Resultatenrekening
= film van het intern eigen vermogen
werd er winst of verlies gemaakt in de voorbije periode?
winst: stijging intern EV
deel v/d winst blijft in het bedrijf
verlies: daling intern EV
of wnr uitgekeerde dividend groter is dan de winst
De resultatenrekening toont:
Verlies of winst.
Details zoals aankopen, lonen, intresten en belastingen.
Wat is winst?
=Resultaat
positief resultaat: winst
negatief resultaat: verlies
Toegevoegde waarde
Cash/winst (balans) = geldinstroom/impact (resultatenberekening)
Winst = toegevoegde waarde -> indicator die aangeeft welke toegevoegde
waarde een bedrijf
maakte in een bepaalde periode (jaar).
Winst = Verkoop – Corresponderende kosten (enkel rekening houden met de
kosten die gemaakt worden voor de betreffende periode) kosten
Wat waren de verkopen dit jaar?
Welke kosten waren nodig om die verkopen te kunnen realiseren?
Deze aanpak wordt in het Engels matching principe genoemd. Opbrengsten en
kosten moeten op elkaar passen als een dekseltje op een potje. Dit eenvoudige
principe bezorgt boekhouders heel wat overuren.
Wat waren de opbrengsten?
Wat waren de corresponderende kosten?
, Resultatenrekening:
structuur
(dia 5)
bedrijfsresultaat
= bedrijfsopbrengsten –
bedrijfskosten
+ financieel resultaat
= financiële opbrengsten – financiële
kosten
-----------------------------------------------
= resultaat vh boekjaar vóór
belastingen
- belastingen op het resultaat
------------------------------------------------
= resultaat vh boekjaar (W/V)
Bedrijfsresultaat
=bedrijfsopbrengsten-bedrijfskosten
• weerspiegeling van dagelijkse bedrijfsactiviteiten = MOTOR vh bedrijf
• geeft niet de totale activiteit weer (exl. financieel resultaat)
• leidt tot een bedrijfswinst of -verlies
bedrijfswinst ≠ winst v/h bedrijf
bedrijfsresultaat + financieel resultaat = WINST
Bedrijfsopbrengsten
verkopen/omzet
Een verkoop ontstaat financieel wanneer er een vordering ontstaat, doorgaans
bij het opstellen van een verkoopfactuur.
Directe betaling: Sommige vorderingen worden direct omgezet in geld, zoals
bij een bakker. Betalingsuitstel: Veel bedrijven sturen facturen op en
ontvangen de betaling later. Voor hen is een verkoop gelijk aan het opsturen van
facturen.
= film van het intern eigen vermogen
werd er winst of verlies gemaakt in de voorbije periode?
winst: stijging intern EV
deel v/d winst blijft in het bedrijf
verlies: daling intern EV
of wnr uitgekeerde dividend groter is dan de winst
De resultatenrekening toont:
Verlies of winst.
Details zoals aankopen, lonen, intresten en belastingen.
Wat is winst?
=Resultaat
positief resultaat: winst
negatief resultaat: verlies
Toegevoegde waarde
Cash/winst (balans) = geldinstroom/impact (resultatenberekening)
Winst = toegevoegde waarde -> indicator die aangeeft welke toegevoegde
waarde een bedrijf
maakte in een bepaalde periode (jaar).
Winst = Verkoop – Corresponderende kosten (enkel rekening houden met de
kosten die gemaakt worden voor de betreffende periode) kosten
Wat waren de verkopen dit jaar?
Welke kosten waren nodig om die verkopen te kunnen realiseren?
Deze aanpak wordt in het Engels matching principe genoemd. Opbrengsten en
kosten moeten op elkaar passen als een dekseltje op een potje. Dit eenvoudige
principe bezorgt boekhouders heel wat overuren.
Wat waren de opbrengsten?
Wat waren de corresponderende kosten?
, Resultatenrekening:
structuur
(dia 5)
bedrijfsresultaat
= bedrijfsopbrengsten –
bedrijfskosten
+ financieel resultaat
= financiële opbrengsten – financiële
kosten
-----------------------------------------------
= resultaat vh boekjaar vóór
belastingen
- belastingen op het resultaat
------------------------------------------------
= resultaat vh boekjaar (W/V)
Bedrijfsresultaat
=bedrijfsopbrengsten-bedrijfskosten
• weerspiegeling van dagelijkse bedrijfsactiviteiten = MOTOR vh bedrijf
• geeft niet de totale activiteit weer (exl. financieel resultaat)
• leidt tot een bedrijfswinst of -verlies
bedrijfswinst ≠ winst v/h bedrijf
bedrijfsresultaat + financieel resultaat = WINST
Bedrijfsopbrengsten
verkopen/omzet
Een verkoop ontstaat financieel wanneer er een vordering ontstaat, doorgaans
bij het opstellen van een verkoopfactuur.
Directe betaling: Sommige vorderingen worden direct omgezet in geld, zoals
bij een bakker. Betalingsuitstel: Veel bedrijven sturen facturen op en
ontvangen de betaling later. Voor hen is een verkoop gelijk aan het opsturen van
facturen.