Begrippenlijst Marktresultaat en Overheidsinvloed
H1: Economische doelmatigheid
(Economisch) doelmatig: Een transactie is doelmatig als de ruilwinst zo hoog
mogelijk is/ er zo min mogelijk opoffering van middelen nodig is.
Betalingsbereidheid: Het maximale bedrag dat je voor iets wilt betalen. Op de
arbeidsmarkt: het maximale bedrag dat een werkgever aan loon wil betalen.
Consumentensurplus: Het bedrag dat de consument aan voordeel heeft omdat de
prijs lager is dan zijn betalingsbereidheid.
Leveringsbereidheid: De bereidheid van de aanbieder om bij een bepaalde prijs
een bepaalde hoeveelheid te leveren.
Maatschappelijke kosten-batenanalyse: (MKBA) Een overzicht van de in geld
uitgedrukte kosten en baten voor de maatschappij.
Octrooi: (= patent) Alleenrecht op het commerciële gebruik van een uitvinding.
Pareto-efficiënt evenwicht: (= Pareto-optimaal) Het resultaat van één persoon kan
niet verbeteren zonder dat dit ten koste gaat van het resultaat van iemand anders.
Producentensurplus: Het bedrag dat de producent aan voordeel heeft, omdat de
prijs hoger is dan waarvoor hij het minimaal wil verkopen (leveringsbereidheid).
Totale surplus: De som van het consumentensurplus en het producentensurplus.
Wettelijk monopolie: Een producent heeft door een patent of octrooi het alleenrecht
op de productie van een goed of dienst.
H1: Economische doelmatigheid
(Economisch) doelmatig: Een transactie is doelmatig als de ruilwinst zo hoog
mogelijk is/ er zo min mogelijk opoffering van middelen nodig is.
Betalingsbereidheid: Het maximale bedrag dat je voor iets wilt betalen. Op de
arbeidsmarkt: het maximale bedrag dat een werkgever aan loon wil betalen.
Consumentensurplus: Het bedrag dat de consument aan voordeel heeft omdat de
prijs lager is dan zijn betalingsbereidheid.
Leveringsbereidheid: De bereidheid van de aanbieder om bij een bepaalde prijs
een bepaalde hoeveelheid te leveren.
Maatschappelijke kosten-batenanalyse: (MKBA) Een overzicht van de in geld
uitgedrukte kosten en baten voor de maatschappij.
Octrooi: (= patent) Alleenrecht op het commerciële gebruik van een uitvinding.
Pareto-efficiënt evenwicht: (= Pareto-optimaal) Het resultaat van één persoon kan
niet verbeteren zonder dat dit ten koste gaat van het resultaat van iemand anders.
Producentensurplus: Het bedrag dat de producent aan voordeel heeft, omdat de
prijs hoger is dan waarvoor hij het minimaal wil verkopen (leveringsbereidheid).
Totale surplus: De som van het consumentensurplus en het producentensurplus.
Wettelijk monopolie: Een producent heeft door een patent of octrooi het alleenrecht
op de productie van een goed of dienst.
