3.1 het begrip groep
Sprake van een groep als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
- als 2 of meer mensen regelmatig en op een directe manier met elkaar omgaan.
- als deze mensen gemeenschappelijke doelen hebben.
- als deze mensen voor het bereiken van die doelen een zeker mate van elkaar
afhankelijk zijn.
- als deze mensen het gevoel hebben dat ze deel uitmaken van een groep.
3.2 de organisatie als verzameling groepen
Verzameling groepen = organisatie waarin taken verdeeld zijn over verschillende
afdelingen / groepen.
3.3 soorten groepen in organisaties
Formele groepen
Groepen die onderdeel vormen van de structuur van de organisatie:
- bestuurlijke groepen.
- uitvoerende groepen.
- zelfsturende teams.
- virtuele groepen.
Bestuurlijke groepen
In deze groep wordt bepaald wat de doelen van de organisatie zijn, hoe de organisatie
wordt opgebouwd, hoe werkzaamheden worden gepland, gestuurd en gecoördineerd.
Uitvoerende groepen
In teamverband worden werkzaamheden verricht. Sprake van gemeenschappelijk doel en
van noodzaak tot verdeling en afstemming van werkzaamheden.
Uitvoerende groepen → mogelijkheid tot zelfsturing → mengvorm tussen
bestuurlijke en uitvoerende groepen.
Zelfsturende teams
Gedachte → werk in de productie minder eentonig te maken, door die
medewerkers in teams te laten werken en ze meer uitvoerende, plannende en
controlerende taken te geven.
Zelfsturende teams kunnen om verschillende redenen worden opgezet:
- verhogen van de kwaliteit van de arbeid.
- meer klantgericht werken en beter inspringen op wensen van de markt.
- vergroten van flexibiliteit van productie / dienstverlening.
Gemeenschappelijke kenmerken van zelfsturende teams:
1. Taken van het team moeten zowel uitvoerende als regelende of
controlerende werkzaamheden bevatten. Groepsleden moeten alle taken
, kunnen verrichten zodat ze elkaars werk kunnen overnemen. → werk meer
inhoud en kwaliteit.
2. Zo min mogelijk zaken dienen van bovenaf te zijn vastgelegd, zodat
regelende vermogen in het team zo groot mogelijk is. → bevordert
snelheid van reageren op veranderingen in de eisen aan de uitvoering van
het werk en op de wensen van de klanten. – organisatie klantgerichter en
flexibeler.
3. Team moet de leden een thuisbasis geven waarin sociale contacten mogelijk zijn en
waarin men van elkaar kan leren. Omvang dient beperkt te zijn.
Virtuele groepen = overleg en besluitvorming tussen collega’s op een afdeling geheel via
de elektronische weg plaatsvindt.
Medewerkers minder in elkaars nabijheid → communiceren via elektronische
weg.
- Weinig tot geen face-to-face communicatie.
Informele groepen
Spontaan geformeerde groepen rondom gemeenschappelijke activiteiten / belangen.
3.4 functies van groepen
Verschillende functies van groepen:
- evolutionaire en biologische functie → groep biedt bescherming en mogelijkheid
tot voortplanting.
- psychologische functie → mensen hebben behoefte aan contact met andere
mensen, gevoel ergens bij te horen.
- cognitieve functie → mensen kunnen met elkaar meer presteren dan
afzonderlijk.
Evolutionaire en biologische functie
Evolutietheorie (Darwin) = eigenschappen die voortbestaan waarborgen worden
doorgegeven aan volgende generatie(s).
Psychologische functie
Mensen leven in groepen → sociale steun, identiteit en status, en informatie.
Sociale steun:
- emotionele steun → het laten blijken van meegevoel en van zorg voor het
welzijn van de ander.
- advies en hulp → raad en bijstand.
- positieve feedback → het laten blijken van waardering voor het gedrag en
kwaliteiten van de ander. Mensen hebben behoefte aan positief zelfbeeld.
Veel sociale steun → minder snel psychische en fysieke problemen.
Verlenen van identiteit en status:
Sociale-identiteitstheorie = zelfbeeld van iemand bevat een persoonlijke en een sociale
identiteit.