Samenvatting hoofdstuk 15:
Cognitieve factoren bij motivatie
Cognitie speelt een grote rol bij motivatie. Naast de factoren genoemd in
hoofdstuk 14, worden er daarom in dit hoofdstuk nog meer cognitieve factoren
besproken die invloed hebben op motivatie.
Cognitieve factoren betrokken bij motivatie:
Interesse
Interesse is een vorm van intrinsieke motivatie, omdat mensen blij worden
van iets. Het kunnen persoonlijke interesses (interesses vanuit jezelf) of
omgevingsinteresses (verrassende, ongewone die je interesse wekken)
zijn. Geïnteresseerde mensen verwerken de informatie effectiever en zijn
cognitief meer betrokken. Ook leidt het tot meer betekenisvol leren en zijn
ze sneller geneigd om conceptuele veranderingen te ondergaan wanneer
blijkt dat hun informatie niet klopt. Omgevingsinteresse is echter wel van
kortere duur, waardoor de kans op al deze positieve effecten kleiner is.
Baby’s zijn van nature geïnteresseerd en nieuwsgierig en er zijn een aantal
onderwerpen die ons erg interesseren, net zoals wanneer iets nieuw is.
Verwachtingen
Hoe groter de verwachting is dat iemand zal slagen, hoe meer motivatie
diegene voor de taak zal hebben. Deels wordt dit bepaald door eerdere
ervaringen, maar ook andere factoren spelen een rol (moeilijkheidsgraad,
kwaliteit instructie, etc.)
Waardes
Wanneer iemand gelooft dat het uitvoeren van de taak voordelen heeft, zal
diegene er gemotiveerder voor zijn. Voor jongere kinderen maakt dit
minder uit, maar voor oudere mensen speelt dit een grote rol. De waarde
van iets wordt beoordeeld aan de hand van 4 factoren: belang, nut,
interesse en kosten. Er wordt gezegd dat sociale en culturele factoren hier
ook een rol bij spelen
Doelen
Aangezien motivatie een staat van zijn is waarin je een doel wil bereiken,
spelen deze doelen ook een grote rol. Het hebben van een doel zorgt voor
motivatie, alhoewel dit wel een haalbaar doel moet zijn. Vaak zijn mensen
zich niet bewust van het doel. Er zijn verschillende soorten doelen:
mastery goal = het willen opdoen van nieuwe kennis of het willen aanleren
van een nieuwe vaardigheid
performance goal = het goed willen doen voor anderen
approach willen dat anderen je goed/leuk/etc. vinden
avoidance willen dat anderen je niet slecht/stom/etc. vinden
Soms hebben mensen meerdere soorten doelen tegelijkertijd. Mastery
goals zijn wel de meest optimale, omdat dit een doel voor succes is en de
andere een doel voor het vermijden van mislukkingen. Mensen met
mastery goals zullen dan ook meer betrokken zijn en meer proberen om
hun doel te bereiken. Ook hebben ze realistischere ideeën over succes en
, mislukkingen (fouten maken hoort erbij). Verder hebben zij minder stress.
Performance approach goals zijn niet perse altijd slecht, omdat het
motiveert om goed te presteren, maar zijn vaak toch minder effectief dan
mastery goals. Mensen zijn meer geneigd om rote learning toe te passen
en zullen minimale inzet laten zien om het doel te bereiken (valsspelen,
self-handicapping, etc,). Bovendien ervaren ze minder plezier.
Mastery goals ontstaan deels door interesse, maar ook de omgeving
(intrinsieke voordelen benadrukken) kan dit stimuleren. Performance goals
ontstaan vaak op school (goed presteren is belangrijker dan leren) en in
teamsporten (winnen is vaak belangrijker dan individuele ontwikkeling).
Ook kan het voorkomen uit angst voor sociale afwijzing, zeker bij mensen
die erg afhankelijk zijn van verwantschap. Verder is het vaak te zien bij
kinderen die vaak te moeilijke taken moesten uitvoeren, waardoor ze vaak
te maken hebben gehad met mislukkingen en speelt cultuur een grote rol.
Verschillende typen doelen:
- doing-just-enough goals = het doel is om het met zo min mogelijk moeite
nét de halen
- work-avoidance goals = het doel is het hoeven niet uitvoeren van de taak
(vaak wanneer iemand geen intrinsieke of extrinsieke motivatie ervaart)
- social goals = doelen met een sociale functie (kunnen goed of slecht zijn)
- carrière goals = (lange termijn) doelen voor iemands carrière, bij
kinderen veranderen deze nogal vaak, kunnen beïnvloed worden door de
cultuur en door stereotypen (bv. mannen/vrouwenbanen)
Attributies (geloofsovertuigingen over redenen waarom je faalt of succes
hebt)
Het vormen van attributies na een prestatie zorgt ervoor dat we de wereld
beter snappen. Echter zijn ze niet altijd waar, omdat we ze zelf
geconstrueerd hebben. Er bestaan
drie dimensies:
- locus (plaats) intern (factoren
binnen onszelf) of extern (factoren
buiten onszelf)
- temporale stabiliteit stabiel
(factoren die niet zullen veranderen
in de toekomst) of instabiel (factoren
die wel zullen veranderen in de
toekomst)
- controleerbaarheid controleerbaar (factoren die we direct of indirect
kunnen beïnvloeden) of oncontroleerbaar (factoren die we niet kunnen
beïnvloeden)
LET OP: controle gaat over controle over gebeurtenissen, autonomie gaat
over controle over je eigen acties!
Is intelligentie stabiel of instabiel?
Entity view intelligentie is permanent en onveranderlijk
Incremental view intelligentie kan verbetert worden door moeite en
oefening
Attributies hebben niet alleen invloed op motivatie, maar ook op iemands
Cognitieve factoren bij motivatie
Cognitie speelt een grote rol bij motivatie. Naast de factoren genoemd in
hoofdstuk 14, worden er daarom in dit hoofdstuk nog meer cognitieve factoren
besproken die invloed hebben op motivatie.
Cognitieve factoren betrokken bij motivatie:
Interesse
Interesse is een vorm van intrinsieke motivatie, omdat mensen blij worden
van iets. Het kunnen persoonlijke interesses (interesses vanuit jezelf) of
omgevingsinteresses (verrassende, ongewone die je interesse wekken)
zijn. Geïnteresseerde mensen verwerken de informatie effectiever en zijn
cognitief meer betrokken. Ook leidt het tot meer betekenisvol leren en zijn
ze sneller geneigd om conceptuele veranderingen te ondergaan wanneer
blijkt dat hun informatie niet klopt. Omgevingsinteresse is echter wel van
kortere duur, waardoor de kans op al deze positieve effecten kleiner is.
Baby’s zijn van nature geïnteresseerd en nieuwsgierig en er zijn een aantal
onderwerpen die ons erg interesseren, net zoals wanneer iets nieuw is.
Verwachtingen
Hoe groter de verwachting is dat iemand zal slagen, hoe meer motivatie
diegene voor de taak zal hebben. Deels wordt dit bepaald door eerdere
ervaringen, maar ook andere factoren spelen een rol (moeilijkheidsgraad,
kwaliteit instructie, etc.)
Waardes
Wanneer iemand gelooft dat het uitvoeren van de taak voordelen heeft, zal
diegene er gemotiveerder voor zijn. Voor jongere kinderen maakt dit
minder uit, maar voor oudere mensen speelt dit een grote rol. De waarde
van iets wordt beoordeeld aan de hand van 4 factoren: belang, nut,
interesse en kosten. Er wordt gezegd dat sociale en culturele factoren hier
ook een rol bij spelen
Doelen
Aangezien motivatie een staat van zijn is waarin je een doel wil bereiken,
spelen deze doelen ook een grote rol. Het hebben van een doel zorgt voor
motivatie, alhoewel dit wel een haalbaar doel moet zijn. Vaak zijn mensen
zich niet bewust van het doel. Er zijn verschillende soorten doelen:
mastery goal = het willen opdoen van nieuwe kennis of het willen aanleren
van een nieuwe vaardigheid
performance goal = het goed willen doen voor anderen
approach willen dat anderen je goed/leuk/etc. vinden
avoidance willen dat anderen je niet slecht/stom/etc. vinden
Soms hebben mensen meerdere soorten doelen tegelijkertijd. Mastery
goals zijn wel de meest optimale, omdat dit een doel voor succes is en de
andere een doel voor het vermijden van mislukkingen. Mensen met
mastery goals zullen dan ook meer betrokken zijn en meer proberen om
hun doel te bereiken. Ook hebben ze realistischere ideeën over succes en
, mislukkingen (fouten maken hoort erbij). Verder hebben zij minder stress.
Performance approach goals zijn niet perse altijd slecht, omdat het
motiveert om goed te presteren, maar zijn vaak toch minder effectief dan
mastery goals. Mensen zijn meer geneigd om rote learning toe te passen
en zullen minimale inzet laten zien om het doel te bereiken (valsspelen,
self-handicapping, etc,). Bovendien ervaren ze minder plezier.
Mastery goals ontstaan deels door interesse, maar ook de omgeving
(intrinsieke voordelen benadrukken) kan dit stimuleren. Performance goals
ontstaan vaak op school (goed presteren is belangrijker dan leren) en in
teamsporten (winnen is vaak belangrijker dan individuele ontwikkeling).
Ook kan het voorkomen uit angst voor sociale afwijzing, zeker bij mensen
die erg afhankelijk zijn van verwantschap. Verder is het vaak te zien bij
kinderen die vaak te moeilijke taken moesten uitvoeren, waardoor ze vaak
te maken hebben gehad met mislukkingen en speelt cultuur een grote rol.
Verschillende typen doelen:
- doing-just-enough goals = het doel is om het met zo min mogelijk moeite
nét de halen
- work-avoidance goals = het doel is het hoeven niet uitvoeren van de taak
(vaak wanneer iemand geen intrinsieke of extrinsieke motivatie ervaart)
- social goals = doelen met een sociale functie (kunnen goed of slecht zijn)
- carrière goals = (lange termijn) doelen voor iemands carrière, bij
kinderen veranderen deze nogal vaak, kunnen beïnvloed worden door de
cultuur en door stereotypen (bv. mannen/vrouwenbanen)
Attributies (geloofsovertuigingen over redenen waarom je faalt of succes
hebt)
Het vormen van attributies na een prestatie zorgt ervoor dat we de wereld
beter snappen. Echter zijn ze niet altijd waar, omdat we ze zelf
geconstrueerd hebben. Er bestaan
drie dimensies:
- locus (plaats) intern (factoren
binnen onszelf) of extern (factoren
buiten onszelf)
- temporale stabiliteit stabiel
(factoren die niet zullen veranderen
in de toekomst) of instabiel (factoren
die wel zullen veranderen in de
toekomst)
- controleerbaarheid controleerbaar (factoren die we direct of indirect
kunnen beïnvloeden) of oncontroleerbaar (factoren die we niet kunnen
beïnvloeden)
LET OP: controle gaat over controle over gebeurtenissen, autonomie gaat
over controle over je eigen acties!
Is intelligentie stabiel of instabiel?
Entity view intelligentie is permanent en onveranderlijk
Incremental view intelligentie kan verbetert worden door moeite en
oefening
Attributies hebben niet alleen invloed op motivatie, maar ook op iemands