MASSACULTUUR EN POSTMODERNISME; 1950-NU
, Massacultuur & Postmodernisme JvG
Inhoud
Religie en levensbeschouwing................................................................................................................1
Welke rol spelen religie en levensbeschouwing in de maatschappij en welke invloed heeft dat op
kunst?.................................................................................................................................................1
Politieke en economische macht............................................................................................................2
Wie geeft opdracht en betaalt de kunst?...........................................................................................2
Esthetica.................................................................................................................................................5
Wat vindt men in die tijd mooi en welke invloed heeft dat op kunst?...............................................5
Vermaak.................................................................................................................................................7
Welke rol speelt kunst bij vermaak? Speelt vermaak ook een rol in de kunst?..................................7
Wetenschap en techniek........................................................................................................................9
In hoeverre beïnvloedt wetenschap de kunst en andersom? Welke technische ontwikkelingen
spelen een rol in de kunst?.................................................................................................................9
Intercultureel........................................................................................................................................12
Welke invloed hebben andere culturen op de kunst?......................................................................12
Religie en levensbeschouwing
Welke rol spelen religie en levensbeschouwing in de
maatschappij en welke invloed heeft dat op kunst?
In de tweede helft van de 20ste eeuw worden alle waarden en ideologieën betwist. De grote verhalen,
zoals het Marxisme, het socialisme en het christendom gaan ten onder. De wetenschap haalt zichzelf
in en onze wereld wordt vormgegeven door het kapitalisme. De massamedia en zijn beeldcultuur
bepalen onze visie op de wereld. Daarbij is de hele wereld binnen handbereik en speelt globalisering
een grote rol. Binnen de kunsten heeft dit geleid tot het afbreken van tradities en het opzoeken van
grenzen van wat onder kunst verstaat wordt. Er wordt gereflecteerd op deze
consumptiemaatschappij. Grenzen tussen hoge en lage cultuur vervagen en vermaak speelt een
enorme rol in alle facetten van deze nieuwe maatschappij. De maatschappij is het best te
omschrijven als hedonistisch: er wordt uitgebreid genoten en geconsumeerd.
De nieuwe massamedia verleidt de consument tot het kopen van massaproducten en probeert hier
steeds weer een nieuwe manier voor te verzinnen. Neem bijvoorbeeld soaps. De Amerikaanse
zeepfabrikant Procter & Gamble kocht dagelijks vijftienminuten zendtijd op een radiostation. Twaalf
daarvan werden gebruikt om een hoorspelserie uit te zenden en de andere drie minuten werden
gebruikt als reclame voor het zeepmerk Oxydol. Soapseries waren dus puur en alleen een marketing
tactiek die uitgroeide tot een groot onderdeel van de maatschappij.
Buiten het maken van reclame zorgde massamedia er ook voor dat sterren/rolmodellen zoals David
Bowie, Marilyn Monroe en Madonna een groter bereik kregen. Dit zorgde mede voor het ontstaan
van de nieuwe ,onder jongere dominante, jeugdcultuur en de daarbij behorende subculturen. Iedere
jeugd-subcultuur heeft in de essentie een gedeelde factor: het afzetten tegen volwassenen en
1