ASWidP hoorcollege 1
Introductie & ‘take off’ - Gerrit-Bartus Dielissen (cursuscoördinator)
Opzet cursus
Doel: kennis maken en ervaring opdoen met hoe je als ASW-er een bijdrage kan
leveren aan de analyse en bestrijding van sociale problemen.
Op de thema’s
o Criminaliteit en veiligheid
o Burgerinitiatieven in de verzorgingsstaat
o Jeugd en gezondheid
o Culturele diversiteit
Raakvlakken met masterprogramma’s (specialisaties) van ASW
Werkwijzen
o Werkgroep extensief: maken van vragen/opdrachten die voorbereiden op
werkcollege (en open essay tentamen)
o Werkcolleges: bespreken van literatuur en opdrachten (Claudia van Rijn)
o Workshop extensief: deelopdrachten voor beleidsnotitie
o Teamwork (trio’s) en peer feedback
Week 1 t/m 5: 8 hoorcolleges en literatuur tentamen met openvragen (50%)
Week 5 t/m 8: Beleidsnotitie schrijven (50%, inclusief presentatie)
De matrix
Optekenen van een levensverhaal (interview)
o Inleidend college hierop (vanmiddag door Jaap Bos)
Twee ‘themagroep bijeenkomsten’: collega’s van M&T (zie rooster)
Keuzevakkers in eigen themagroep
Aftekenen als ‘voldaan / voldoende’; ‘niet voldaan’ / ‘onvoldoende’: Voorwaarde voor
krijgen cijfer voor ASW in de praktijk als cursus!
Schrijfopdracht / beleidsnotitie
Ongeveer 3500 woorden over een sociaal probleem naar keuze, in groepjes van 3
Voortbouwen op kennis en vaardigheden uit IASW: van theorie en onderzoek (van
sociale problemen) naar beleid proeve van bekwaamheid: beleidsnotitie
Hoe ziet zo’n beleidsnotitie eruit? Betogend en (theoretisch en praktisch)
onderbouwd. Het is een argumentatief betoog en werkt een beetje zoals de
diagnostische cyclus.
o Stap 1: probleemstelling (keuze voor een sociaal probleem)
o Stap 2: beschrijvende analyse (actualiteit, wat precies, cosequenties, cijfers)
o Stap 3: verklarende analyse (perspectieven, ontstaansgeschiedenis)
o Stap 4: bestaand beleid (wat is er en werkt dat? Waarom wel/niet?)
o Stap 5: gewenst beleid (concrete aanbevelingen, voortbouwend op onderzoek
– ‘programma theorie’)
Weber
De relatie tussen wetenschap en beleid is ongemakkelijk en niet vanzelfsprekend.
Denk aan: zelfbeeld wetenschap(per), gedragscodes, wisselende wetenschappelijke
en bestuursparadigma’s, profilering van universiteiten, research versus professionele
‘masters’, etc.
Er is geen vaste manier over hoe onderzoeker zich moeten gedragen.
Retourreflectie: een stap terug om op jezelf te reflecteren.
Definities van sociale problemen verschillen, belangen conflicteren, politieke
overwegingen en beschikbare middelen bepalen gekozen remedies
Introductie & ‘take off’ - Gerrit-Bartus Dielissen (cursuscoördinator)
Opzet cursus
Doel: kennis maken en ervaring opdoen met hoe je als ASW-er een bijdrage kan
leveren aan de analyse en bestrijding van sociale problemen.
Op de thema’s
o Criminaliteit en veiligheid
o Burgerinitiatieven in de verzorgingsstaat
o Jeugd en gezondheid
o Culturele diversiteit
Raakvlakken met masterprogramma’s (specialisaties) van ASW
Werkwijzen
o Werkgroep extensief: maken van vragen/opdrachten die voorbereiden op
werkcollege (en open essay tentamen)
o Werkcolleges: bespreken van literatuur en opdrachten (Claudia van Rijn)
o Workshop extensief: deelopdrachten voor beleidsnotitie
o Teamwork (trio’s) en peer feedback
Week 1 t/m 5: 8 hoorcolleges en literatuur tentamen met openvragen (50%)
Week 5 t/m 8: Beleidsnotitie schrijven (50%, inclusief presentatie)
De matrix
Optekenen van een levensverhaal (interview)
o Inleidend college hierop (vanmiddag door Jaap Bos)
Twee ‘themagroep bijeenkomsten’: collega’s van M&T (zie rooster)
Keuzevakkers in eigen themagroep
Aftekenen als ‘voldaan / voldoende’; ‘niet voldaan’ / ‘onvoldoende’: Voorwaarde voor
krijgen cijfer voor ASW in de praktijk als cursus!
Schrijfopdracht / beleidsnotitie
Ongeveer 3500 woorden over een sociaal probleem naar keuze, in groepjes van 3
Voortbouwen op kennis en vaardigheden uit IASW: van theorie en onderzoek (van
sociale problemen) naar beleid proeve van bekwaamheid: beleidsnotitie
Hoe ziet zo’n beleidsnotitie eruit? Betogend en (theoretisch en praktisch)
onderbouwd. Het is een argumentatief betoog en werkt een beetje zoals de
diagnostische cyclus.
o Stap 1: probleemstelling (keuze voor een sociaal probleem)
o Stap 2: beschrijvende analyse (actualiteit, wat precies, cosequenties, cijfers)
o Stap 3: verklarende analyse (perspectieven, ontstaansgeschiedenis)
o Stap 4: bestaand beleid (wat is er en werkt dat? Waarom wel/niet?)
o Stap 5: gewenst beleid (concrete aanbevelingen, voortbouwend op onderzoek
– ‘programma theorie’)
Weber
De relatie tussen wetenschap en beleid is ongemakkelijk en niet vanzelfsprekend.
Denk aan: zelfbeeld wetenschap(per), gedragscodes, wisselende wetenschappelijke
en bestuursparadigma’s, profilering van universiteiten, research versus professionele
‘masters’, etc.
Er is geen vaste manier over hoe onderzoeker zich moeten gedragen.
Retourreflectie: een stap terug om op jezelf te reflecteren.
Definities van sociale problemen verschillen, belangen conflicteren, politieke
overwegingen en beschikbare middelen bepalen gekozen remedies