Investeren en financieren 1.1
Hoofdstuk 3 Financiële overzichten
Investeren is het opofferen van geld, tijd of mensen voor een doel wat op langere termijn
(hopelijk) behaald wordt.
Oftewel, nu geld uitgeven, in de verwachting dat het in de toekomst opbrengsten genereert.
Bijvoorbeeld:
Investeren in een machine, zodat je in de toekomst veel producten kunt verkopen of
Investeren in opleidingen, zodat het personeel (nog) beter diensten kan verlenen of
Investeren in Neymar in de hoop dat je in de toekomst meer geld genereerd door
ticketing, shirts, TV/Prijzengeld.
Activeren = opnemen op de balans
Kosten komen niet op de balans maar op de Winst- en Verliesrekening (resultatenrekening)
Wanneer zet je iets op de balans en wanneer op de W&V rekening?
Als je je doel direct behaalt = kosten
Behaal je het doel op langere termijn, dan moet je het op de balans zetten (activeren)
Voorbeeld:
Uitgaves voor salarissen zijn kosten, hebt direct profijt van je personeel.
Uitgaves aan een machine is activa, je hebt hier later ook nog profijt van.
grens ligt bij één jaar.
Om iets te kunnen investeren moet je iets opofferen:
- Geld
- Tijd
- Mensen
Dus investeringen kosten geld (=uitgaven) en komen of op de balans of op de W&V rekening
Balans
Activa
o Kapitaalgoederen of bezittingen
o Vaste en vlottende activa
Passiva
o Eigen vermogen
Verschaft door eigenaren
Voor onbepaalde tijd
Risicodragend vermogen
o Vreemd vermogen
Verschaft door schuldeisers
Tijdelijk verstrekt
Risicomijdend vermogen
, Vaste activa
o Activa die gedurende meerdere jaren dienstbaar zijn aan de onderneming
(meer dan één jaar).
Vlottende activa
o Activa die gedurende minder dan een jaar dienstbaar zijn aan de
onderneming.
Winst = het verschil tussen opbrengsten en kosten
- Volg uit de resultatenrekening
Vermogensvergelijking
- Toename van het eigen vermogen in periode
- Exclusief rechtstreekse vermogensmutaties
Resultatenrekening:
Omzet
Kostprijs van de omzet -/-
Bruto-winst
Bedrijfskosten
Afschrijvingen -/-
Bedrijfsresultaat
Interest -/-
Belastbaar resultaat
Belastingen -/-
Netto-winst
Opbrengsten/kosten worden verantwoord in de periode waarin de prestatie is verricht tbv
de klant/door de leverancier.
Ongeacht of de betaling in de betreffende periode al heeft plaatsgevonden
(ontvangst/uitgave)
Opbrengsten (W&V) in de maand waarin het heeft plaatsgevonden
Ontvangsten in de maand waarin het daadwerkelijk ontvangen wordt
Het verschil tussen uitgaven, kosten en ontvangsten, opbrengsten:
Uitgaven en ontvangsten zijn uit- en ingaande geldstromen. Deze worden geboekt op
het moment dat ze daadwerkelijk de onderneming verlaten of inkomen.
Kosten en opbrengsten hebben betrekking op het resultaat in een bepaalde periode.
Lonen: kosten en uitgaven
Investeringen: geen kosten, wel uitgaven
Aflossing: geen kosten, wel uitgaven
Afschrijving: wel kosten, geen uitgaven
Rechtstreekse vermogensmutaties
Privéstortingen/stortingen van aandeelhouders
Privé-onttrekkingen/dividenduitkeringen
Deze komen niet voor op de resultatenrekening maar worden rechtstreeks in het eigen
vermogen verwerkt
Hoofdstuk 3 Financiële overzichten
Investeren is het opofferen van geld, tijd of mensen voor een doel wat op langere termijn
(hopelijk) behaald wordt.
Oftewel, nu geld uitgeven, in de verwachting dat het in de toekomst opbrengsten genereert.
Bijvoorbeeld:
Investeren in een machine, zodat je in de toekomst veel producten kunt verkopen of
Investeren in opleidingen, zodat het personeel (nog) beter diensten kan verlenen of
Investeren in Neymar in de hoop dat je in de toekomst meer geld genereerd door
ticketing, shirts, TV/Prijzengeld.
Activeren = opnemen op de balans
Kosten komen niet op de balans maar op de Winst- en Verliesrekening (resultatenrekening)
Wanneer zet je iets op de balans en wanneer op de W&V rekening?
Als je je doel direct behaalt = kosten
Behaal je het doel op langere termijn, dan moet je het op de balans zetten (activeren)
Voorbeeld:
Uitgaves voor salarissen zijn kosten, hebt direct profijt van je personeel.
Uitgaves aan een machine is activa, je hebt hier later ook nog profijt van.
grens ligt bij één jaar.
Om iets te kunnen investeren moet je iets opofferen:
- Geld
- Tijd
- Mensen
Dus investeringen kosten geld (=uitgaven) en komen of op de balans of op de W&V rekening
Balans
Activa
o Kapitaalgoederen of bezittingen
o Vaste en vlottende activa
Passiva
o Eigen vermogen
Verschaft door eigenaren
Voor onbepaalde tijd
Risicodragend vermogen
o Vreemd vermogen
Verschaft door schuldeisers
Tijdelijk verstrekt
Risicomijdend vermogen
, Vaste activa
o Activa die gedurende meerdere jaren dienstbaar zijn aan de onderneming
(meer dan één jaar).
Vlottende activa
o Activa die gedurende minder dan een jaar dienstbaar zijn aan de
onderneming.
Winst = het verschil tussen opbrengsten en kosten
- Volg uit de resultatenrekening
Vermogensvergelijking
- Toename van het eigen vermogen in periode
- Exclusief rechtstreekse vermogensmutaties
Resultatenrekening:
Omzet
Kostprijs van de omzet -/-
Bruto-winst
Bedrijfskosten
Afschrijvingen -/-
Bedrijfsresultaat
Interest -/-
Belastbaar resultaat
Belastingen -/-
Netto-winst
Opbrengsten/kosten worden verantwoord in de periode waarin de prestatie is verricht tbv
de klant/door de leverancier.
Ongeacht of de betaling in de betreffende periode al heeft plaatsgevonden
(ontvangst/uitgave)
Opbrengsten (W&V) in de maand waarin het heeft plaatsgevonden
Ontvangsten in de maand waarin het daadwerkelijk ontvangen wordt
Het verschil tussen uitgaven, kosten en ontvangsten, opbrengsten:
Uitgaven en ontvangsten zijn uit- en ingaande geldstromen. Deze worden geboekt op
het moment dat ze daadwerkelijk de onderneming verlaten of inkomen.
Kosten en opbrengsten hebben betrekking op het resultaat in een bepaalde periode.
Lonen: kosten en uitgaven
Investeringen: geen kosten, wel uitgaven
Aflossing: geen kosten, wel uitgaven
Afschrijving: wel kosten, geen uitgaven
Rechtstreekse vermogensmutaties
Privéstortingen/stortingen van aandeelhouders
Privé-onttrekkingen/dividenduitkeringen
Deze komen niet voor op de resultatenrekening maar worden rechtstreeks in het eigen
vermogen verwerkt