Moderne industriële productie
Boek H2 Vormgevingstechnieken
Vormverandering materialen kan door:
- Uitoefenen van een uitwendige krachten
- Verwarmen
- Combinatie
Soorten vormgevingstechnieken
- Vloeibare en semi-vloeibare vormgeving
o Zandvormgieten
▪ Gietmodel kan gemaakt worden van hout, kunststof of materiaal dat
vormvast is
▪ Bak met zand, hierin zit vorm te gieten product
• Aangiettap gaat vloeibaar metaal in
• Opkomer is om lucht te laten ontsnappen, kunnen meerdere zijn
o Verlorenwasgieten
▪ Wasmodel wordt voorzien van keramische deklaag, wordt vaker herhaald
▪ Door de sterke deklaag wordt de was eruit gehaald door temperatuur naar
120 graden op te laten lopen (het smelt)
o Verlorenschuimgieten
▪ Principe is hetzelfde alleen wordt er nu schuim gebruikt
o Coguillegieten en spuitgieten (Al, Mg, Zn)
▪ Gietmal is meerdere keren te gebruiken
▪ We spreken van coguillegieten als het materiaal onder invloed van
zwaartekrracht de matrijs instroomt
o Spuitgieten
▪ Kunststof
• Het granulaat wordt zonder voorvervarming is cilinder aangebracht
• Het wordt in cilinder verwarmd en door schroef in vorm gedrukt
▪ 2k spuitgieten
• Meerdere componenten/kleuren tot één product
▪ Metal injection moulding (+ sinteren)
• Wordt gebruikt om printplaat te maken
▪ Thixomoulding (Mg)
- Plastische vormgeving
o Massief omvormen
▪ Smeden
• Materiaal wordt sterker en taaier
• Kan alleen onder zeer hoge temperatuur
▪ Walsen/trekken
• Werkstuk gaat wordt (warm) door een vorm geperst/getrokken
▪ Extruderen
• Metaal wordt in oven opgewarmd, dit wordt onder hoge druk door
een opening geperst
• Portholematrijzen = kern van matrijs heeft opening(en) in kern
waardoor er bruggen ontstaan
, o Buigen van plaat en buis
▪ Vrijbuigen
• Geschikt voor kleine series als enkelstuks als grote series
▪ Matrijsbuigen
• Hierbij zijn er geen afrondingen op materiaal
▪ Strijkbuigen
• Plaat wordt geklemd, stempel buigt de plaat om
▪ Zwenkbuigen
• plaat wordt vastgeklemd, buigbalk zwenkt om zijn draaipunt,
plaat wordt verbogen
▪ Rolvormen
• Plaat gaat over band en wordt steeds verder gevormd
▪ Plaatwalsen
• Plaat wordt tussen drie rollen gelegd en wordt zo rond
gevormd
▪ Buigen van buis
• Om te voorkomen dat de buis aan de binnenkant (van
de bocht) gaat snoeren zit er een doorn (flexibel
opvulstuk)
Boek H2 Vormgevingstechnieken
Vormverandering materialen kan door:
- Uitoefenen van een uitwendige krachten
- Verwarmen
- Combinatie
Soorten vormgevingstechnieken
- Vloeibare en semi-vloeibare vormgeving
o Zandvormgieten
▪ Gietmodel kan gemaakt worden van hout, kunststof of materiaal dat
vormvast is
▪ Bak met zand, hierin zit vorm te gieten product
• Aangiettap gaat vloeibaar metaal in
• Opkomer is om lucht te laten ontsnappen, kunnen meerdere zijn
o Verlorenwasgieten
▪ Wasmodel wordt voorzien van keramische deklaag, wordt vaker herhaald
▪ Door de sterke deklaag wordt de was eruit gehaald door temperatuur naar
120 graden op te laten lopen (het smelt)
o Verlorenschuimgieten
▪ Principe is hetzelfde alleen wordt er nu schuim gebruikt
o Coguillegieten en spuitgieten (Al, Mg, Zn)
▪ Gietmal is meerdere keren te gebruiken
▪ We spreken van coguillegieten als het materiaal onder invloed van
zwaartekrracht de matrijs instroomt
o Spuitgieten
▪ Kunststof
• Het granulaat wordt zonder voorvervarming is cilinder aangebracht
• Het wordt in cilinder verwarmd en door schroef in vorm gedrukt
▪ 2k spuitgieten
• Meerdere componenten/kleuren tot één product
▪ Metal injection moulding (+ sinteren)
• Wordt gebruikt om printplaat te maken
▪ Thixomoulding (Mg)
- Plastische vormgeving
o Massief omvormen
▪ Smeden
• Materiaal wordt sterker en taaier
• Kan alleen onder zeer hoge temperatuur
▪ Walsen/trekken
• Werkstuk gaat wordt (warm) door een vorm geperst/getrokken
▪ Extruderen
• Metaal wordt in oven opgewarmd, dit wordt onder hoge druk door
een opening geperst
• Portholematrijzen = kern van matrijs heeft opening(en) in kern
waardoor er bruggen ontstaan
, o Buigen van plaat en buis
▪ Vrijbuigen
• Geschikt voor kleine series als enkelstuks als grote series
▪ Matrijsbuigen
• Hierbij zijn er geen afrondingen op materiaal
▪ Strijkbuigen
• Plaat wordt geklemd, stempel buigt de plaat om
▪ Zwenkbuigen
• plaat wordt vastgeklemd, buigbalk zwenkt om zijn draaipunt,
plaat wordt verbogen
▪ Rolvormen
• Plaat gaat over band en wordt steeds verder gevormd
▪ Plaatwalsen
• Plaat wordt tussen drie rollen gelegd en wordt zo rond
gevormd
▪ Buigen van buis
• Om te voorkomen dat de buis aan de binnenkant (van
de bocht) gaat snoeren zit er een doorn (flexibel
opvulstuk)