Bastiaanse
Hoofdstuk 1: inleiding
Afasie is een verworven taalstoornis ten gevolge van plotseling optredend hersenletsel dat is
ontstaan nadat de taal verworven is.
Definitie van afasie:
Afasie is een taalstoornis. Het articulatorische vermogen kan ook aangetast worden door
hersenletsel. Taalontwikkelingsstoornissen kunnen verschillende oorzaken hebben, zoals
hersenletsel dat rondom de geboorte ontstaat of specifieke genetische syndromen
(bijvoorbeeld het downsyndroom), maar vaak is er geen oorzaak aan te wijzen. Als kinderen
hersenletsel krijgen gedurende de periode van taalontwikkeling, bijvoorbeeld traumatisch
hersenletsel ten gevolge van een verkeersongeluk, kunnen er natuurlijk taalproblemen
optreden. In dat geval wordt van ‘kinderafasie’ gesproken.
Taal, in al haar complexiteit, ligt opgeslagen in de hersenen en wanneer de gebieden die
betrokken zijn bij taal beschadigd raken, dan spreekt men van afasie. De definitie van afasie
die hier gebruikt wordt, sluit dergelijk verward taalgebruik uit door te stellen dat er
aantoonbaar hersenletsel moet zijn als oorzaak van de taalstoornis. Zo wordt afasie
onderscheiden van verwarde taalproductie die een psychogene oorzaak heeft. Maar het
stellen van hersenletsel als een voorwaarde is niet voldoende. Het moet gaan om focaal
hersenletsel, dat wil zeggen dat er een focus van letsel moet zijn die de taalstoornis
veroorzaakt. In geval van diffuus letsel, zoals bij bepaalde typen dementie, dan spreekt men
volgens de definitie niet van afasie.
Vrijwel altijd zijn de taalstoornissen bij dementie progressief van aard, dat wil zeggen dat zij
in de loop der tijd verergeren. Er wordt dan wel gesproken van ‘afasie bij dementie’.
Natuurlijk leren mensen elke dag nieuwe woorden, dus eigenlijk stopt de taalverwerving
nooit, maar er zijn duidelijk aanwijzingen dat de grammaticale ontwikkeling omstreeks het
twaalfde jaar voltooid is.
Oorzaken van afasie:
Hoe kan hersenletsel afasie veroorzaken? Hersencellen kunnen alleen goed functioneren als
zij van voldoende zuurstof en voedingsstoffen, zoals glucose, worden voorzien. Deze stoffen
worden aangevoerd via het bloed. Als er gedurende een paar minuten te weinig zuurstof en
glucose aangevoerd worden, dan sterven hersencellen af. Dit wordt ‘necrose’ genoemd.
Afgestorven hersencellen functioneren niet langer. Door het zuurstoftekort ontstaat er
oedeem (vochtophoping). Dit vocht neemt ruimte in, maar doordat de hersenen omringd
zijn door de schedel is er eigenlijk geen ruimte voor dit vocht. Het gevolg is dat het oedeem
druk uitoefent op gezonde hersencellen, die daardoor onvoldoende zuurstof en glucose
krijgen om te functioneren, maar nog wel genoeg om te overleven.
Ook kan het zijn dat bepaalde intacte hersengebieden niet meer functioneren omdat een
hersengebied waarmee ze in verbinding staan, afgestorven is. Dit heet ‘diaschise’. Als het
,oedeem of de diaschise afneemt, en dat kan wel enkele weken tot maanden duren, dan
kunnen de niet-functionerende, maar intacte gebieden opnieuw gaan functioneren,
waardoor de afasie kan verbeteren of zelfs helemaal verdwijnen.
Er zijn vier mogelijke oorzaken van verworven hersenletsel: (1) beroerte, (2) trauma, (3)
tumor, (4) ontsteking. Elk van deze oorzaken kan afasie tot gevolg hebben, afhankelijk van
de plaats van de beschadiging. Voor dergelijke beschadigingen wordt vaak de medische term
‘laesie’ gebruikt.
Beroerte:
De hersenen worden van bloed voorzien door drie ‘arteriën’ (slagaders), die de taalgebieden
van zuurstof en voedingsstoffen voorzien. De medische term voor een beroerte is een
‘cerebrovasculair accident’, kortweg CVA. Een CVA kan ook veroorzaakt worden door
trombose, een bloedprop in een slagader.
Bloedig CVA (hersenbloeding):
Links: verminderde bloedtoevoer door trombose
Rechts: geheel afgesloten arterie door een embolie
, Trauma:
De tweede oorzaak van afasie is traumatisch hersenletsel, ook wel bekend onder de naam
‘contusio cerebri’ (hersenkneuzing). De term ‘traumatisch’ verwijst naar een oorzaak van
buitenaf, meestal een verkeersongeval, maar het kan ook door een val van grote hoogte,
geweld of een schotwond veroorzaakt zijn. Dit verklaart waarom afasie t.g.v. traumatisch
hersenletsel vaker gezien wordt bij jongere mensen, terwijl afasie t.g.v. een CVA vaker bij
ouderen optreedt. Bij traumatisch hersenletsel wordt een onderscheid gemaakt tussen open
en gesloten schedelletsel.
Tumor:
Een derde type hersenletsel dat afasie kan veroorzaken is een tumor. Voor de afasie maakt
het niet zoveel uit of dit een goed- of kwaadaardige tumor is. Een tumor neemt ruimte in, en
er is geen extra ruimte binnen de schedel. Een groeiende tumor zal dus altijd op gezond
weefsel drukken en als dit weefsel betreft dat relevant is voor taal, dan kan er afasie
ontstaan.
Ontsteking:
De laatste en minst voorkomende oorzaak van afasie is een ontsteking, zoals meningitis
(hersenvliesontsteking) of encefalitis (hersenontsteking). Deze ontstekingen leiden maar
zelden tot taalstoornissen.
Taal en hersenen:
De hersenen bestaan uit drie verschillende delen: de grote hersenen (cerebrum), de
hersenstam (truncus cerebri) en de kleine hersenen (cerebellum). De hersenen bestaan uit
twee min of meer symmetrische helften (hemisferen). Beide hemisferen bestaan uit vier
hersenkwabben, de frontaalkwab, de pariëtaalkwab, de temporaalkwab en de
occipitaalkwab.
Zoals te zien is, zijn de vier hersenkwabben sterk geplooid en bestaan zij daardoor uit
windingen (gyri), enkelvoud gyrus) die weer door groeven van elkaar worden gescheiden.
Hoofdstuk 1: inleiding
Afasie is een verworven taalstoornis ten gevolge van plotseling optredend hersenletsel dat is
ontstaan nadat de taal verworven is.
Definitie van afasie:
Afasie is een taalstoornis. Het articulatorische vermogen kan ook aangetast worden door
hersenletsel. Taalontwikkelingsstoornissen kunnen verschillende oorzaken hebben, zoals
hersenletsel dat rondom de geboorte ontstaat of specifieke genetische syndromen
(bijvoorbeeld het downsyndroom), maar vaak is er geen oorzaak aan te wijzen. Als kinderen
hersenletsel krijgen gedurende de periode van taalontwikkeling, bijvoorbeeld traumatisch
hersenletsel ten gevolge van een verkeersongeluk, kunnen er natuurlijk taalproblemen
optreden. In dat geval wordt van ‘kinderafasie’ gesproken.
Taal, in al haar complexiteit, ligt opgeslagen in de hersenen en wanneer de gebieden die
betrokken zijn bij taal beschadigd raken, dan spreekt men van afasie. De definitie van afasie
die hier gebruikt wordt, sluit dergelijk verward taalgebruik uit door te stellen dat er
aantoonbaar hersenletsel moet zijn als oorzaak van de taalstoornis. Zo wordt afasie
onderscheiden van verwarde taalproductie die een psychogene oorzaak heeft. Maar het
stellen van hersenletsel als een voorwaarde is niet voldoende. Het moet gaan om focaal
hersenletsel, dat wil zeggen dat er een focus van letsel moet zijn die de taalstoornis
veroorzaakt. In geval van diffuus letsel, zoals bij bepaalde typen dementie, dan spreekt men
volgens de definitie niet van afasie.
Vrijwel altijd zijn de taalstoornissen bij dementie progressief van aard, dat wil zeggen dat zij
in de loop der tijd verergeren. Er wordt dan wel gesproken van ‘afasie bij dementie’.
Natuurlijk leren mensen elke dag nieuwe woorden, dus eigenlijk stopt de taalverwerving
nooit, maar er zijn duidelijk aanwijzingen dat de grammaticale ontwikkeling omstreeks het
twaalfde jaar voltooid is.
Oorzaken van afasie:
Hoe kan hersenletsel afasie veroorzaken? Hersencellen kunnen alleen goed functioneren als
zij van voldoende zuurstof en voedingsstoffen, zoals glucose, worden voorzien. Deze stoffen
worden aangevoerd via het bloed. Als er gedurende een paar minuten te weinig zuurstof en
glucose aangevoerd worden, dan sterven hersencellen af. Dit wordt ‘necrose’ genoemd.
Afgestorven hersencellen functioneren niet langer. Door het zuurstoftekort ontstaat er
oedeem (vochtophoping). Dit vocht neemt ruimte in, maar doordat de hersenen omringd
zijn door de schedel is er eigenlijk geen ruimte voor dit vocht. Het gevolg is dat het oedeem
druk uitoefent op gezonde hersencellen, die daardoor onvoldoende zuurstof en glucose
krijgen om te functioneren, maar nog wel genoeg om te overleven.
Ook kan het zijn dat bepaalde intacte hersengebieden niet meer functioneren omdat een
hersengebied waarmee ze in verbinding staan, afgestorven is. Dit heet ‘diaschise’. Als het
,oedeem of de diaschise afneemt, en dat kan wel enkele weken tot maanden duren, dan
kunnen de niet-functionerende, maar intacte gebieden opnieuw gaan functioneren,
waardoor de afasie kan verbeteren of zelfs helemaal verdwijnen.
Er zijn vier mogelijke oorzaken van verworven hersenletsel: (1) beroerte, (2) trauma, (3)
tumor, (4) ontsteking. Elk van deze oorzaken kan afasie tot gevolg hebben, afhankelijk van
de plaats van de beschadiging. Voor dergelijke beschadigingen wordt vaak de medische term
‘laesie’ gebruikt.
Beroerte:
De hersenen worden van bloed voorzien door drie ‘arteriën’ (slagaders), die de taalgebieden
van zuurstof en voedingsstoffen voorzien. De medische term voor een beroerte is een
‘cerebrovasculair accident’, kortweg CVA. Een CVA kan ook veroorzaakt worden door
trombose, een bloedprop in een slagader.
Bloedig CVA (hersenbloeding):
Links: verminderde bloedtoevoer door trombose
Rechts: geheel afgesloten arterie door een embolie
, Trauma:
De tweede oorzaak van afasie is traumatisch hersenletsel, ook wel bekend onder de naam
‘contusio cerebri’ (hersenkneuzing). De term ‘traumatisch’ verwijst naar een oorzaak van
buitenaf, meestal een verkeersongeval, maar het kan ook door een val van grote hoogte,
geweld of een schotwond veroorzaakt zijn. Dit verklaart waarom afasie t.g.v. traumatisch
hersenletsel vaker gezien wordt bij jongere mensen, terwijl afasie t.g.v. een CVA vaker bij
ouderen optreedt. Bij traumatisch hersenletsel wordt een onderscheid gemaakt tussen open
en gesloten schedelletsel.
Tumor:
Een derde type hersenletsel dat afasie kan veroorzaken is een tumor. Voor de afasie maakt
het niet zoveel uit of dit een goed- of kwaadaardige tumor is. Een tumor neemt ruimte in, en
er is geen extra ruimte binnen de schedel. Een groeiende tumor zal dus altijd op gezond
weefsel drukken en als dit weefsel betreft dat relevant is voor taal, dan kan er afasie
ontstaan.
Ontsteking:
De laatste en minst voorkomende oorzaak van afasie is een ontsteking, zoals meningitis
(hersenvliesontsteking) of encefalitis (hersenontsteking). Deze ontstekingen leiden maar
zelden tot taalstoornissen.
Taal en hersenen:
De hersenen bestaan uit drie verschillende delen: de grote hersenen (cerebrum), de
hersenstam (truncus cerebri) en de kleine hersenen (cerebellum). De hersenen bestaan uit
twee min of meer symmetrische helften (hemisferen). Beide hemisferen bestaan uit vier
hersenkwabben, de frontaalkwab, de pariëtaalkwab, de temporaalkwab en de
occipitaalkwab.
Zoals te zien is, zijn de vier hersenkwabben sterk geplooid en bestaan zij daardoor uit
windingen (gyri), enkelvoud gyrus) die weer door groeven van elkaar worden gescheiden.