100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Leerdoelen ADD Jaar 2

Beoordeling
3,0
(2)
Verkocht
6
Pagina's
23
Geüpload op
24-02-2020
Geschreven in
2019/2020

Dit is een uitwerking van de leerdoelen van ADD jaar 2. Ook zijn hier aantekeningen uit hoor- en werkcolleges in opgenomen.











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
24 februari 2020
Aantal pagina's
23
Geschreven in
2019/2020
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

Leerdoelen ADD – Jaar 2
Model van Ellis en Young (1993)
Modaliteiten:
1. Spreken: SS  FOL  FB
2. Horen/begrijpen: AAS  AIL  SS
3. Lezen/zien: VAS  VIL  SS
4. Schrijven: SS  GOL  GB




Functies van het SS, het FOL en de FB:
Semantisch systeem: Hier liggen woordbetekenissen opgeslagen.
Fonematisch output lexicon: De grove klankvolgorde wordt hier bepaald. Je weet hier hoe lang een
woord is en waar de klemtoon ligt.
Foneembuffer: Hier wordt klank voor klank bepaald hoe je een klank gaat uitspreken.

Afasie onderzoek:
1. AAT of Screeling  Hypothese opstellen
2. BBT, SAT, PALPA  Hypothese toetsen
3. Scenario test en ANTAT  Bij ANTAT wordt echt het spreken gemeten en bij Scenario Test of
de cliënt zich kan uiten (eventueel met hulpmiddelen).

De soort afasie bepalen:
 Naspreken
 Vloeiendheid
 Taalbegrip

,Je kunt iemand niet gaan behandelen als je alleen informatie hebt over modaliteiten. Je moet ook
weten in welke module het fout gaat. Daarnaast kun je ook geen diagnose stellen met alleen de AAT.

Problemen in het Semantisch Systeem:
 Woordvindingsproblemen
o Spontane taal en Benoemen (AAT)
 Semantische parafasieën
o Spontane taal en Benoemen (AAT)
 Verstoord taalbegrip
o Taalbegrip (AAT) en verwante items

Problemen in het Fonematisch Output Lexicon:
 Woordvindingsproblemen
o Spontane taal en Benoemen (AAT)
 Fonematische parafasieën
o Spontane taal, Benoemen en Naspreken
o Evt. ook Schrijftaal 1, maar dit zijn eigenlijk te weinig items

Problemen in de Foneembuffer:
 Fonematische parafasieën
o Spontane taal, Benoemen en Naspreken
o Evt. ook Schrijftaal 1, maar dit zijn eigenlijk te weinig items
 Woordlengte-effect:
o Naspreken 2, 3 en 4. Deze zijn op woordniveau en in het Ellis & Young model wordt
alleen naar woordniveau gekeken. NA1 (klankniveau) en NA5 (zinsniveau) worden
dus niet meegerekend.

Woordvindingsproblemen
Komen voor op 2 plaatsen in het Ellis & Young model:
- Semantisch systeem: Je hebt wel een stukje van het concept voor je, maar je krijgt het beeld
niet helemaal compleet.
o Bv. Het is een groot dier uit Afrika.  Kan nog van alles zijn.
- Speech Output Lexicon: Je ziet het juiste beeld voor je, maar je kunt niet op het woord
komen.
o Bv. Het is een groot dier met een hele lange nek uit Afrika.  Is duidelijk een giraffe.

Parafasieën
 Semantische parafasieën: Als de patiënt een verwant plaatje aanwijst, is het geen
semantische parafasie, maar een verwant item. Een semantische parafasie moet echt
gesproken zijn.
 Fonematische parafasieën: Parafasieën in klankstructuur.
 Fouten in het lexicon zijn meer op syllabeniveau en fouten in de foneembuffer zijn meer op
klankniveau.
 Volgens Bastiaanse kunnen er in het lexicon geen niet-bestaande woorden ontstaan, maar er
is voldoende bewijs voor het tegendeel.
 Vb. fouten in FB: Olifant  Ofilant Kurkentrekker  Kurtenkrekker
 Vb. fouten in FOL: Olifant  Lifanto Kurkentrekker  Trekkerkurken
 Vb. twijfelgeval: Krokodil  Kokrodil

, Effecten
 Voorstelbaarheidseffect:
o Hoogvoorstelbaar (concreet) gaat beter dan laagvoorstelbaar (abstract).
o PALPA 47, 48 en 49.
o Het SS is gevoelig voor voorstelbaarheid.
 Frequentie-effect:
o Hoogfrequent (veel voorkomend) gaat beter dan laagfrequent (weinig voorkomend).
o BBT en PAlPA 52
o Alle lexica, waaronder het FOL, zijn gevoelig voor frequentie.
 Woordlengte-effect:
o Korte woorden gaan beter dan lange woorden.
o PALPA 7 en 8.
o Alle buffers, waaronder de FB, zijn gevoelig voor woordlengte.
 Onregelmatigheidseffect:
o Regelmatig geschreven woorden gaan beter dan onregelmatig geschreven woorden.
 Regelmatig: Boek  Je zegt letterlijk wat je schrijft.
 Onregelmatig: Clown, premiér enz.  Je schrijft het anders dan je het zegt.
o Het FOL en het GOL zijn hier gevoelig voor.
 Lexicaliteitseffect:
o Echte woorden gaan beter dan nonsenswoorden.
o Je kunt echte woorden wel nazeggen, maar nonsenswoorden niet.
o Heeft te maken met lexica.
 Grammaticaliteitseffect:
o Inhoudswoorden gaan beter dan functiewoorden.
o Heeft te maken met lexica.

Complementair bewijs
Een vergelijking tussen testuitslagen/modaliteiten. Je vergelijkt de prestaties van verschillende
routes naar een module toe met elkaar.
Als er bijvoorbeeld verschil zit tussen de AAT taalbegrip en het auditief taalbegrip, dan is dit
complementair bewijs. Als lezen beter gaat dan horen, zit het probleem niet in het SS, maar in de
route naar het SS toe. Ook dit is complementair bewijs.

Oefeningen voor afasie therapie:
Oefening Ellis & Young Ernstgraad
BOX SS BOX 1: Ernstige afasie
BOX 2/3: Matige afasie
NAT visueel semantisch SS (via VAS en VIL) Ernstige afasie
NAT lexicaal semantisch SS (semantische oefeningen) Minder ernstige afasie
FOL (woordvindingsoefeningen)
FIKS FOL en FB Minder ernstige afasie
Moeilijkheidsgraad wordt
opgebouwd.
ATP SS en FOL Ernstige afasie
Wordt gebruikt bij ernstige
taalbegripsproblemen.
Woord fluency FOL (letter fluency) Je kunt de moeilijkheidsgraad
SS en FOL (categorie fluency) zelf aanpassen.

Ernstige afasie: Veel voorkomende woorden en korte woorden.
Lichte afasie: Weinig voorkomende woorden en lange woorden.

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 2 reviews worden weergegeven
1 jaar geleden

5 jaar geleden

3,0

2 beoordelingen

5
0
4
1
3
0
2
1
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
LogoLogo Hogeschool Utrecht
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
118
Lid sinds
6 jaar
Aantal volgers
74
Documenten
12
Laatst verkocht
10 maanden geleden

3,7

19 beoordelingen

5
5
4
7
3
5
2
1
1
1

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen