse militaire samenwerkingsverband dat was
opgericht vanwege de spanningen tussen het Westen en de Sovjet-Unie). Ook deed
Nederland al snel mee aan Europese samenwerkingsverbanden, zoals de Europese
Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) in 1951 en de Europese Economische
Gemeenschap (EEG), van die laatste was Nederland één van de zes oprichters. Het
belangrijkste doel van deze samenwerkingen was om nieuwe oorlogen binnen Europa te
voorkomen. (KA 47. De eenwording van Europa)
Economische veranderingen
Door de oorlog was Nederland sterk verarmd. Maar na halverwege de jaren 50 groeide de
welvaart snel. Dit had een paar oorzaken:
1. De Amerikaanse Marshallhulp zorgde ervoor dat allerlei bedrijfstakken zich goed
konden herstellen.
2. Veel Nederlanders waren bereid hard te werken en sober te leven om hun land er
weer bovenop te krijgen.
3. De Nederlandse regering nam ook maatregelen; rooms-rode regering de
socialistische Partij van de Arbeid (PvdA) en de Katholieke Volkspartij (KVP) zaten hier
samen in. Deze politici geloofden in een maakbare samenleving = het idee dat de
mens de samenleving in sterke mate kan bepalen en dus dat de overheid door
politiek ingrijpen de samenleving kan verbeteren. Daarom voerden zij een geleide
loonpolitiek = overheid hield alle lonen in Nederland laag. Twee voordelen daarvan
zijn: 1). Werkgevers konden meer mensen in dienst nemen, minder werkloosheid. 2).
Nederlandse producten werden relatief goedkoop, waardoor de export steeg.
4. Nederland profiteerde van het economisch herstel van Duitsland, dat veel
Nederlandse producten importeerde.
5. In 1959 werd in Groningen een grote hoeveelheid aardgas gevonden. Het aardgas
werd ook geëxporteerd naar het buitenland en werd daardoor een grote bron van
inkomsten voor de Nederlandse overheid.
De snelgroeiende welvaart had twee belangrijke gevolgen: 1). De rooms-rode regeringen
vonden dat de staat iedereen een bestaansminimum en goede zorg moest garanderen. Dit
kon nu er meer geld was en ze begonnen in de jaren 50 met het opbouwen van een
verzorgingsstaat (= een samenleving waarbij de overheid zorgt voor het welzijn van de
burgers). In 1957 werd de Algemene Ouderdomswet (AOW) ingevoerd, waardoor ouderen
verzekerd waren van een pensioen. 2). Er ontstond een consumptiemaatschappij = een
samenleving met een hoog percentage middenklasse huishoudens die voldoende inkomen
hebben om naast onderdak, voeding en kleding allerlei luxeproducten aan te schaffen. Dit
, was mogelijk omdat er een einde kwam aan de geleide loonpolitiek, waardoor Nederlanders
een hoger loon kregen en dus meer dure producten kopen. (KA 48. De toenemende
westerse welvaart die vanaf de jaren 60 van de 20e eeuw aanleiding gaf tot ingrijpende
sociaal-culturele veranderingsprocessen.)
Veranderingen in de bevolking
Direct na de tweede wereldoorlog groeide de bevolking in Nederland snel.
1. Er was sprake van een babyboom = in korte tijd worden er veel kinderen geboren.
2. Daarnaast werd het aantal inwoners beïnvloed door migratie. Begin jaren 50 vooral
emigratie. Het sobere leven tijdens de wederopbouw zorgde ervoor dat duizenden
Nederlanders ervoor kozen te verhuizen naar landen als Australië, Nieuw-Zeeland en
Canada, wie blij waren omdat ze grote behoefte hadden aan werkkrachten.
3. Eind jaren 60 keerde de migratiestroom om. Nederland probeerde immigranten uit
andere landen aan te trekken, omdat ze meer arbeidskrachten nodig hadden.
Werkgevers huurden gastarbeiders in = arbeiders uit het buitenland die tijdelijk in
Nederland verblijven om er te werken. Eerst uit Spanje en Italië, daarna uit Turkije en
Marokko. Veel gastarbeiders bleven in Nederland wonen en kregen het recht om ook
hun gezin naar Nederland te laten komen.
4. Door dekolonisatie kwamen nieuwe groepen mensen naar Nederland.
De dekolonisatie van Indonesië in 1945 verliep op gewelddadige wijze. Nederland voerde
een koloniale oorlog om het land te heroveren, maar verloor en toen moesten mensen uit
Indonesië naar Nederland verhuizen. De onafhankelijkheid van Suriname in 1975 verliep
geweldloos. Een flink aantal Surinamers koos er zelf voor te emigreren naar Nederland. Zij
hadden namelijk weinig vertrouwen in hun toekomst in een onafhankelijk Suriname. (KA 46.
De dekolonisatie die een eind maakte aan de westerse hegemonie in de wereld. & KA 49. De
ontwikkeling van pluriforme en multiculturele samenlevingen.)
Sociaal-culturele veranderingen
Voor de tweede wereldoorlog was de Nederlandse maatschappij sterk ‘verzuild’. Rond 1960
begon de ontzuiling = proces waarbij er een eind komt aan de verzuiling, d.w.z. aan een
maatschappelijke en politieke situatie waarin katholieken, protestanten, socialisten en
liberalen zich hebben teruggetrokken in hun eigen organisaties en waarin alleen de leiders
van deze organisaties nog onderling contact hebben. Er waren een paar oorzaken voor de
ontzuiling:
1. Er gingen minder mensen naar de kerk en zo raakten zij de binding met hun
protestantse of katholieke zuil kwijt.
2. Mensen kwamen in aanraking met andere denkbeelden door betere opleidingen en
nieuwe communicatiemiddelen; zij lieten zich niet meer zomaar alles vertellen door
de leiders van hun eigen zuil.
Als gevolg van de ontzuiling kwamen er nieuwe politieke partijen, zoals D66 en nieuwe
radiozenders, zoals Radio Veronica. Met name jongeren voelden zich niet meer thuis in het
zuilensysteem; zij hadden vaak meer onderwijs gevolgd dan hun ouders en ze beschikten
over meer geld en vrije tijd. Daardoor kregen zij een eigen levensstijl. Binnen deze
jeugd/jongerencultuur (= eigen stijl van een groep jongeren die tot uiting komt in hun