Strategisch management
Wat is strategie? (boek hoofdstuk 1 pg 13-17)
Strategie zorgt voor een helicopterview op de dingen die moeten gebeuren om
succesvol te worden of blijven.
Strategie = keuzes maken -> geen keuzes maken leidt tot onderpresteren &
middelmatigheid.
“Strategie wordt meestal gebruikt als plan om doelen te bereiken.” Volgens
Mintzberg is strategie als een ontwikkelend proces dat start met een plan;
intended strategie, maar het realiseren van het plan is GEEN doel op zich. (Henry
Mintzberg)
“De concurrentiestrategie houdt in dat men zich onderscheidt, de klanten een
unieke waardenmix bezorgt.” (Porter)
“Strategie is een concurrentiepositie die het bedrijf helpt om te differentiëren in
de ogen van de doelgroep” (Nickols F.)
Disruptive change = een grote verandering binnen een bedrijf die tot nieuwe
businessmodellen leidt. Dit gaat makkelijker in kleine ondernemingen met weinig
werknemers.
Intended strategy = vooropgestelde strategie
Unrealised strategy = dingen die je weglaat van in je strategieplan omdat ze
geen goede keuze bleken
Opportunistic strategy = opportuniteiten ontdekken die je op voorhand niet had
voorzien; inspelen op opportuniteiten
Adaptive planning = een evenwicht zoeken tussen het volgen van je plan & het
behouden van een zekere flexibiliteit
Eenvoudigste definitie: (pwp)
Strategie = de manier waarop een organisatie haar doelstellingen wil bereiken
(Kim Warren).
1
,Defi nitie van strategisch management (boek pg18-20)
Luisteren naar de potentiële klanten, duidelijk zijn over wat JIJ wilt, eenvoudige
vragen stelt en moeilijke beslissingen nemen. Dan zorg je ervoor dat de
medewerkers achter je beslissingen staan en moet je hen motiveren om die
beslissingen om te zetten in acties & resultaten.
Dit gaat over 3 belangrijke zaken:
Meaningful positioning (= indien mogelijk de beste keuzes maken na een
goede inzicht te hebben in de omgeving) Betekenisvol positioneren;
positionering voor potentiële klanten moet logisch zijn en is cruciaal. Je
moet de businessomgeving zeer goed begrijpen (markt, klantenbehoeften,
concurrentie & bredere trends). “Betekenisvol” verwijst naar lange termijn
doelen, er zijn 3 soorten doelen die je kan vastleggen:
o Continuïteitsdoelen; zorgen ervoor dat de onderneming op lange
termijn blijft bestaan. Ze kijken naar de omzet, marktaandeel,
omzetgroei & groei van de marktaandeel & de rendabiliteit
o Sociale doelen; relaties binnen de organisatie, welzijn van de
medewerkers. Bv. medewerkers motiveren, stress op werk
vermijden want zo dragen ze bij tot de continuïteitsdoelen & de
algemene succes van de onderneming.
o Maatschappelijke doelen; relatie tussen de organisatie en de
ruimere externe wereld. Zorg dragen voor milieu -> indirecte
stijging bij verkoop
Duidelijk omlijnd tijdsbestek; deadlines vastleggen & de
kortetermijndoelstellingen moeten SMART zijn.
Verschillende wegen zijn mogelijk om die doelen te realiseren;
verschillende ondernemingen kunnen succesvol zijn in dezelfde sector bv.
Colruyt & Delhaize.
Eenvoudigste definitie: (pwp)
Strategisch management = het proces van het formuleren, implementeren en
evalueren van beslissingen en acties om de lange termijn doelen en
concurrentiepositie van een organisatie te bepalen en te behouden.
2
, Slides Inleiding Strategisch management - deel 1 (P.Couck)
Business model = de wijze waarop een organisatie geld verdient. (komt later nog
aan bod)
Er zijn 4 soorten businessmodellen:
•B2C –Business-to-consumer. Directe verkoop van bedrijven aan
consumenten. Bv. Rituals, H&M, Torfs, Mediamarkt, Cool blue,...
•B2B –Business-to-business. Een bedrijf verkoopt zijn product of dienst aan
een ander bedrijf. Voorbeeld: Microsoft verkoopt licenties aan bedrijven
•C2B –Consumer-to-business. Consumenten doen direct zaken met
bedrijven, zonder tussenkomst van een derde partij. Bv. een fotograaf die
zijn foto's te koop aanbiedt aan bedrijven die deze foto's willen gebruiken
voor hun eigen marketingdoeleinden. In dit geval is de fotograaf de
consument en het bedrijf is de business.
•C2C –Consument-tot-consument (meestal via online marktplaatsen bv.
verkoop van 2dehandsproducten via een platform zoals 2dehands.be, Etsy,
EBay,...
Businessmodel bestaat uit 4 vragen:
Wie zijn je beoogde klanten? (segment)
Wat bied je je klanten aan? (waarde propositie)
Hoe produceer je het aanbod? (waardeketen)
Waarom levert het winst op? (verdienmodel)
Circulair businessmodel = In de ontwikkelingsfase zullen er producten worden
ontworpen om langer mee te gaan en gemakkelijker te onderhouden, repareren,
upgraden, vernieuwen, herproduceren of recycleren. Ze zullen dus verspilling
voorkomen.
Met het BMC (Business Model Canvas) heb je een overzicht van alle belangrijke
onderdelen van je bedrijf. Zo zie je hoe ze met elkaar samenhangen en kun je
beter en sneller inspelen op veranderingen in jouw markt.
Lineair bedrijfsmodel = een traditioneel model waarbij producten worden
gemaakt, gebruikt en vervolgens weggegooid. Samengevat als "take, make,
dispose". Richt zich op het produceren van goederen uit nieuwe grondstoffen,
verkopen deze aan consumenten, en zodra het product zijn levensduur bereikt,
wordt het afval. Bv. H&M
3
Wat is strategie? (boek hoofdstuk 1 pg 13-17)
Strategie zorgt voor een helicopterview op de dingen die moeten gebeuren om
succesvol te worden of blijven.
Strategie = keuzes maken -> geen keuzes maken leidt tot onderpresteren &
middelmatigheid.
“Strategie wordt meestal gebruikt als plan om doelen te bereiken.” Volgens
Mintzberg is strategie als een ontwikkelend proces dat start met een plan;
intended strategie, maar het realiseren van het plan is GEEN doel op zich. (Henry
Mintzberg)
“De concurrentiestrategie houdt in dat men zich onderscheidt, de klanten een
unieke waardenmix bezorgt.” (Porter)
“Strategie is een concurrentiepositie die het bedrijf helpt om te differentiëren in
de ogen van de doelgroep” (Nickols F.)
Disruptive change = een grote verandering binnen een bedrijf die tot nieuwe
businessmodellen leidt. Dit gaat makkelijker in kleine ondernemingen met weinig
werknemers.
Intended strategy = vooropgestelde strategie
Unrealised strategy = dingen die je weglaat van in je strategieplan omdat ze
geen goede keuze bleken
Opportunistic strategy = opportuniteiten ontdekken die je op voorhand niet had
voorzien; inspelen op opportuniteiten
Adaptive planning = een evenwicht zoeken tussen het volgen van je plan & het
behouden van een zekere flexibiliteit
Eenvoudigste definitie: (pwp)
Strategie = de manier waarop een organisatie haar doelstellingen wil bereiken
(Kim Warren).
1
,Defi nitie van strategisch management (boek pg18-20)
Luisteren naar de potentiële klanten, duidelijk zijn over wat JIJ wilt, eenvoudige
vragen stelt en moeilijke beslissingen nemen. Dan zorg je ervoor dat de
medewerkers achter je beslissingen staan en moet je hen motiveren om die
beslissingen om te zetten in acties & resultaten.
Dit gaat over 3 belangrijke zaken:
Meaningful positioning (= indien mogelijk de beste keuzes maken na een
goede inzicht te hebben in de omgeving) Betekenisvol positioneren;
positionering voor potentiële klanten moet logisch zijn en is cruciaal. Je
moet de businessomgeving zeer goed begrijpen (markt, klantenbehoeften,
concurrentie & bredere trends). “Betekenisvol” verwijst naar lange termijn
doelen, er zijn 3 soorten doelen die je kan vastleggen:
o Continuïteitsdoelen; zorgen ervoor dat de onderneming op lange
termijn blijft bestaan. Ze kijken naar de omzet, marktaandeel,
omzetgroei & groei van de marktaandeel & de rendabiliteit
o Sociale doelen; relaties binnen de organisatie, welzijn van de
medewerkers. Bv. medewerkers motiveren, stress op werk
vermijden want zo dragen ze bij tot de continuïteitsdoelen & de
algemene succes van de onderneming.
o Maatschappelijke doelen; relatie tussen de organisatie en de
ruimere externe wereld. Zorg dragen voor milieu -> indirecte
stijging bij verkoop
Duidelijk omlijnd tijdsbestek; deadlines vastleggen & de
kortetermijndoelstellingen moeten SMART zijn.
Verschillende wegen zijn mogelijk om die doelen te realiseren;
verschillende ondernemingen kunnen succesvol zijn in dezelfde sector bv.
Colruyt & Delhaize.
Eenvoudigste definitie: (pwp)
Strategisch management = het proces van het formuleren, implementeren en
evalueren van beslissingen en acties om de lange termijn doelen en
concurrentiepositie van een organisatie te bepalen en te behouden.
2
, Slides Inleiding Strategisch management - deel 1 (P.Couck)
Business model = de wijze waarop een organisatie geld verdient. (komt later nog
aan bod)
Er zijn 4 soorten businessmodellen:
•B2C –Business-to-consumer. Directe verkoop van bedrijven aan
consumenten. Bv. Rituals, H&M, Torfs, Mediamarkt, Cool blue,...
•B2B –Business-to-business. Een bedrijf verkoopt zijn product of dienst aan
een ander bedrijf. Voorbeeld: Microsoft verkoopt licenties aan bedrijven
•C2B –Consumer-to-business. Consumenten doen direct zaken met
bedrijven, zonder tussenkomst van een derde partij. Bv. een fotograaf die
zijn foto's te koop aanbiedt aan bedrijven die deze foto's willen gebruiken
voor hun eigen marketingdoeleinden. In dit geval is de fotograaf de
consument en het bedrijf is de business.
•C2C –Consument-tot-consument (meestal via online marktplaatsen bv.
verkoop van 2dehandsproducten via een platform zoals 2dehands.be, Etsy,
EBay,...
Businessmodel bestaat uit 4 vragen:
Wie zijn je beoogde klanten? (segment)
Wat bied je je klanten aan? (waarde propositie)
Hoe produceer je het aanbod? (waardeketen)
Waarom levert het winst op? (verdienmodel)
Circulair businessmodel = In de ontwikkelingsfase zullen er producten worden
ontworpen om langer mee te gaan en gemakkelijker te onderhouden, repareren,
upgraden, vernieuwen, herproduceren of recycleren. Ze zullen dus verspilling
voorkomen.
Met het BMC (Business Model Canvas) heb je een overzicht van alle belangrijke
onderdelen van je bedrijf. Zo zie je hoe ze met elkaar samenhangen en kun je
beter en sneller inspelen op veranderingen in jouw markt.
Lineair bedrijfsmodel = een traditioneel model waarbij producten worden
gemaakt, gebruikt en vervolgens weggegooid. Samengevat als "take, make,
dispose". Richt zich op het produceren van goederen uit nieuwe grondstoffen,
verkopen deze aan consumenten, en zodra het product zijn levensduur bereikt,
wordt het afval. Bv. H&M
3
