College 3 artikel 1:
Early childhood intervention: a promise to children and families for their future
Mary Beth Bruder
Het gebied van interventies in de vroege kinderjaren voor baby's en jonge kinderen met een handicap
of vertraging heeft een rijk verhaal dat vele disciplines van de praktijk omvat. Zowel wetgeving als
onderzoek hebben een basis gelegd voor de manier waarop diensten aan deze populatie worden
geleverd, er zijn verschillende aanbevolen werkwijzen die de dienstverlening aan deze groep bepalen,
waarbij de meest prominente gezinsgerichte zorg, teamproces en natuurlijke en inclusieve
omgevingen zijn. Helaas staat het veld voor veel uitdagingen vanwege de toenemende heterogeniteit
van de behoeften van kinderen en gezinnen, de toenemende complexiteit en variabiliteit van
servicesystemen en slinkende bronnen die beschikbaar zijn om een infrastructuur te ondersteunen.
Aanbevelingen om de toekomst van vroege jeugdinterventie aan te pakken, omvatten het aannemen
van een cultuur van verantwoording over alle dimensies van dienstverlening, het ontwikkelen en
instellen van evidence-based praktijken, het implementeren van uitgebreide systemen van
professionele ontwikkeling en het samenwerken en samengaan met de vroege zorg en
onderwijsbegeleiding die groeit in het hele land.
Baby- en vroege kinderjaren zijn belangrijke momenten in het leven van elk kind. Voor kinderen met
een handicap zijn de eerste jaren om verschillende redenen kritiek. Ten eerste, hoe vroeger een kind
wordt geïdentificeerd als iemand met een ontwikkelingsachterstand of handicap, hoe groter de kans
dat het kind baat zal hebben bij interventiestrategieën die zijn ontworpen om voor de behoeften van
het kind.
Ten tweede profiteren gezinnen van de steun die ze via het interventieproces krijgen. In de derde
plaats profiteren scholen en gemeenschappen van lagere kosten omdat meer kinderen dan een
goede start kunnen maken op school.
In het veld is interventie in de vroege kinderjaren gedefinieerd als de provisie van educatieve of
therapeutische diensten voor kinderen jonger dan 8 jaar. In de wet wordt vroege interventie gebruikt
om de jaren vanaf de geboorte tot de leeftijd van 3 te beschrijven, hoewel de term speciale
voorschoolse educatie of voorschools speciaal onderwijs is gebruikt om de periode van de
voorschoolse jaren (leeftijd 3-5) te beschrijven. Dit artikel biedt een overzicht van de interventies in
de vroege kinderjaren, zoals beschreven door de Individuals With Disabilities Education Improvement
Act (IDEA), deel C, die diensten voor kinderen vanaf de geboorte tot 3 jaar en hun gezinnen
behandelt, en sectie 619 van deel B, die betrekking heeft op diensten voor kinderen van 3 tot 5 jaar.
De term interventie voor jonge kinderen zal worden gebruikt om de populatie van kinderen te
beschrijven, vanaf de geboorte tot de leeftijd van 5 jaar die in aanmerking komen voor diensten
onder IDEA.
Deze groep vertegenwoordigt een diversiteit aan achtergronden, gezinsstructuren en typen
beperkingen; het meest voorkomende kenmerk is dat het om de een of andere reden (biologisch
risico, milieurisico, vastgesteld risico of een combinatie) is verslechterd en dat ze een verschil ervaren
tussen wat verwacht gedrag is voor hun leeftijd en wat ze kunnen doen over een of meer
ontwikkelingsdomeinen (cognitie, motoriek, communicatie, adaptief).
Early childhood intervention: a promise to children and families for their future
Mary Beth Bruder
Het gebied van interventies in de vroege kinderjaren voor baby's en jonge kinderen met een handicap
of vertraging heeft een rijk verhaal dat vele disciplines van de praktijk omvat. Zowel wetgeving als
onderzoek hebben een basis gelegd voor de manier waarop diensten aan deze populatie worden
geleverd, er zijn verschillende aanbevolen werkwijzen die de dienstverlening aan deze groep bepalen,
waarbij de meest prominente gezinsgerichte zorg, teamproces en natuurlijke en inclusieve
omgevingen zijn. Helaas staat het veld voor veel uitdagingen vanwege de toenemende heterogeniteit
van de behoeften van kinderen en gezinnen, de toenemende complexiteit en variabiliteit van
servicesystemen en slinkende bronnen die beschikbaar zijn om een infrastructuur te ondersteunen.
Aanbevelingen om de toekomst van vroege jeugdinterventie aan te pakken, omvatten het aannemen
van een cultuur van verantwoording over alle dimensies van dienstverlening, het ontwikkelen en
instellen van evidence-based praktijken, het implementeren van uitgebreide systemen van
professionele ontwikkeling en het samenwerken en samengaan met de vroege zorg en
onderwijsbegeleiding die groeit in het hele land.
Baby- en vroege kinderjaren zijn belangrijke momenten in het leven van elk kind. Voor kinderen met
een handicap zijn de eerste jaren om verschillende redenen kritiek. Ten eerste, hoe vroeger een kind
wordt geïdentificeerd als iemand met een ontwikkelingsachterstand of handicap, hoe groter de kans
dat het kind baat zal hebben bij interventiestrategieën die zijn ontworpen om voor de behoeften van
het kind.
Ten tweede profiteren gezinnen van de steun die ze via het interventieproces krijgen. In de derde
plaats profiteren scholen en gemeenschappen van lagere kosten omdat meer kinderen dan een
goede start kunnen maken op school.
In het veld is interventie in de vroege kinderjaren gedefinieerd als de provisie van educatieve of
therapeutische diensten voor kinderen jonger dan 8 jaar. In de wet wordt vroege interventie gebruikt
om de jaren vanaf de geboorte tot de leeftijd van 3 te beschrijven, hoewel de term speciale
voorschoolse educatie of voorschools speciaal onderwijs is gebruikt om de periode van de
voorschoolse jaren (leeftijd 3-5) te beschrijven. Dit artikel biedt een overzicht van de interventies in
de vroege kinderjaren, zoals beschreven door de Individuals With Disabilities Education Improvement
Act (IDEA), deel C, die diensten voor kinderen vanaf de geboorte tot 3 jaar en hun gezinnen
behandelt, en sectie 619 van deel B, die betrekking heeft op diensten voor kinderen van 3 tot 5 jaar.
De term interventie voor jonge kinderen zal worden gebruikt om de populatie van kinderen te
beschrijven, vanaf de geboorte tot de leeftijd van 5 jaar die in aanmerking komen voor diensten
onder IDEA.
Deze groep vertegenwoordigt een diversiteit aan achtergronden, gezinsstructuren en typen
beperkingen; het meest voorkomende kenmerk is dat het om de een of andere reden (biologisch
risico, milieurisico, vastgesteld risico of een combinatie) is verslechterd en dat ze een verschil ervaren
tussen wat verwacht gedrag is voor hun leeftijd en wat ze kunnen doen over een of meer
ontwikkelingsdomeinen (cognitie, motoriek, communicatie, adaptief).
