100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

C10 uitgebreide samenvatting virologie

Beoordeling
-
Verkocht
-
Pagina's
21
Geüpload op
06-06-2022
Geschreven in
2021/2022

Uitgebreide samenvatting virologie C10 uit de specialisatie 'Biomedical research' inclusief figuren + stappen van alle soorten replicatie en de Baltimore klassificaties per groep met voorbeelden en figuren.











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
6 juni 2022
Aantal pagina's
21
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Virologie les 1
Een virus is een genetisch element dat vermenigvuldigd in een gastheer (=hostcel) en deze ook
daadwerkelijk nodig heeft -> Obligaat intracellulaire parasieten
Obligaat: tegenovergesteld van facultatief (facultatief is er is een keuze/optie)
Intracellulair: virussen leven verplicht in cellen en hebben dus een host nodig om voort te planten
Parasiet: vorm van symbiose (+/-) waarbij de hostcel nadeel ondervindt
Commensalisme (+-/+) en mutualisme (+/+) zijn de twee andere vormen van symbiose

Een hostcel is nodig om de volgende redenen:
1. Energieproductie voor het virus
2. Metabole intermediates
3. Eiwitsynthese voor het virus. Hostcellen worden door virussen aangestuurd om virale eiwitten te
produceren, welke nodig zijn voor de vermenigvuldigingen van het virus

Alles wat levend is kan geïnfecteerd worden door virussen, waarbij er vaak een specifieke soort is wat ze
infecteren. Hieronder vallen bijvoorbeeld: plantencellen, dierlijke cellen, bacteriën (prokaryoot /
eukaryoot)


De grootte en structuur van virussen
Virussen zijn groter dan ribosomen, maar kleiner dan bacteriën. Normale grote, 0,02 – 0,03 um (20-30 nm)
Van klein naar groot: ribosoom – virus – bacteriën – rode bloedcellen

Reuzevirussen zijn uitgevonden in 2003, dit kwam pas op dit punt omdat verwacht werd dat er geen sprake
was van virussen. Dit kwam pas toen de genetische componenten geanalyseerd konden worden en men
erachter kwam dat er sprake was van een viraal element.

Het berekenen van het aantal subunits van een virus
T = 1 geeft 1 x (3 (eiwitten) x 20 (vakjes) = 60 subunits
T = 16 geeft 16 x (3 x 20) = 960 faces

Viron
Een viron is het genoom + wat eiwitten eromheen. Hieronder vallen dus zowel naakte als envelop-virussen.
Het genoom van virussen bestaat uit DNA/RNA (dubbelstrengs/enkelstrengs) met daaromheen een
capside. Dit is geen capsule zoals in bacteriën maar bestaat uit capsomeren. Vaak zijn dit nucleïnezuren.

Envelopvirussen hebben een membraan om het virion heen, wat vaak veroorzaakt is door de hostcel
wanneer het virus deze verlaat. Dit is vaak een lipide bilayer
Omdat dit allemaal dezelfde soort eiwitten zijn, ontstaat er een typische structuur zoals een helix
Figuur invoegen vanaf de dia
Dit wordt vaak opgebouwd door middel van self-assembly. De eiwitten kunnen maar op een manier in
elkaar waardoor het vanzelf gaat, maar soms zijn hier assembly proteins voor nodig.

Viraal genetisch materiaal
Viraal genetisch materiaal bestaat uit DNA of RNA, lineair/circulair en enkelstrengs/dubbelstrengs
Omdat virussen kleiner zijn dan bacteriën is het genoom ook veel kleiner. Om deze reden hebben ze dus
wel een hostcel om te kunnen functioneren, wat ze kwetsbaar maakt

,Virologie les 2
Virus Trofisme
Virussen kunnen verschillende weefsels infecteren. Afhankelijk van de het type weefsel met het juiste
receptor kan een spike protein binden waardoor sommige virussen specifieke weefsels niet kunnen
infecteren = Cel/weefsel trofisme
- Soms zijn er ook specifieke transcriptiefactoren aanwezig zodat er in de cel kan worden
gerepliceerd
- Fysieke beperkingen zoals een lage pH uit de maag of de bloed-brein barriere
- Slijm in bijvoorbeeld de darmen of longen
- Verteringsenzymen zijn bijvoorbeeld ook in staat om virussen af te breken
SARS-CoV2 kan aan verschillende organen infecteren zoals de longen, lever, nieren en darmen




Host range
1. Specialists: infecteert alleen een specifieke Hoeveelheid hosts (dengue virus, alleen infectie bij
mensen)
2. Generalists: infecteert verschillende soorten hosts (cucumber virus, infectie van 1000den
verschillende plantensoorten)
Voor een goede host is het belangrijk dat het virus in staat is om hierin te repliceren. De host moet dus het
virus voorzien in de levenscyclus.
Soms is het zo dat de host range wordt uitgebreid van dieren naar mensen. Dit noem je Zoonosis en werd
ook gezien bij bijvoorbeeld Sars-Cov en het monkey pox virus
Tissue trophism gaat over het weefsel, niet over de Hoeveelheid hosts die geinfecteerd kunnen worden

Resistente cel: geen receptor, de cel kan wel/niet mogelijk zijn om virale replicatie te voorzien

, Host range SARS-COV2: het kan meerdere dieren infecteren maar ook mensen
Resistente cel: wanneer een cel geen entry receptor heeft. De cel daarintegen kan of kan niet de virale
replicatie voldoen
Susceptible (ontvankelijk): de heeft een functionele receptor voor het virus waardoor het de virus de cel
kan binnen dringen. Dit zegt niets over het feit of er wel of geen replicatie kan plaatsvinden
Permissive (toegefelijk): de cel heeft de mogelijkheid om het virus te laten repliceren, maar het zegt niets
over of het ontvankelijk is ja of nee
Alleen als de cellen susceptible & permissive zijn, kan een virus geinfecteerd worden. Anders kan of het
virus de cel niet in, of kan er geen replicatie plaatsvinden

Het bestuderen van virussen – het laten groeien van virussen
Door de virussen te bestuderen is het mogelijk om er veel over te weten te komen. Dit is van belang voor
bijvoorbeeld behandelingen of vaccinaties

1 Egg culture




Door het injecteren van virussen in verschillende delen van het ei.
Dit wordt ook veel gebruikt voor het maken van vaccinaties, zoals bijvoobeeld bij influenza. Hierdoor kan je
ook geen vaccinaties nemen als je geen eieren verdraagt.

2 Cell culture systems
Primary cells: worden gekweekt door middel van een klein stukje humaan of dierlijk weefsel. Dit kan een
of twee keer worden door gecultured voordat de cel doodgaat.
Semi-continuous diploid cells: cellen die van mensen af komen (voornamelijk fetal tissues) die tussen de
20 en 50x kunnen worden doorgegroeid. Hieronder vallen bijvoorbeeld diploïde fibroblasten zoals MRC-5
Continuous cells: komen van tumoren uit humane/dierlijke weefsels en kunnen voor altijd blijven delen
zonder dat er directe problemen ontstaan.
Je wil hierbij het liefste de originele weefsels hebben zodat de virussen het beste groeien!

3 Orgaan culture system
Voor moeilijk groeibare virussen, zodat de culturing systems zich kunnen differentiëren. Dit is soort van
vergelijkbaar zoals een 3D culture.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
HappyDays Hogeschool Arnhem en Nijmegen
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
37
Lid sinds
7 jaar
Aantal volgers
18
Documenten
19
Laatst verkocht
2 jaar geleden

4,1

11 beoordelingen

5
4
4
4
3
3
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen