Week 1 WDD-3
HC Orthopedische oncologie & infectie
Bottumoren
Kliniek
- Vaak vage symptomen
- Vaak beetje pijn en zwelling
- Vaak coïncidentie met klein trauma (soms breken bij goed trauma > altijd nadenken of het
een pathologische fractuur is)
- Soms pathologische fractuur
- Vaak forse delay door vaagheid
o In begin vaak ook weinig heftig
o Bottumoren primair ook heel zeldzaam, in tegenstelling tot veel patiënten met
steun- en bewegingsapparaat
o Pas op: als er geen verbetering is denken aan bottumoren
o Afspraak retour als geen verbetering, dan foto maken
- Osteosarcoom en al uitzaaiingen in de longen
- Ziet weke
delen schaduw op
foto
Interpretatie van beeldvorming
- Waar in welk bot?
o Info over voorkeurslokalisatie van bepaalde afwijkingen
- Waar in het bot?
o Centraal/perifeer, epi-/meta-diafyse
o Info over voorkeurslokalisatie van bepaalde afwijkingen
- Wat doet de laesie met bot?
o Lytisch/expansief/permeatief
, o Cortexdestructie/periostreactie
o Info over activiteit
- Wat doet bot met laesie?
o Sclerose/begrenzing
o Info over activiteit
o Als laesie langzaam groeit heeft bot tijd om te reageren;
▪ Bij agressieve tumor groeit tumor zo snel door > geen sclerotische/ scherpe
begrenzing
▪ Bij langzame tumor > kan bot sclerotische rand vormen (scherp begrensd
omdat laesie het bot prikkelt om bot aan te maken > sclerose)
- Waarmee is de laesie gevuld?
o Niks (bv. vocht)/groundglass/kalk
o Info over de soort afwijking
Voorbeeld 1
- Onscherp begrensd (laesie proximale
tibia, meta- en diafysair)
o Centraal in merg vanaf het
midden
- Geen goede begrenzing aan te wijzen >
onscherp begrensd
- Cortex aangetast
o Je ziet geen duidelijk rechte
streep van het bot bij de laesie,
onregelmatig en doorbroken
streep
- Codmanse driehoek
o Typen van periostreactie;
▪ Periost ligt aan buitenkant op het bot, zie je normaal niet (is weke deel)
▪ Als periost geïrriteerd raakt > sclerose/bot tegenaan > zichtbare reactie
(=periostreactie)
▪ Je ziet op de foto dat periost opgetild wordt > maakt wat bot aan (ontstaat
een driehoek hierdoor)
▪ Dit is een onrustige periostreactie (laagje bot gevormd)
- MRI: hele stuk zie je de tumor zitten
o Periost (zwarte streepje) is dunner, tumor groeit dus om het bot heen
o Inhomogeen: ziet er overal wat anders uit (onrustbarend)
- Actief > maligne= osteosarcoom
Voorbeeld 2
- Afwijking met wittere streep eromheen;
proximale tibia (perifeer aan de
achterkant van het bot)
- Scherp begrensd (duidelijk aan te wijzen)
- Sclerotische rand
- CT: typisch beeld van mergholte met
cortex die doorloopt in de afwijking
o Op de top een stukje kraakbeen
(witte uitsteeksel)
- Inactief > benigne > osteochondroom
o Altijd vanaf een gewricht en gaat
daarvanaf
, o Groeischijf groeit langzaam weg, met een zijtakje (kraakbeenstukje) naar de zijkant
terwijl bot naar de andere kant groeit
o Na de groei wordt kraakbeenkap dun en stopt groeischijf met groeien
▪ 1% kan zo’n ding ontaarden en weer gaan groeien > onrustig worden en
laaggradig maligne
- Inactief: weinig behandeling
- Actief: uitzoeken of het kwaadaardig is dus of
je moet behandelen
Voorbeeld 3
- Laesie in distale femur; meta- en epifysair
- Sclerotische rand te zien
o Bovenin geen rand zichtbaar (vaag
waar de tumor bovenin stopt)
o Matig begrensde laesie
o Sclerose niet overal duidelijk
- CT: cortex onderbroken dus aangetast
(tumor actief)
- Actief > benigne > reusceltumor
o Altijd biopt
Voorbeeld 4
- Midschacht van fibula een laesie
- Sclerotisch begrensd
- Marge waar de tumor stopt moeilijk te
bepalen
- Groeit vanuit de cortex > cortex aangetast
- CT: cortex loopt niet door
o Bij osteochondroom gaat de
cortex een zijweg nemen en loopt
merg door
o Hier groeit uits vanuit de cortex
o Weinig oedeem > weinig actief
- Inactief > maligne > juxta corticaal
osteosarcoom
Actief:
- Periostreactie onrustig
- Cortexreactie (doorbroken)
- Onscherp begrensd
- Geen sclerose
- Maligne:
o Osteosarcoom
o Chondrosarcoom
o Ewing’s sarcoom
Inactief
- Goede cortex
- Geen periostreactie
- Scherpe begrenzing
- Evt. sclerotische begrenzing
- Benigne:
, o Non ossifying fibroma
o Osteochondroom (zijweggetje bot)
▪ Ontstaat als de groeischrijf nog niet gesloten is, blijft zitten als je het niet
weghaalt
o Solitaire been cyste
Therapie benigne
- Inactief
o Bv. Non Ossifying Fibroma
o Niets
o Bij last evt. therapie zoals hieronder beschreven
- Actief lokaal
o Excisie
o Krappe marge (want niet kwaadaardig, schade beperkt houden)
o Intralesionaal (vanuit de laesie)
▪ Curettage, radiofrequentie naald in de laesie onder CT > elektromagnetisch
veld > laesie kapot gebrand, ablatie
Therapie actief benigne
- Onderscheiden van kwaadaardig > biopt hiervoor nodig
o Tenzij pathogenomisch duidelijk beeld
- Exocochleatie soms resectie (krap)
- Bv. Reusceltumor
o Uitkrabben > holte met cement vullen
o In wand holte zitten nog cellen van tumor; met gebruik van fenolysatie (op een
watje) smeer je de wand in waardoor deze cellen doodgaan
o Holte vullen met bot
Therapie inactief maligne
- Ruime resectie, meestal geen adjuvans
- Bv. damantioom: zit in de tiba/diafyse
o Bubbly like apperance
o Stuk tibia eruit met ruime marge (resectie ruim)
o Meestal geen adjuvans
Therapie actief maligne
- Diagnostiek voor metastasen
- (Neo) adjuvante therapie (chemo of radio)
- Resectie ruim
Maligne bottumoren
Stagiëringsonderzoek voor uitzoeken uitzaaiingen
- Meestal uitzaaien naar:
o Longen!!
o Soms botten
o Soms lymfogeen
- Dus CT-thorax eerst
- Skeletscan (ossale metastasen)
- Soms onderzoek potentiële lymfkliermeta’s
- PET-scan
HC Orthopedische oncologie & infectie
Bottumoren
Kliniek
- Vaak vage symptomen
- Vaak beetje pijn en zwelling
- Vaak coïncidentie met klein trauma (soms breken bij goed trauma > altijd nadenken of het
een pathologische fractuur is)
- Soms pathologische fractuur
- Vaak forse delay door vaagheid
o In begin vaak ook weinig heftig
o Bottumoren primair ook heel zeldzaam, in tegenstelling tot veel patiënten met
steun- en bewegingsapparaat
o Pas op: als er geen verbetering is denken aan bottumoren
o Afspraak retour als geen verbetering, dan foto maken
- Osteosarcoom en al uitzaaiingen in de longen
- Ziet weke
delen schaduw op
foto
Interpretatie van beeldvorming
- Waar in welk bot?
o Info over voorkeurslokalisatie van bepaalde afwijkingen
- Waar in het bot?
o Centraal/perifeer, epi-/meta-diafyse
o Info over voorkeurslokalisatie van bepaalde afwijkingen
- Wat doet de laesie met bot?
o Lytisch/expansief/permeatief
, o Cortexdestructie/periostreactie
o Info over activiteit
- Wat doet bot met laesie?
o Sclerose/begrenzing
o Info over activiteit
o Als laesie langzaam groeit heeft bot tijd om te reageren;
▪ Bij agressieve tumor groeit tumor zo snel door > geen sclerotische/ scherpe
begrenzing
▪ Bij langzame tumor > kan bot sclerotische rand vormen (scherp begrensd
omdat laesie het bot prikkelt om bot aan te maken > sclerose)
- Waarmee is de laesie gevuld?
o Niks (bv. vocht)/groundglass/kalk
o Info over de soort afwijking
Voorbeeld 1
- Onscherp begrensd (laesie proximale
tibia, meta- en diafysair)
o Centraal in merg vanaf het
midden
- Geen goede begrenzing aan te wijzen >
onscherp begrensd
- Cortex aangetast
o Je ziet geen duidelijk rechte
streep van het bot bij de laesie,
onregelmatig en doorbroken
streep
- Codmanse driehoek
o Typen van periostreactie;
▪ Periost ligt aan buitenkant op het bot, zie je normaal niet (is weke deel)
▪ Als periost geïrriteerd raakt > sclerose/bot tegenaan > zichtbare reactie
(=periostreactie)
▪ Je ziet op de foto dat periost opgetild wordt > maakt wat bot aan (ontstaat
een driehoek hierdoor)
▪ Dit is een onrustige periostreactie (laagje bot gevormd)
- MRI: hele stuk zie je de tumor zitten
o Periost (zwarte streepje) is dunner, tumor groeit dus om het bot heen
o Inhomogeen: ziet er overal wat anders uit (onrustbarend)
- Actief > maligne= osteosarcoom
Voorbeeld 2
- Afwijking met wittere streep eromheen;
proximale tibia (perifeer aan de
achterkant van het bot)
- Scherp begrensd (duidelijk aan te wijzen)
- Sclerotische rand
- CT: typisch beeld van mergholte met
cortex die doorloopt in de afwijking
o Op de top een stukje kraakbeen
(witte uitsteeksel)
- Inactief > benigne > osteochondroom
o Altijd vanaf een gewricht en gaat
daarvanaf
, o Groeischijf groeit langzaam weg, met een zijtakje (kraakbeenstukje) naar de zijkant
terwijl bot naar de andere kant groeit
o Na de groei wordt kraakbeenkap dun en stopt groeischijf met groeien
▪ 1% kan zo’n ding ontaarden en weer gaan groeien > onrustig worden en
laaggradig maligne
- Inactief: weinig behandeling
- Actief: uitzoeken of het kwaadaardig is dus of
je moet behandelen
Voorbeeld 3
- Laesie in distale femur; meta- en epifysair
- Sclerotische rand te zien
o Bovenin geen rand zichtbaar (vaag
waar de tumor bovenin stopt)
o Matig begrensde laesie
o Sclerose niet overal duidelijk
- CT: cortex onderbroken dus aangetast
(tumor actief)
- Actief > benigne > reusceltumor
o Altijd biopt
Voorbeeld 4
- Midschacht van fibula een laesie
- Sclerotisch begrensd
- Marge waar de tumor stopt moeilijk te
bepalen
- Groeit vanuit de cortex > cortex aangetast
- CT: cortex loopt niet door
o Bij osteochondroom gaat de
cortex een zijweg nemen en loopt
merg door
o Hier groeit uits vanuit de cortex
o Weinig oedeem > weinig actief
- Inactief > maligne > juxta corticaal
osteosarcoom
Actief:
- Periostreactie onrustig
- Cortexreactie (doorbroken)
- Onscherp begrensd
- Geen sclerose
- Maligne:
o Osteosarcoom
o Chondrosarcoom
o Ewing’s sarcoom
Inactief
- Goede cortex
- Geen periostreactie
- Scherpe begrenzing
- Evt. sclerotische begrenzing
- Benigne:
, o Non ossifying fibroma
o Osteochondroom (zijweggetje bot)
▪ Ontstaat als de groeischrijf nog niet gesloten is, blijft zitten als je het niet
weghaalt
o Solitaire been cyste
Therapie benigne
- Inactief
o Bv. Non Ossifying Fibroma
o Niets
o Bij last evt. therapie zoals hieronder beschreven
- Actief lokaal
o Excisie
o Krappe marge (want niet kwaadaardig, schade beperkt houden)
o Intralesionaal (vanuit de laesie)
▪ Curettage, radiofrequentie naald in de laesie onder CT > elektromagnetisch
veld > laesie kapot gebrand, ablatie
Therapie actief benigne
- Onderscheiden van kwaadaardig > biopt hiervoor nodig
o Tenzij pathogenomisch duidelijk beeld
- Exocochleatie soms resectie (krap)
- Bv. Reusceltumor
o Uitkrabben > holte met cement vullen
o In wand holte zitten nog cellen van tumor; met gebruik van fenolysatie (op een
watje) smeer je de wand in waardoor deze cellen doodgaan
o Holte vullen met bot
Therapie inactief maligne
- Ruime resectie, meestal geen adjuvans
- Bv. damantioom: zit in de tiba/diafyse
o Bubbly like apperance
o Stuk tibia eruit met ruime marge (resectie ruim)
o Meestal geen adjuvans
Therapie actief maligne
- Diagnostiek voor metastasen
- (Neo) adjuvante therapie (chemo of radio)
- Resectie ruim
Maligne bottumoren
Stagiëringsonderzoek voor uitzoeken uitzaaiingen
- Meestal uitzaaien naar:
o Longen!!
o Soms botten
o Soms lymfogeen
- Dus CT-thorax eerst
- Skeletscan (ossale metastasen)
- Soms onderzoek potentiële lymfkliermeta’s
- PET-scan