H3: hart- en vaatziekten
Anamnese
Welke beïnvloedbare en niet-beïnvloedbare factoren verhogen het risico
? Berekening LDL ?
Beïnvloedbare Niet- beïnvloedbare
Chol tot. DM type 2 / gestoorde Leeftijd
glycemie
LDL = chol tot. – HDL – BD Geslacht
TGL/5
HDL G Persoonlijke
antecedenten
TGL Leefstijl: roken, Familiale antecedenten:
Hs-CRP (voorspeller bewegingsarmoede, man <55 j, vrouw <65 j
ontsteking en chronische voeding
ontstekingen belangrijk
voor aderverkalking)
Welke streefwaarden worden gehanteerd voor de verschillende
risicofactoren? Zie extra document
Wat is het metabool syndroom?
= cluster risicofactoren voor HVZ en DM (3/5)
Criterium Absolute waarde
Abdominale obesitas – middelomtrek Man > 102 cm (sterk verhoogt
risico) / 94 cm (verhoogt risico)
vrouw > 88 cm (sterk verhoogt
risico) / 80 cm (verhoogt risico)
Hypertriglyceridemie ≥ 150 mg / dl
Lage HDL-chol Man < 40 mg / dl
Vrouw < 50 mg / dl
Hypertensie ≥ mm Hg of medicatie voor
RR
Nuchtere glycemie ≥ 100 mg / dl of type 2 DM
,Hoe bepaal ik het cardiovasculair risico van mijn patiënt?
1. Bepaal totaal cardiovasculair risico. Niet bij: CVZ / DM / CNI want altijd zeer
hoog risico
*Invloed van HDL-cholesterol (HDL-C) op het totaal CV risico moet je getal van
hierboven x getal hieronder.
*Risico CV sterfte om te zetten naar totale (fataal en niet-fataal) risico op CVZ
vermenigvuldig je cijfer uit chart met 3 voor mannen en 4 voor vrouwen en
iets minder voor oudere personen.
Relatief (niet absoluut) risicochart voor jongere
mensen met laag totaal risico vergeleken met
andere van dezelfde leeftijd waar het vele malen
hogere is. Doel: motivatie om levensstijlkeuzes
aan te passen en potentiële kandidaten voor
medicatie te identificeren. Achter een laag
absoluut risico kan er een hoog relatief risico
schuilgaan.
2. Hou rekening met bijkomende risicofactoren
Sociaal achtergestelde personen
Zittend leven en centrale obesitas
Diabetes (x5 bij man en x4 bij vrouw)
Metabool syndroom
Asymptomatische personen met preklinische evidentie van
slagaderverkalking bv plaques of toegenomen intima-media dikte van
halsslagader.
Verminderde nierfunctie
Familiale voorgeschiedenis van premature CVZ (x2 man en x1,7 vrouw)
Laag HDL-C of apolipoproteïne AI (apo AI)-niveau met een verhoogd TG-,
fibrinogeen-, homocysteïne-, apolipoproteïne B (apo B)- en lipoproteïne(a)
(Lp(a))-gehalte, met hereditaire hypercholesterolemie (FH) of met een
verhoogde hs-CRP-waarde.
,Note: lager risico dan aangewezen bij zeer hoge HDL en familiale lange
levensduur.
, 3. Bepaal het risiconiveau
Doel:
Toename totaal CV risico voorkomen,
Bewustzijn gevaar CV risico verhogen,
Communicatie verbeteren.
Pogingen tot primaire preventie te promoten.
Zeer hoog risico
CVZ, wat blijkt uit eerder hartinfarct, ACS, coronaire revasculari-satie
(percutane coronaire interventie, coronaire bypass-procedure) en
andere arteriële revascularisatie procedures, ischemische beroerte,
PAV (perifeer arterieel vaatlijden) of uit invasieve of niet-invasieve
tests (zoals coronaire angiografie, nucleaire beeldvorming, stress-
echocardiografie, plaque in de halsslagader aangetoond door
echografie).
DM 2, DM 1 met orgaanschade (zoals microalbuminurie).
Matige tot ernstige CKD (glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) <60
ml/min/1,73 m²).
Een berekende SCORE van ≥10%/10 jaar.
Hoog risico
Sterk verhoogde geisoleerde risicofactoren zoals familiale
dyslipidemieën of ernstige hypertensie.
Een berekende SCORE van ≥5% en <10%/10 jaar.
Matig risico
SCORE ≥1% en <5% /10 jaar is. Vaak middelbare leeftijd.
Familiale antecedenten van premature CVZ
Abdominale obesitas
Lichamelijke activiteit
HDL-C, TG, hsCRP, Lp(a), fibrinogeen, homocysteïne en apo B
Sociale klasse.
Laag risico
SCORE van <1%/10 jaar.
4. Bepaal de interventiestrategie. Behandelplan: medicatie + VS + beweging +
rookstop
Anamnese
Welke beïnvloedbare en niet-beïnvloedbare factoren verhogen het risico
? Berekening LDL ?
Beïnvloedbare Niet- beïnvloedbare
Chol tot. DM type 2 / gestoorde Leeftijd
glycemie
LDL = chol tot. – HDL – BD Geslacht
TGL/5
HDL G Persoonlijke
antecedenten
TGL Leefstijl: roken, Familiale antecedenten:
Hs-CRP (voorspeller bewegingsarmoede, man <55 j, vrouw <65 j
ontsteking en chronische voeding
ontstekingen belangrijk
voor aderverkalking)
Welke streefwaarden worden gehanteerd voor de verschillende
risicofactoren? Zie extra document
Wat is het metabool syndroom?
= cluster risicofactoren voor HVZ en DM (3/5)
Criterium Absolute waarde
Abdominale obesitas – middelomtrek Man > 102 cm (sterk verhoogt
risico) / 94 cm (verhoogt risico)
vrouw > 88 cm (sterk verhoogt
risico) / 80 cm (verhoogt risico)
Hypertriglyceridemie ≥ 150 mg / dl
Lage HDL-chol Man < 40 mg / dl
Vrouw < 50 mg / dl
Hypertensie ≥ mm Hg of medicatie voor
RR
Nuchtere glycemie ≥ 100 mg / dl of type 2 DM
,Hoe bepaal ik het cardiovasculair risico van mijn patiënt?
1. Bepaal totaal cardiovasculair risico. Niet bij: CVZ / DM / CNI want altijd zeer
hoog risico
*Invloed van HDL-cholesterol (HDL-C) op het totaal CV risico moet je getal van
hierboven x getal hieronder.
*Risico CV sterfte om te zetten naar totale (fataal en niet-fataal) risico op CVZ
vermenigvuldig je cijfer uit chart met 3 voor mannen en 4 voor vrouwen en
iets minder voor oudere personen.
Relatief (niet absoluut) risicochart voor jongere
mensen met laag totaal risico vergeleken met
andere van dezelfde leeftijd waar het vele malen
hogere is. Doel: motivatie om levensstijlkeuzes
aan te passen en potentiële kandidaten voor
medicatie te identificeren. Achter een laag
absoluut risico kan er een hoog relatief risico
schuilgaan.
2. Hou rekening met bijkomende risicofactoren
Sociaal achtergestelde personen
Zittend leven en centrale obesitas
Diabetes (x5 bij man en x4 bij vrouw)
Metabool syndroom
Asymptomatische personen met preklinische evidentie van
slagaderverkalking bv plaques of toegenomen intima-media dikte van
halsslagader.
Verminderde nierfunctie
Familiale voorgeschiedenis van premature CVZ (x2 man en x1,7 vrouw)
Laag HDL-C of apolipoproteïne AI (apo AI)-niveau met een verhoogd TG-,
fibrinogeen-, homocysteïne-, apolipoproteïne B (apo B)- en lipoproteïne(a)
(Lp(a))-gehalte, met hereditaire hypercholesterolemie (FH) of met een
verhoogde hs-CRP-waarde.
,Note: lager risico dan aangewezen bij zeer hoge HDL en familiale lange
levensduur.
, 3. Bepaal het risiconiveau
Doel:
Toename totaal CV risico voorkomen,
Bewustzijn gevaar CV risico verhogen,
Communicatie verbeteren.
Pogingen tot primaire preventie te promoten.
Zeer hoog risico
CVZ, wat blijkt uit eerder hartinfarct, ACS, coronaire revasculari-satie
(percutane coronaire interventie, coronaire bypass-procedure) en
andere arteriële revascularisatie procedures, ischemische beroerte,
PAV (perifeer arterieel vaatlijden) of uit invasieve of niet-invasieve
tests (zoals coronaire angiografie, nucleaire beeldvorming, stress-
echocardiografie, plaque in de halsslagader aangetoond door
echografie).
DM 2, DM 1 met orgaanschade (zoals microalbuminurie).
Matige tot ernstige CKD (glomerulaire filtratiesnelheid (GFR) <60
ml/min/1,73 m²).
Een berekende SCORE van ≥10%/10 jaar.
Hoog risico
Sterk verhoogde geisoleerde risicofactoren zoals familiale
dyslipidemieën of ernstige hypertensie.
Een berekende SCORE van ≥5% en <10%/10 jaar.
Matig risico
SCORE ≥1% en <5% /10 jaar is. Vaak middelbare leeftijd.
Familiale antecedenten van premature CVZ
Abdominale obesitas
Lichamelijke activiteit
HDL-C, TG, hsCRP, Lp(a), fibrinogeen, homocysteïne en apo B
Sociale klasse.
Laag risico
SCORE van <1%/10 jaar.
4. Bepaal de interventiestrategie. Behandelplan: medicatie + VS + beweging +
rookstop