6.5 Anticonceptiemethodes
De pil en het condoom
De pil behoort tot de hormonale methodes. In de pil zitten oestrogeen en progesteron. De pil wordt
dagelijks geslikt; na 21 dagen is een pauze. De hypofyse wordt geblokkeerd in de aanmaak en afgifte
van het hormoon FSH en LH. Hierdoor treedt geen follikelrijping op en geen ovulatie. Bij de driefase-
pil verandert de samenstelling van hormonen tijdens de cyclus.
Bij goed pilgebruik is het bijna 100% betrouwbaar. Een nadeel is dat er bijverschijnselen op kunnen
treden (misselijkheid, spanning in de borsten en vetafzetting). Een goede bijwerking van de pil is dat
deze de kans op osteoporose(broze breekbare botten) kan verkleinen.
Bij problemen met het bloedvatstelsel of roken, wordt de pil afgeraden. Dan kan trombose optreden.
Je kan kiezen voor een depotinjectie (prikpil). Gedurende langere tijd is zij dan onvruchtbaar. Het
gebruik van de pil verhindert de overdracht van geslachtsziekten niet.
De betrouwbaarheid van een condoom bij goed gebruik is redelijk hoog.
Spiraaltje en pessarium
Het spiraaltje is een buigzaam plastic ankertje in de vorm van een 'T' met daaromheen ringetjes
koper of een coating met hormonen. Een arts bevestigt het in de baarmoeder. Het koperspiraaltje
voorkomt een eventuele innesteling. Het hormoonspiraaltje geeft kleine hoeveelheid hormonen af,
vergelijkbaar met de pil. Na 3 - 5 jaar moet het spiraaltje vervangen worden.
Het pessarium is een hoes van kunststof met daarin een spiraal om het geheel in de juiste vorm te
houden. Een arts kan helpen bij het kiezen van de goede maat. De spiraal dient om de
baarmoederhals gelegd te worden. Als het pessarium verschuift kunnen zaadcellen ongehinderd de
baarmoedermond ingaan. Het is een makkelijke methode. Het pessarium kan je hergebruiken. Het
grote nadeel is dat het niet echt betrouwbaar is.
De betrouwbaarheid kan worden vergroot door het gebruik van zaaddodende middelen.
Geslachtsziekten worden bij deze vorm van anticonceptie niet gehinderd.
Steriliseren
Steriliseren is een kleine medische ingreep waarbij iemand permanent onvruchtbaar wordt door de
afvoerkanalen van de geslachtscellen te verbreken. Bij de man wordt via een klein sneetje links en
rechts boven in de balzak de zaadleider doorgesneden en afgebonden. Bij de vrouw worden via een
opening in de buikwand de eileiders doorgesneden en afgebonden.
Een nadeel is dat het onherroepelijk is. Een hersteloperatie is mogelijk, maar lukt niet altijd.
, 6.6 Zwangerschapsonderbreking
De morning-after pil is een hoge dosis vrouwelijke hormonen die je in pilvorm moet slikken. Dat kan
tot 72 uur na het vrijen. De kans op zwangerschap is dan 5-10%. Er is ook de mogelijkheid om binnen
max 5 dagen een noodspiraaltje te laten plaatsen. Deze heeft dezelfde werking als de 'gewone'
spiraal.
Als de vrouw langer overtijd is, kan ze een abortus uit laten voeren. Tot de 12e week van de
zwangerschap komt de abortus op veel punten overeen met de overtijdbehandeling.
Na de 12e week is de foetus te groot om uit de baarmoeder gezogen te worden. Daarom worden
prostaglandines in de baarmoeder gebracht, of wordt zoutoplossing in de vloeistof rondom de foetus
geïnjecteerd. Hierdoor worden weeën opgewekt: de foetus wordt binnen enkele uren afgestoten.
De pil en het condoom
De pil behoort tot de hormonale methodes. In de pil zitten oestrogeen en progesteron. De pil wordt
dagelijks geslikt; na 21 dagen is een pauze. De hypofyse wordt geblokkeerd in de aanmaak en afgifte
van het hormoon FSH en LH. Hierdoor treedt geen follikelrijping op en geen ovulatie. Bij de driefase-
pil verandert de samenstelling van hormonen tijdens de cyclus.
Bij goed pilgebruik is het bijna 100% betrouwbaar. Een nadeel is dat er bijverschijnselen op kunnen
treden (misselijkheid, spanning in de borsten en vetafzetting). Een goede bijwerking van de pil is dat
deze de kans op osteoporose(broze breekbare botten) kan verkleinen.
Bij problemen met het bloedvatstelsel of roken, wordt de pil afgeraden. Dan kan trombose optreden.
Je kan kiezen voor een depotinjectie (prikpil). Gedurende langere tijd is zij dan onvruchtbaar. Het
gebruik van de pil verhindert de overdracht van geslachtsziekten niet.
De betrouwbaarheid van een condoom bij goed gebruik is redelijk hoog.
Spiraaltje en pessarium
Het spiraaltje is een buigzaam plastic ankertje in de vorm van een 'T' met daaromheen ringetjes
koper of een coating met hormonen. Een arts bevestigt het in de baarmoeder. Het koperspiraaltje
voorkomt een eventuele innesteling. Het hormoonspiraaltje geeft kleine hoeveelheid hormonen af,
vergelijkbaar met de pil. Na 3 - 5 jaar moet het spiraaltje vervangen worden.
Het pessarium is een hoes van kunststof met daarin een spiraal om het geheel in de juiste vorm te
houden. Een arts kan helpen bij het kiezen van de goede maat. De spiraal dient om de
baarmoederhals gelegd te worden. Als het pessarium verschuift kunnen zaadcellen ongehinderd de
baarmoedermond ingaan. Het is een makkelijke methode. Het pessarium kan je hergebruiken. Het
grote nadeel is dat het niet echt betrouwbaar is.
De betrouwbaarheid kan worden vergroot door het gebruik van zaaddodende middelen.
Geslachtsziekten worden bij deze vorm van anticonceptie niet gehinderd.
Steriliseren
Steriliseren is een kleine medische ingreep waarbij iemand permanent onvruchtbaar wordt door de
afvoerkanalen van de geslachtscellen te verbreken. Bij de man wordt via een klein sneetje links en
rechts boven in de balzak de zaadleider doorgesneden en afgebonden. Bij de vrouw worden via een
opening in de buikwand de eileiders doorgesneden en afgebonden.
Een nadeel is dat het onherroepelijk is. Een hersteloperatie is mogelijk, maar lukt niet altijd.
, 6.6 Zwangerschapsonderbreking
De morning-after pil is een hoge dosis vrouwelijke hormonen die je in pilvorm moet slikken. Dat kan
tot 72 uur na het vrijen. De kans op zwangerschap is dan 5-10%. Er is ook de mogelijkheid om binnen
max 5 dagen een noodspiraaltje te laten plaatsen. Deze heeft dezelfde werking als de 'gewone'
spiraal.
Als de vrouw langer overtijd is, kan ze een abortus uit laten voeren. Tot de 12e week van de
zwangerschap komt de abortus op veel punten overeen met de overtijdbehandeling.
Na de 12e week is de foetus te groot om uit de baarmoeder gezogen te worden. Daarom worden
prostaglandines in de baarmoeder gebracht, of wordt zoutoplossing in de vloeistof rondom de foetus
geïnjecteerd. Hierdoor worden weeën opgewekt: de foetus wordt binnen enkele uren afgestoten.