Samenvatting voeding en energie leerjaar 2

PERIODE 2.1




VOEDING EN ENERGIE
CAMPBELL HFST. 6, 10, 40 & 42


CHEYENNE VAN KRAAIJ
AVANS HOGESCHOOL
Breda

,Inhoud
Leerdoelen............................................................................................................................................... 2
Les 1 - Basisprincipes, lichaamsfunctie en homeostase .......................................................................... 3
Les 2 – Spijsvertering en hormonale regulatie ...................................................................................... 12
Het proces ......................................................................................................................................... 17
Regulatie ............................................................................................................................................ 20
Les 3 – Metabolisme, energie, thermodynamica en ATP – chapter 6 paragraaf 1-3 ............................ 23
Energie uitwisseling ....................................................................................................................... 25
Vrije energie en het metabolisme ................................................................................................. 26
Les 4 - Enzymen en reacties .................................................................................................................. 28
Les 5 - Glycolyse & Citroenzuurcyclus, Oxidatieve Fosforylering en Fermentatie ................................ 35
Les 6 – Thermoregulatie & andere metabole routes ............................................................................ 43




1

,Leerdoelen

1. De student(e) begrijpt de functie en werking van hormonen en andere signalering moleculen
2. De student(e) begrijpt de algemene intracellulaire signaleringsmechanismen van hormonen
3. De student(e) begrijpt negatieve feedback mechanismen en de werking van antagonistische
hormonen (insuline en glucagon)
4. De student(e) kent de basis functies van verschillende weefsels en orgaansystemen
5. De student(e) weet wat een ‘regulator’ en een ‘conformer’ is
6. De student(e) begrijpt hoe homeostase wordt bereikt
7. De student(e) begrijpt de verschillende manieren van thermoregulatie
8. De student(e) begrijpt de bio-energetica van organismen en weet wat het metabolisme is
9. De student(e) weet wat essentiële voedingscomponenten zijn
10. De student(e) kan de verschillende stadia van ‘food processing’ uitleggen
11. De student(e) kent het verteringsproces van koolhydraten, eiwitten, vetten en nucleïnezuren
12. De student(e) begrijpt de thermodynamica achter metabole omzettingen
13. De student(e) kent de vormen waarin energie opgeslagen kan worden
14. De student(e) begrijpt de werking van enzymen
15. De student(e) weet hoe enzymatische omzettingen gereguleerd kunnen worden
16. De student(e) begrijpt de rol van enzymen in het metabolisme en kent de functie van de
verschillende enzym klassen
17. De student(e) begrijpt de katabole en anabole metabole routes uitgaande van koolhydraten,
eiwitten en vetten
18. De student(e) begrijpt de stappen van de glycolyse, citroenzuurcyclus en oxidatieve
fosforylering
19. De student(e) kent de functie en de reactieproducten van de pentose fosfaat route
20. De student(e) begrijpt de anaerobe verbranding van koolhydraten
21. De student(e) begrijpt het glycogeen metabolisme en kan de stappen uitleggen
22. De student(e) begrijpt de essentie en de samenhang van de belangrijkste metabole routes
23. De student(e) kan de (energetische) consequenties verklaren van afwijkingen in metabole
routes




2

, Les 1 - Basisprincipes, lichaamsfunctie en homeostase
Eiwitten, suiker en vetten zijn de belangrijke voedingsbronnen voor het opwekken van energie voor
het metabolisme.

Basal metabolic rate BMR (ruststatus metabolisme). Deze is per persoon afhankelijk, deze kan
gemeten worden door de bloeddruk, temperatuur, zuurstof en CO2 bepalingen.

Energie is benodigd voor verschillende activiteiten; BMR (grootste deel), reproduction,
thermoregulation, activity and growth.

Anatomy: De studie van de biologische vorm
Fysiologie: De studie van de biologische functies
1. Vorm en functie zijn dicht aan elkaar gerelateerd
2. Ook de natuurlijke wetten (physical laws) zijn hier dicht aan gerelateerd
Dit is te verklaren door miljoenen jaren van evolutie

Dieren en functies zijn in de volgende levels overeenkomstig
▪ Chemical
▪ Cell
▪ Tissue
▪ Organ
▪ Organ system
▪ Organism

Uitwisselingen met de omgeving bij cellen en moleculen:
Materialen zoals nutrients, waste products en gases moeten uitwisselbaar zijn door de cel
membramen van een dier

➢ De rate of exchange is proportional to a cell surface area ( de oppervlakte/area/volume ratio
van 8 kleine cellen is groter dan van 1 grote cel, waardoor de rate of exchange dus hoger is
bij 8 kleine cellen en er dus meer/gemakkelijker uitwisseling kan plaatsvinden)
➢ The amount of exchange material proportion is proportioneel met het celvolume (vol = vol)

Complex bodyplan is het complex dat bij verschillende organismes die leven in een variable omgeving
(zoals mensen en de meeste dieren) een stabiel internal enviroment kunnen behouden. Denk hierbij
aan het systeem van de nieren, vertering, bloedsomloop, ademhaling etc. Deze uitwisseling gebeurd
m.b.v. interstitial fluid tussen de cellen.

De meeste dieren bestaan uit cellen die in verschillende tissues zijn georganiseerd. Deze tissues
bevatten verschillende functies. Deze tissues vormen weer organen, die op hun beurt weer
orgaansystemen vormen. Sommige organen zoals de pancreas behoren tot meerdere
orgaansystemen.

Dieren managen de internal environment bij het reguleren of conforming op het externe milieu,
zodat de homeostase in balans kan blijven. Dit gebeurd vaak door een systeem van feedback




3