Vragen Juist Onjuist
1. De term ‘open interview’ is een verzamelnaam voor alle interviews waar
alleen open vragen gesteld worden
2. Bij een gestructureerd interview: je weet precies welke vragen en in
welke volgorde je deze gaat stellen
3. Er zijn 3 soorten open interviews: het vrije-attitude interview, het half
gestructureerde interview en het gestructureerde interview
4. Tussen een interview en een gesprek is geen belangrijk verschil
5. Een vrije-attitude interview is volledig gestructureerd
6. Een gedeeltelijk gestructureerd interview heeft naast vaste vragen en
volgorde wel vrije doorvragen
7. Bij een gedeeltelijk gestructureerd interview maak je gebruik van een
vragenlijst die voornamelijk bestaat uit gesloten vragen
8. Speciale interviewvormen zijn het focused interview, het elite- of
expertinterview en het perspectieve interview
9. Het focused interview is ongestructureerd
10. Je verzamelt met interviews informatie, welke betrouwbaar moet zijn
11. Bij een topiclijst is het gegarandeerd dat bij ieder geïnterviewde persoon
dezelfde onderwerpen aan de orde komen
12. Na het verzamelen van topics en subtopics moeten deze in een logische
volgorde gebracht worden
13. Voor de volgorde van topics die verschillende richtlijnen, namelijk:
- Eerst ‘makkelijke’, daarna pas ‘moeilijke topics’
- Chronologische volgorde
- Van breed naar smal (of andersom)
14. Het inhoudelijke deel van een interview start altijd met een gesloten
vraag
15. Als de geïnterviewde geen antwoord geeft op een vraag, ga je door met
een andere vraag
16. Als afsluiting geef je de geïnterviewde een telefoonnummer of e-
mailadres, zodat hij te allen tijde contact met jou als interviewer of met
het team contact kan opnemen
17. Als je bij het interview ‘smal’ begint en dan als ‘breder’ wordt met je
vragen wordt dit de sneeuwbalmethode genoemd
18. Hoe meer criteria je hebt waaraan de geïnterviewden moeten voldoen,
des te heterogener wordt de steekproef
19. Als een persoon weigert een interview te geven moet je dit accepteren
en iemand anders vragen
20. Je mag tijdens het interview geen aantekeningen maken
21. Bij de analyse van het interview gebruik je niet de non-verbale reacties
van de geïnterviewde
22. Voor de evaluatie van een proefinterview gebruik je alleen verschillende
fragmenten die goed en minder goed lopen om te vergelijken
23. Bij een interview moet je zo min mogelijk concrete vragen stellen
24. Binnen een interview mag je alleen vaktermen gebruiken, als je een
expert gaat interviewen
25. De vragen van het interview ga je, bij het interview zelf, als volgt
benoemen: de eerste vraag is…; de tweede vraag is...