Hoorcollege Beginselen van de
Democratische Rechtsstaat
Week 1
Staatsrecht: regels over de organisatie van de overheid en fundamentele normen over de verhouding
met de overheid. Veel (recente) staatsrechtelijke kwesties:
- Covid wetregeling
- Decentrale verhoudingen
- Noodfonds instellen Europese Unie (welke landen mogen gebruik maken)? : wat zijn de
bevoegdheden van de EU en heeft de nl minister een veto? Hoe werken die rechtsorder op
elkaar in?
- Proces Geert Wilders: is het een politiek proces?
- Mondkapjesplicht: in strijd met grondwet?
Wie mag wat, wat mag de overheid NIET, hoe liggen de verhoudingen? Organisatie overheid: betreft
zowel interne als externe werkende regels (ambtenaren -/ burgers).
Burgerlijk Wetboek bepaalt de regels en geeft de antwoorden op vraagstukken.
Staatsrecht vraagt: Wat is precies de bevoegdheid van de rechter bij het interpreteren van de
strafrechtelijke delicten in het Wetboek SR.
Door staatsrechtelijke kennis ben je een betere ‘piloot’.
Functies van het staatsrecht:
- Constitueren: Het koningschap wordt erfelijk vervuld door wettige opvolgers van Willem I’ –
art. 24 Grondwet - ‘Er is een Raad voor de rechtspraak’ – art. 84 lid 1 Wet RO
bepalen dat het zo is en de norm en instituties scheppen. Het creëren van een wetgever
- Attribueren: Aan de rechterlijke macht is voorts opgedragen de berechting van strafbare
feiten’ – art. 113 lid 1 Grondwet - ‘De burgemeester kan een drugspand sluiten’ – art. 174a
GemW’
Institueert (toekenning) bevoegdheden aan rechtelijke macht / overheid (strafbare feiten
berechten).
Vb. Wilders proces. Interpretatievraag ‘’ras’’ aan rechter
- Reguleren: ‘Niemand kan lid van beide kamers zijn’ – art. 57 lid 1 Gw - ‘Niemand heeft
voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren’ – art.
7 lid 1 Gw
Die kennen niet bevoegdheden toe, maar die reguleren het uitoefenen van die
bevoegdheden en zorgen voor voorwaarden
Vb. verbod op censuur / voorkomen centralisatie macht
Wetten van belang bij dit vak: Grondwet, kieswet en wetten achterin wettenbundel
Recept voor een staat:
Territoir met duidelijke grenzen
Natie: gemeenschap die een zekere eenheid vormt
Interne soevereiniteit: oefen effectief gezag uit over de gemeenschap
Externe soevereiniteit: overleef confrontatie met buren / wordt geaccepteerd
Micro states: Eurostaete (grens Nederland en Duitsland)
,! 4e criterium (acceptatie van buitenaf) is uiteindelijk van essentie. Neem verdrag van Münster:
Spanje erkent Nederland.
Failed states: geen effectief gezag (3e criterium)
Centrale gezag heeft geen controle over de gemeenschap.
Waarom telt Noord-Korea als een failed state?
- Gezag is geen macht.
- Gezag is gelegitimeerde macht: gebaseerd op acceptatie
- Angst maakt een staat instabiel en niet effectief voor een systeem
Dwang of (effectief) gezag? Macht is feitelijk: de mogelijkheid om anderen te dwingen. Gezag is
gelegitimeerde macht: macht die wordt geaccepteerd door degenen over wie het wordt uitgeoefend.
Recent voorbeeld: wat is het gezag van BOA’s.
Factoren effectief gezag: traditie, charisme, ‘winst’: het werkt.
Staatsrecht heeft als ambitie om met zo min mogelijk macht en zo veel mogelijk gezag te
organiseren. Gezagsuitoefening inbedden in de rechtsstaat en democratie: in mensenrechten
- Wij accepteren machtsuitoefening van de politie, omdat wij weten dat marteling verboden is
- Er volgt een sanctie: dat maakt macht acceptabeler.
- Macht is alleen gelegitimeerd als het correspondeert met een bevoegdheid om die macht uit
te oefenen, dus binnen de context van een democratie en rechtsstaat. = terechte macht
Bronnen en begrippen
- Materiele constitutie: geheel van de geldende regels (realiteit en interpretaties, die de
feitelijke verhoudingen weergeven)
- Formele constitutie: de grondwet (op papier)
Grondwet
Statuut: regeling verhouding Nl en Europa
Organieke wetten: provinciewet etc.
Algemene Maatregelen van Bestuur: wetten gegeven door de regering
Ministeriele regelingen: algemeen verbindende voorschriften (wetten) die afkomstig zijn van
één minister tijdelijke coronawet
Ongeschreven staatsrecht: niet te vinden in wettenbundel
Vb. Vertrouwingssregel: plicht tot opstappen, indien de tweede kamer het vertrouwen in jou
opzegt als minister
, Reglementen van Orde: werken intern
Conventies: regels tussen verplichtend staatsrecht en zuivere praktijken:
behoorlijkheidsnormen.
Vb. De norm dat de Eerste Kamer terughoudend hoort te zijn (ongeschreven, maar minder
harde norm, niet voor de wet maar wat je behoort te doen)
Ongeschreven staatsrecht en conventies: verschil in gradatie.
Samenvattend De grondwet staat op papier. De constitutie bevat ook ongeschreven regels over
de staatsinrichting van Nederland.
Rechtsstaat
Essentie van de ontwikkeling van de rechtsstaat: er is een fundamentele verschuiving van de
verhoudingen geweest Wij hebben een koning, omdat de Grondwet een koningschap
constitueert. Macht is niet persoonlijk: de Grondwet is de basis.
Positie koning in de regering: Grondwet geeft hem die positie.
4 Elementen rechtsstaatsbegrip
- Legaliteit: bevoegdheid omdat de wet het zegt
- Machtenscheiding: trias politica (vaststellen en toepassen norm)
- Grondrechten: denk aan wo2. Formele regels zijn niet voldoende. Staat moet verboden
kennen
- Rechtsbescherming: rechter die macht controleert
Trias politica
Staatsmacht opdelen in:
Scheiding in functies: wetgeven, besturen, rechtspreken
Scheiding in instituties: wetgever, bestuur, rechtelijke macht
Scheiding in personen: Kamerleden, ministers, rechter iemand in de wetgevende macht
mag geen bevoegdheden hebben in andere instituties. Vb. Regulerende Norm: geen lid zijn
van meerdere kamers
Samenwerking tussen het kabinet en burgemeesters is verdacht door het bevelsbevoegdheid dat de
minister heeft.
Machthebbende personen wensen geen controle. Voor het belang van de evenwicht controleren
machthebbers elkaar: verdachte motieven werken tegen elkaar in. essentie machtenscheiding.
4 Beginselen Week 1
1. Een staat heeft gezag, de maffia heeft macht
2. Een mooie Grondwet is nog geen goede constitutie
3. Democratische rechtsstaat: maximaal gezag minimale macht
4. Goede motieven zijn mooi, slechte motieven zijn betrouwbaar goede werking trias
politica: accepteren dat er verdachte motieven zijn en organiseren dat ze elkaar in evenwicht
houden.
Democratische Rechtsstaat
Week 1
Staatsrecht: regels over de organisatie van de overheid en fundamentele normen over de verhouding
met de overheid. Veel (recente) staatsrechtelijke kwesties:
- Covid wetregeling
- Decentrale verhoudingen
- Noodfonds instellen Europese Unie (welke landen mogen gebruik maken)? : wat zijn de
bevoegdheden van de EU en heeft de nl minister een veto? Hoe werken die rechtsorder op
elkaar in?
- Proces Geert Wilders: is het een politiek proces?
- Mondkapjesplicht: in strijd met grondwet?
Wie mag wat, wat mag de overheid NIET, hoe liggen de verhoudingen? Organisatie overheid: betreft
zowel interne als externe werkende regels (ambtenaren -/ burgers).
Burgerlijk Wetboek bepaalt de regels en geeft de antwoorden op vraagstukken.
Staatsrecht vraagt: Wat is precies de bevoegdheid van de rechter bij het interpreteren van de
strafrechtelijke delicten in het Wetboek SR.
Door staatsrechtelijke kennis ben je een betere ‘piloot’.
Functies van het staatsrecht:
- Constitueren: Het koningschap wordt erfelijk vervuld door wettige opvolgers van Willem I’ –
art. 24 Grondwet - ‘Er is een Raad voor de rechtspraak’ – art. 84 lid 1 Wet RO
bepalen dat het zo is en de norm en instituties scheppen. Het creëren van een wetgever
- Attribueren: Aan de rechterlijke macht is voorts opgedragen de berechting van strafbare
feiten’ – art. 113 lid 1 Grondwet - ‘De burgemeester kan een drugspand sluiten’ – art. 174a
GemW’
Institueert (toekenning) bevoegdheden aan rechtelijke macht / overheid (strafbare feiten
berechten).
Vb. Wilders proces. Interpretatievraag ‘’ras’’ aan rechter
- Reguleren: ‘Niemand kan lid van beide kamers zijn’ – art. 57 lid 1 Gw - ‘Niemand heeft
voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren’ – art.
7 lid 1 Gw
Die kennen niet bevoegdheden toe, maar die reguleren het uitoefenen van die
bevoegdheden en zorgen voor voorwaarden
Vb. verbod op censuur / voorkomen centralisatie macht
Wetten van belang bij dit vak: Grondwet, kieswet en wetten achterin wettenbundel
Recept voor een staat:
Territoir met duidelijke grenzen
Natie: gemeenschap die een zekere eenheid vormt
Interne soevereiniteit: oefen effectief gezag uit over de gemeenschap
Externe soevereiniteit: overleef confrontatie met buren / wordt geaccepteerd
Micro states: Eurostaete (grens Nederland en Duitsland)
,! 4e criterium (acceptatie van buitenaf) is uiteindelijk van essentie. Neem verdrag van Münster:
Spanje erkent Nederland.
Failed states: geen effectief gezag (3e criterium)
Centrale gezag heeft geen controle over de gemeenschap.
Waarom telt Noord-Korea als een failed state?
- Gezag is geen macht.
- Gezag is gelegitimeerde macht: gebaseerd op acceptatie
- Angst maakt een staat instabiel en niet effectief voor een systeem
Dwang of (effectief) gezag? Macht is feitelijk: de mogelijkheid om anderen te dwingen. Gezag is
gelegitimeerde macht: macht die wordt geaccepteerd door degenen over wie het wordt uitgeoefend.
Recent voorbeeld: wat is het gezag van BOA’s.
Factoren effectief gezag: traditie, charisme, ‘winst’: het werkt.
Staatsrecht heeft als ambitie om met zo min mogelijk macht en zo veel mogelijk gezag te
organiseren. Gezagsuitoefening inbedden in de rechtsstaat en democratie: in mensenrechten
- Wij accepteren machtsuitoefening van de politie, omdat wij weten dat marteling verboden is
- Er volgt een sanctie: dat maakt macht acceptabeler.
- Macht is alleen gelegitimeerd als het correspondeert met een bevoegdheid om die macht uit
te oefenen, dus binnen de context van een democratie en rechtsstaat. = terechte macht
Bronnen en begrippen
- Materiele constitutie: geheel van de geldende regels (realiteit en interpretaties, die de
feitelijke verhoudingen weergeven)
- Formele constitutie: de grondwet (op papier)
Grondwet
Statuut: regeling verhouding Nl en Europa
Organieke wetten: provinciewet etc.
Algemene Maatregelen van Bestuur: wetten gegeven door de regering
Ministeriele regelingen: algemeen verbindende voorschriften (wetten) die afkomstig zijn van
één minister tijdelijke coronawet
Ongeschreven staatsrecht: niet te vinden in wettenbundel
Vb. Vertrouwingssregel: plicht tot opstappen, indien de tweede kamer het vertrouwen in jou
opzegt als minister
, Reglementen van Orde: werken intern
Conventies: regels tussen verplichtend staatsrecht en zuivere praktijken:
behoorlijkheidsnormen.
Vb. De norm dat de Eerste Kamer terughoudend hoort te zijn (ongeschreven, maar minder
harde norm, niet voor de wet maar wat je behoort te doen)
Ongeschreven staatsrecht en conventies: verschil in gradatie.
Samenvattend De grondwet staat op papier. De constitutie bevat ook ongeschreven regels over
de staatsinrichting van Nederland.
Rechtsstaat
Essentie van de ontwikkeling van de rechtsstaat: er is een fundamentele verschuiving van de
verhoudingen geweest Wij hebben een koning, omdat de Grondwet een koningschap
constitueert. Macht is niet persoonlijk: de Grondwet is de basis.
Positie koning in de regering: Grondwet geeft hem die positie.
4 Elementen rechtsstaatsbegrip
- Legaliteit: bevoegdheid omdat de wet het zegt
- Machtenscheiding: trias politica (vaststellen en toepassen norm)
- Grondrechten: denk aan wo2. Formele regels zijn niet voldoende. Staat moet verboden
kennen
- Rechtsbescherming: rechter die macht controleert
Trias politica
Staatsmacht opdelen in:
Scheiding in functies: wetgeven, besturen, rechtspreken
Scheiding in instituties: wetgever, bestuur, rechtelijke macht
Scheiding in personen: Kamerleden, ministers, rechter iemand in de wetgevende macht
mag geen bevoegdheden hebben in andere instituties. Vb. Regulerende Norm: geen lid zijn
van meerdere kamers
Samenwerking tussen het kabinet en burgemeesters is verdacht door het bevelsbevoegdheid dat de
minister heeft.
Machthebbende personen wensen geen controle. Voor het belang van de evenwicht controleren
machthebbers elkaar: verdachte motieven werken tegen elkaar in. essentie machtenscheiding.
4 Beginselen Week 1
1. Een staat heeft gezag, de maffia heeft macht
2. Een mooie Grondwet is nog geen goede constitutie
3. Democratische rechtsstaat: maximaal gezag minimale macht
4. Goede motieven zijn mooi, slechte motieven zijn betrouwbaar goede werking trias
politica: accepteren dat er verdachte motieven zijn en organiseren dat ze elkaar in evenwicht
houden.