- Optimale aanpassing aan omgeving (morfologisch en fysiologisch)
- Ook psychisch = ‘mental map’/ blueprint in het brein
GESCHIEDENIS
- Lange evolutionaire geschiedenis
Ca. 65 miljoen jaar geleden
Hyracotherium
- Grootte ve grote hond
- Veel tenen (vooraan 3 vanachter 4)
- Korte pootjes => heel wendbaar door de bossen
- Kiezen zoals het hedendaagse varken
Grote graasvlaktes ontstaan (bv steppe, preirie,...)
Gegroeid, op vlaktes terechtgekomen, sociaal geworden
Ca. 3 miljoen jaar geleden
quus genus (paardachtigen)
- Zebra, ezels, Ts Walskipaard (wij zagen er toen uit als Lucy mensaap)
Ca. 0,25 miljoen jaar geleden
Takhi = Ts Walskipaard en paarden splitsing
Ca. 6000 jaar geleden
Paard gedomesticieerd
Columbus bracht van Amerika de meest rustige paarden mee op zijn
boot
Kan zich makkelijk aanpassen aan range van biotopen (droogte, koude,
hitte,...)
Mens heeft bijna geen impact gehad op het paard zelf
, Wat maakt een paard een paard:
Obligaat sociaal - langdurige sociale relaties
Veiligheid door grote groep - gedeelde waakzaamheid
Complexe sociale structuur - rustig, in harmonie
Subtiele communicatie - nauwelijks signalen van pijn / angst / ongemak
Zeer opmerkzaam voor details id omgeving - uitstekende zintuigen omdat ze
prooidieren zijn
Altijd bewegen – tijdens zoeken naar eten (foerageren) nooit ter plaatse
blijven = ‘trickle feeders’ = semi- permanent
‘Hard wired’ – onthouden zeer goed negatieve ervaringen
Goed leren anticiperen
Paarden zijn dus
- Sociaal en nomadische prooidieren
Leven in kleine hiërarchische groepen
Kleine kerngroepen kunnen vaak 1 grote groep vormen die een
secundaire kudde vormen, vaak families die samenkomen
- Over het algemeen niet territoriaal
- Hebben ‘home range’
Bep gebied die ze gebruiken overlapt vaak met gebied van andere kuddes bv
voor waterbronnen of beschutting
Fission – fusion = splitsen en samenkomen => secundaire kudde gevormd bij
fusion
- Dungpiles (vorm van communicatie) = mesthopen van hengsten => andere hengst
snuffelt eraan en gaat erover mesten
Ethologische behoeften van paarden:
- Permanente toegang tot ruwvoer en water
- Sociaal contact (24 u per dag) = natuurlijke verslaving
- Vrije locomotie (leggen normaal 5-10km per dag af)
- Voorspelbare en consistente omgang (geen onvoorspelbare stressfactoren)