Bovenste extremiteit
Fun fact: Het sleutelbeen dankt zijn naam aan de beweging die het maakt bij een verticale
draaibeweging van de arm: het sleutelbeen draait dan rond zijn lengteas zoals een sleutel in een slot.
Ook de naam in Latijn: clavicula (kleine sleutel) refereert hieraan. Bij de meeste andere diersoorten is
deze beweging niet mogelijk.
Axiale as = As die door (midden) van de lengte van een bot loopt → roteren (spinnen) om
axiale as (bijv. clavicularol).
Stenvers testen ⇒ Specifieke mobiliteitstesten van de schoudergordel.
● Scapula/okselhaargrenstest (mobiliteitstest 1);
● Clavicula roltest (mobiliteitstest 2a en 2b);
● Caudaal glijden v/d scapula (test 3);
● Rotatie CTO (test 4);
● Horizontale adductie (test 5).
Gewrichten schoudergordel:
Morfologie = Vervorming; dmv bijv. disci wordt het gewricht congruent/krijgt het gewricht
andere bewegingsuitslagen → krijgt dus een andere functie waardoor er andere bewegingen
mogelijk zijn dan het gewricht morfologisch zou kunnen uitvoeren.
Art. sternoclavicularis;
Morfologisch: art. sellaris (zadelgewricht)
Functioneel: art. sphaeroidea (kogelgewricht; discus articularis)
Bewegingen van clavicula:
Pro- en retractie (30°/0°/30°);
Elevatie-depressie (50°/0°/5°);
Axiale rotatie craniaal en caudaal
(20° tot 40°/0°/20°).
Art. acromioclavicularis;
Morfologisch: art. plana (vlak gewricht)
Functioneel: art. sphaeroidea (kogelgewricht; discus articularis)
Bewegingen van scapula:
Latero-/mediorotatie (20°/0°/5°);
Endo-/exorotatie (40°/0°/10°);
Achter-/voorover kantelen
(25°/0°/25°).
, Ligamenten op spanning:
Scapulothoracale glijvlak;
Bewegingen van de scapula over de thoraxwand.
Translaties: elevatie, detractie, protractie en retractie;
rotatie: medio- en laterorotatie.
Art. humeri (schoudergewricht, art. glenohumeralis);
Morfologisch: art. spheroidea
Functioneel: art. spheroidea (labrum glenoidale)
Bewegingen:
Ab-/adductie (70°-80°/0°/10°, verticaal/horizontaal);
Endo-/exorotatie (50°/0°/75°);
Ante-/retroflexie (60°/0°/30°).