Biologie voor jou (bvj) Boek 2B havo/vwo
Release 2021 isbn: 9789402068382
Basisstof 1 t/m 6
Extra stof 7 en 8
Basisstof 1 Bloemen
Benoem 4 delen van 1. Bloemkelk (kelkbladeren)
een bloem. 2. Bloemkroon (kroonbladeren)
3. Meeldraad: mannelijk voortplantingsorgaan
4. Stamper: vrouwelijk voortplantingsorgaan
Noem van alle 4 de • Bloemkelk (kelkbladeren).
delen hun functies en – meestal groen
kenmerken – functie: beschermen van de bloem in de knop tegen uitdroging en kou
• Bloemkroon (kroonbladeren).
– vaak groot en opvallend gekleurd, soms klein en groen
– functie (als ze opvallend gekleurd zijn): lokken van insecten
• Meeldraad: mannelijk voortplantingsorgaan.
– helmdraad en helmknop met helmhokjes
– functie: vormen van stuifmeelkorrels (mannelijke geslachtscellen) in de helmhokjes
• Stamper: vrouwelijk voortplantingsorgaan.
– stempel, stijl en vruchtbeginsel met een of meer zaadbeginsels
– functie: vormen van eicellen (vrouwelijke geslachtscellen) in de zaadbeginsels
– In elk zaadbeginsel ontstaat één eicel met kern.
Onderdelen bij de
tekening leren:
1
, Basisstof 2 Bestuiving
Bestuiving: Het overbrengen van stuifmeel van een meeldraad op de stempel(s) van een bloem
van dezelfde plantensoort.
Kruisbestuiving: Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van een andere plant (van
dezelfde soort). Vooral de wind en insecten zorgen voor kruisbestuiving.
Zelfbestuiving: Stuifmeel van een meeldraad komt op een stempel van dezelfde plant.
Insectenbloemen: Bloemen waarbij insecten voor bestuiving zorgen.
Kenmerken: (4) - Meestal groot
- Opvallend gekleurd
- Geurend
- Bevatten nectar
Windbloemen: Bloemen waarbij de wind voor bestuiving zorgt.
Kenmerken: - Meestal klein
- Onopvallend gekleurd
- Geuren niet
- Bevatten geen nectar
- Helmknoppen en stempel(s) steken vaak uit de bloem
2