100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Antwoorden

Uitwerkingen wg 5 DB 2 18/19

Beoordeling
5,0
(1)
Verkocht
-
Pagina's
9
Geüpload op
21-03-2019
Geschreven in
2018/2019

Foutloze uitwerkingen werkgroep 5 Directe Belastingen 2 2018/2019.










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
21 maart 2019
Aantal pagina's
9
Geschreven in
2018/2019
Type
Antwoorden
Persoon
Onbekend

Voorbeeld van de inhoud

Uitwerkingen week 5

Vraag 1

BV A heeft een aandelenkapitaal van €200.000,- dat verdeeld is in aandelen A, aandelen
B en aandelen C. Aandeel A heeft een nominale waarde van €100,-, aandeel B heeft een
nominale waarde van €50,- en aandeel C heeft een nominale waarde van €25,-.
BV B koopt op 1 januari 2018 50 aandelen A voor 9.000,-, 10 aandelen B voor €900,- en
2 aandelen C voor €100,-.

a) Is bij BV B de deelnemingsvrijstelling van toepassing op de voordelen uit hoofde
van de aandelen in BV A?

Uit art. 13 lid 2 sub a Vpb volgt dat er sprake is van een deelneming indien de
belastingplichtige voor ten minste 5% van het nominaal gestorte kapitaal aandeelhouder is. In
casu koopt BV B 50 aandelen A met een nominale waarde van 100, 10 aandelen B met een
nominale waarde van 50 en 2 aandelen C met een nominale waarde van 25. De totale
nominale waarde van het aandelenpakket van BV B is als volgt:

50 A x nominaal 100 = 5.000 euro

10 B x nominaal 50 = 500 euro

2 C x nominaal 25 = 50 euro

Totaal = 5.550 euro

(5.550/200.000) x 100% = 2.775%

De deelnemingsvrijstelling van art. 13 Vpb is niet van toepassing bij BV B op de voordelen
uit hoofde van de aandelen in BV A omdat er niet wordt voldaan aan een belang van 5% in
het nominaal gestorte kapitaal.

Bron: §6.2.1 Compendium

BV B heeft ook een aantal callopties in BV A. De opties geven, indien zij zouden worden
uitgeoefend, recht op 10 aandelen A, 200 aandelen B en 40 aandelen C. BV B verkoopt
die opties een aantal maanden later met winst.

b) Is bij BV B de deelnemingsvrijstelling van toepassing op de voordelen uit hoofde
van de verkoop van de opties?

Uit art. 13 lid 2 sub a Vpb volgt dat er sprake is van een deelneming indien de
belastingplichtige voor ten minste 5% van het nominaal gestorte kapitaal aandeelhouder is.

, Uit het Falcons-arrest van de HR volgt dat de toepassing van de deelnemingsvrijstelling
toegestaan is op een voordeel dat een optiehouder zou behalen met de verkoop van zijn opties.

De waarde van de totale callopties van BV B is als volgt:

10 A x nominaal 100 = 1.000 euro

200 B x nominaal 50 = 10.000 euro

40 C x nominaal 25 = 1.000 euro

Totaal = 12.000 euro

(12.000/200.000) x 100% = 6%

De deelnemingsvrijstelling van art. 13 Vpb is van toepassing bij BV B op de voordelen uit
hoofde van de aandelen in BV A omdat er wordt voldaan aan een belang van minstens 5% in
het nominaal gestorte kapitaal.

Bron: §6.2.2.2 Compendium

BV B koopt op 1 juni 2018 60 aandelen A voor €10.000,-. De werkelijke waarde van de
aandelen B die BV B op 1 januari 2018 had gekocht is gestegen naar €1.200,- per 31 mei
2018.

c) Is bij BV B de deelnemingsvrijstelling van toepassing op de voordelen uit hoofde
van de aandelen in BV A?

Uit art. 13 lid 2 sub a Vpb volgt dat er sprake is van een deelneming indien de
belastingplichtige voor ten minste 5% van het nominaal gestorte kapitaal aandeelhouder is.
Zoals berekend bij vraag a blijkt dat BV B al 5.550 euro van het nominaal gestorte kapitaal in
BV A heeft. Nu komen daar 60 aandelen A met een totale nominale waarde van 6.000 euro
(100x60) bij. Het aandelenbelang van BV B komt dan neer op (11.550/200.000) x 100% =
5.75%. De deelnemingsvrijstelling van art. 13 Vpb is van toepassing bij BV B op de
voordelen uit hoofde van de aandelen in BV A omdat er wordt voldaan aan een belang van
minstens 5% in het nominaal gestorte kapitaal.

De waardestijging van 300 vindt plaats in de periode voordat er sprake is van een
deelnemingsvrijstelling. Welk deel van de waardestijging is toerekenbaar aan de periode dat
je nog geen 5% hebt? Hierop ziet de compartimenteringsleer van art. 28c Vpb. Er is dus
sprake van een stukje belaste winst (toen je minder dan 5% had) en onbelaste winst (meer dan
5% dus deelnemingsvrijstelling).

Bron: §6.3.1 Compendium

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle reviews worden weergegeven
6 jaar geleden

5,0

1 beoordelingen

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
stuviafiscaal Universiteit Leiden
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
39
Lid sinds
8 jaar
Aantal volgers
23
Documenten
12
Laatst verkocht
2 jaar geleden

3,9

13 beoordelingen

5
7
4
1
3
2
2
3
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen