RECHT IN CONTEXT
HOOFDSTUK 1
Paragraaf 1
Centrale stelling: Het recht kan alleen worden gekend in de context van de omstandigheden van
functioneren en van totstandkoming. => Contextualisme, geformuleerd door William Twining.
In de rechtswetenschap wordt onderscheid gemaakt tussen rechtsdogmatiek en benaderingen
van het recht waarbij ook bevindingen van andere wetenschappen worden gebruikt.
Rechtsdogmatiek is:
1. De studie van het geldende recht.
2. De casuïstiek, dat wil zeggen het geheel van juridische casus.
3. De ordening van het recht door tekst analytische methoden. Zo heb je heteronome en
autonome rechtsvinding. Als de rechter zijn beslissing alleen baseert op zijn eigen
mening is er een zuivere autonome rechtsvinding. Bij heteronome rechtsvinding past de
rechter de wet alleen maar toe en geeft hierbij geen eigen interpretatie of mening.
Rechtsdogmatiek is de bestudering van het geldende recht en om het zo goed mogelijk te
ordenen en een lijn in beslissingen van het recht te zien.
Multidisciplinariteit: Als de wetenschap met andere wetenschappen wordt verbonden, dienen
die andere wetenschappen soms als hulpwetenschappen, waarvan de resultaten in en door het
recht worden gebruikt.
Interdisciplinariteit: Als de relatie tussen de rechtswetenschap en een andere wetenschap
nauwer is doordat er tussen de rechtswetenschap en die andere wetenschap fundamentele
punten van overeenkomst zijn.
Het recht heeft een praktische en principiële rol.
Paragraaf 3
Voorbeelden van casussen waarbij de rechter vrijwel volledig naar de omstandigheden van het
geval moest kijken.
HBU-Saladin
Saladin koopt op aanraden van HBU aandelen in Waterman Pen Company van Savard. In
de bemiddelingsovereenkomst tussen Saladin en HBU, heeft HBU een beding opgenomen
waarin staat dat HBU voor de transactie geen enkele aansprakelijk aanvaardt. Savard
garandeert Saladin dat hij na een jaar alle aandelen duurder zal terugkopen. Dat doet hij
echter niet. Saladin eiste daarom zijn geld terug van HBU.
Rechtsvraag
Kan HBU een beroep op de exoneratieclausule in de bemiddelingsovereenkomst doen?
Overweging
De rechtbank en het hof wezen beide de vordering van Saladin af. De Hoge Raad stelde dat
de vraag, of er een succesvol beroep op een exoneratiebeding gedaan kan worden, moet
worden beoordeeld aan de hand van vijf omstandigheden:
• de zwaarte van de schuld
• de aard en verdere inhoud van de overeenkomst
• de maatschappelijke positie en de onderlinge verhouding van partijen
• de wijze waarop het beding tot stand is gekomen
• de mate waarin de wederpartij van de strekking van het beding op de hoogte was
1