4.1: Ontstaan verzorgingsstaat
Liberalen zijn voor een vrijemarkteconomie. De collectieve uitgaven (uitgaven van de overheid voor
maatschappelijke doeleinden) voor o.a de gezondheidszorg en sociale zekerheid moeten worden
beperkt, zodat eigen verantwoordelijkheid wordt gestimuleerd.
De vrijemarkteconomie houdt eigenlijk in dat ondernemers zoveel mogelijk vrijheid moeten hebben
en dat de overheid er zich min mogelijk mee bemoeit. Zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid
liggen voorop.
Sociaaldemocraten zijn voor een gemengde economie waar in werknemers samenwerken en sociale
ongelijkheid wordt verminderd. Hiervoor moet er bijvoorbeeld meer worden geïnvesteerd in het
onderwijs.
Belangrijke factoren voor de sociaaldemocraten zijn solidariteit (saamhorigheid/samen de
consequenties dragen) en gelijkheid en ze vinden dat de overheid een belangrijke rol moet spelen in
de maatschappij.
Christendemocraten zijn voor een samenleving waar een sterk maatschappelijk middenveld voor
voorzieningen zorgen. Hiermee wordt eigenlijk bedoelt dat individuele organisaties en sociale
partners veel initiatief tonen en elkaar helpen. Zij zijn een soort van brug tussen de burgers en de
overheid. In de zorg zien zij een rol weggelegd voor mantelzorgers.
Het maatschappelijk middenveld zijn eigenlijk dingen zoals verengingen en organisaties die in ‘het
midden staan’. Ze staan tussen de overheid en de burgers in. (Bijvoorbeeld de voedselbank et
cetera.)
4.2. De verzorgingsstaat.
De verzorgingsstaat is een samenleving waarin de overheid zorgt voor het welzijn van de bevolking.
Belangrijke elementen uit de verzorgingsstaat zijn sociale zekerheid via uitkeringen en financiële
regelingen voor bijvoorbeeld zieken en ouderen, goed onderwijs en gezondheidszorg. Om dit te
kunnen betalen moet de overheid genoeg geld hebben. Dit komt vaak binnen door het innen van
belasting en sociale premies.
Waar zorgt de overheid voor in een gezondheidsstaat?
De overheid zorgt voor dingen als de gezondheidszorg, sociale zekerheid (voorzieningen die het doel
hebben (financiële) zekerheid van burgers te helpen) zoals uitkeringen etc, onderwijs en
werkgelegenheid.
, Een probleem: wat moet de overheid doen en waar zijn de mensen zelf verantwoordelijk voor?
WELFARE TRIANGLE:
Markt Overheid
Sociaaldemocraten (PvdA)
Liberalen (VVD)
Waarde: gelijkheid
Waarde: vrijheid
4.3, overheid in de verzorgingsstaat
Waarom is de overheid zich de afgelopen 150 jaar steeds meer met de samenleving gaan
bemoeien?
De verzorgingsstaat heeft vier functies:
1. Verzorgfunctie: mensen helpen die zorg nodig hebben.
2. Verzekeringsfunctie: mensen verzekeren van bestaansminimum
3. Verheffingsfunctie: mensen de kans bieden om zich te ontwikkelen
4. Verbindingsfunctie: sociale cohesie creëren (samenzijn)
Geschiedenis v/d verzorgingsstaat: hoef je niet te kennen
Aan het eind van de 19e eeuw (eind 1800) kwam er een eerste sociale wet: het kinderwetje van van
Houten (1874). In de wet stond dat het verboden was kinderen tot 12 jaar aan het werk te zetten als
arbeider, omdat er in die tijd heel veel kinderarbeid was en ze de kinderen uitbuitten.
Na de Tweede Wereldoorlog werd de verzorgingsstaat langzaam uitgebouwd.
Theorieën ontstaan van de verzorgingsstaat:
1. Industrialisering (industriële revolutie) had heel veel negatieve gevolgen voor de samenleving
zoals ziektes, armoede en slechte woon -en werkomstandigheden.
Mensen wilde wel dat er iets aan veranderde, maar toonde zelf geen initiatief. Dus de
overheid moest dat doen. = dilemma van de collectieve actie.