METHODISCH HANDELEN 2
DOOR: SHARON DIJKHUIZEN
INHOLLAND AMSTERDAM, MONDZORGKUNDE 2017
Röntgen
Röntgen is toevallig ontdekt door Wilhelm Conrad Röntgen. Hij
maakte de eerste röntgenfoto van de hand van zijn vrouw (haar ring
is nog te zien)
Het doel van de röntgenfoto
1. Hulpmiddel bij het vaststellen van een diagnose
2. hulpmiddel bij de registratie van een
momentopname
Verschillende technieken
1. met de hand(ontwikkelingsapparaat)
2. digitaal (sensorsysteem/fosforplaatsysteem)
Opname technieken
1. bissectriceregeltechniek ( met de hand)
2. rechthoekregeltechniek ( filmhouder/ instelapparatuur)
Bescherming
- lood laat praktisch geen straling door
- patiënt: loodfolie in film loodshort
- operateur: loodschort/ wand met lood
Hoe komen de verschillende tinten tot stand
1. Doorlaatbaarheid van wat je fotografeert
2. Hoe hoger het atoomgewicht, hoe minder straling wordt doorgelaten hoe meet straling er
wordt geabsorbeerd, dit kleurt wit op een röntgenfoto (radio opaak)
Beeldvorming (Effect van eigenschappen van het object
1. Soort materiaal (dichtheid; atoomnummer)
2. Hoeveelheid materiaal bepaalt mate van absorptie
**amalgaam hoge atoomnummer, composiet ook dit komt omdat ze in composiet een stofje
hebben toegevoegd dat het wel zichtbaar is op de röntgenfoto**
Radio-opaque & radiolucent
1. Radio-opaque: volledig niet doorlaatbaar voor röntgenstralen (wit)
2. Radiolucent: onvolledig doorlaatbaar voor röntgenstralen (donker)
Amalgaam: hoog atomair gewicht weinig straling doorlatend = wit
Gingiva: laag atomair gewicht = zwart weergegeven
Pulpaholte: ruimte gevuld met bloedvaten en zenuwen. Absorbeert minder straling dan dentine
donkerder aspect = grijs
Abces of cyste: pus of vocht gevulde ruimte door verdwijnen van het kaakbot (wat normaal iets
oplicht) een donker aspect
DOOR: SHARON DIJKHUIZEN
INHOLLAND AMSTERDAM, MONDZORGKUNDE 2017
Röntgen
Röntgen is toevallig ontdekt door Wilhelm Conrad Röntgen. Hij
maakte de eerste röntgenfoto van de hand van zijn vrouw (haar ring
is nog te zien)
Het doel van de röntgenfoto
1. Hulpmiddel bij het vaststellen van een diagnose
2. hulpmiddel bij de registratie van een
momentopname
Verschillende technieken
1. met de hand(ontwikkelingsapparaat)
2. digitaal (sensorsysteem/fosforplaatsysteem)
Opname technieken
1. bissectriceregeltechniek ( met de hand)
2. rechthoekregeltechniek ( filmhouder/ instelapparatuur)
Bescherming
- lood laat praktisch geen straling door
- patiënt: loodfolie in film loodshort
- operateur: loodschort/ wand met lood
Hoe komen de verschillende tinten tot stand
1. Doorlaatbaarheid van wat je fotografeert
2. Hoe hoger het atoomgewicht, hoe minder straling wordt doorgelaten hoe meet straling er
wordt geabsorbeerd, dit kleurt wit op een röntgenfoto (radio opaak)
Beeldvorming (Effect van eigenschappen van het object
1. Soort materiaal (dichtheid; atoomnummer)
2. Hoeveelheid materiaal bepaalt mate van absorptie
**amalgaam hoge atoomnummer, composiet ook dit komt omdat ze in composiet een stofje
hebben toegevoegd dat het wel zichtbaar is op de röntgenfoto**
Radio-opaque & radiolucent
1. Radio-opaque: volledig niet doorlaatbaar voor röntgenstralen (wit)
2. Radiolucent: onvolledig doorlaatbaar voor röntgenstralen (donker)
Amalgaam: hoog atomair gewicht weinig straling doorlatend = wit
Gingiva: laag atomair gewicht = zwart weergegeven
Pulpaholte: ruimte gevuld met bloedvaten en zenuwen. Absorbeert minder straling dan dentine
donkerder aspect = grijs
Abces of cyste: pus of vocht gevulde ruimte door verdwijnen van het kaakbot (wat normaal iets
oplicht) een donker aspect
