100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting van Gedragsproblemen van Van Der Ploeg bij het vak Pedagogische Relatie in het tweede jaar van de studie Ecologische Pedagogiek aan de Hogeschool Utrecht

Beoordeling
3,5
(4)
Verkocht
13
Pagina's
36
Geüpload op
16-10-2021
Geschreven in
2020/2021

Samenvatting van Gedragsproblemen van Van Der Ploeg bij het van Pedagogische Relatie in het tweede jaar van de studie Ecologische Pedagogiek aan de Hogeschool Utrecht












Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Ja
Geüpload op
16 oktober 2021
Aantal pagina's
36
Geschreven in
2020/2021
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Hoofdstuk 1

Probleemgedrag is een subjectief/normatief begrip. Leraren, opvoeders, ouders
bekijken vanuit hun eigen kader naar het gedrag van een jeugdige waardoor het
begrip niet met 1 definitie vaststaat. Iedereen heeft eigen waarden en normen.

Gedragsproblemen kan licht zijn of ernstig. Er zijn vier criteria die hierin
samenhangen:
- Frequentie, hoe vaak komt het gedrag voor
- Duur, hoelang duurt het gedrag
- Omvang, komt het gedrag in 1 situatie voor of meerdere
- Gevolgen, wat zijn de gevolgen voor de jeugdige zelf of zijn/haar omgeving
Hoe vaker deze vier criteria voorkomen hoe ernstiger het probleemgedrag.

Normaal gedrag wordt gezien als het meest voorkomende gedrag, als iemand dit
niet vertoond wordt het abnormaal gedrag genoemd. Statistisch gezien als iemand
buiten de gemiddelde scores scoort kun je klinisch zeggen dat zij abnormaal gedrag
vertonen. Maar gedrag buiten de norm kan ook positief gedrag zijn. Hierdoor blijft
probleemgedrag of abnormaalgedrag een relatief begrip.

Als mensen zich niet voldoende kunnen aanpassen in de samenleving wordt dit
gezien als probleemgedrag/onaangepast gedrag. Dit kan genuanceerd worden
vanwege het feit dat iemand andere waarden en normen heeft dan de dominante
cultuur en dit hoeft niet per definitie te betekenen dat iemand onaangepast gedrag
vertoond. Waarden en normen veranderen constant net zoals mensen en
maatschappijen waardoor het geen vast begrip is.

Onaangepastheid (in het Amerikaans maladjustment genoemd) heeft meerdere
omschrijvingen en definities:
- Onvermogen om persoonlijke relaties aan te gaan
- Geen rekening houden met rechten van anderen
- Zich niet houden aan de geldende regels en normen
- Niet in harmonie leven met de omgeving
- Gebrek aan sociale vaardigheden
- Tekort aan copingvaardigheden

Probleemgedrag kan ook via gezondheid bekeken worden. Iemand kan bijvoorbeeld
ziek in zijn of haar hoofd zijn. Jahoda heeft voor geestelijke gezondheid zes
belangrijke criteria gesteld:
1. Een positieve houding tegenover jezelf
2. In staat tot ontwikkeling en zelfactualisering
3. Een harmonieuze integratie in de samenleving
4. Een zelfstandig, onafhankelijk en autonoom optreden
5. Een accurate perceptie van de externe omgeving
6. Een adequate omgang met de directe omgeving

,Geestelijke gezondheid is ook een relatief begrip. Er is niet 1 vaste omschrijving.
Welke begrippen wel telkens terugkomen in omschrijvingen van geestelijke
gezondheid zijn:
- Emotioneel welzijn (tevreden, belangstellend)
- Psychisch welzijn (positieve relaties met andere, verantwoordelijkheid
kunnen en willen dragen, het dagelijks leven kunnen regelen)
- Sociaal welzijn (zich deel voelen van een groter geheel zoals familie en
samenleving en een bijdrage leveren hieraan)

Rosehang & Seligman hebben verschillende criteria gesteld waaraan je ook
psychosociale problematiek kunt ontdekken:
1. Lijden: Angstige of depressieve personen
2. Disfunctioneren: Niet meer kunnen omgaan met omgeving zoals vrienden en
werk
3. Onvoorspelbaar gedrag
4. Irrationeel gedrag en onbegrijpelijk gedrag
5. Onconventioneel gedrag: Gedrag vertonen wat niet in een bepaalde situatie
past
6. Aantasting van de geldende moraal: Tegen de geldende normen en waarden
ingaan

‘Probleemgedrag’
“We spreken van probleemgedrag als ouders, leerkrachten en andere personen dit
gedrag beschouwen als strijdig met de door hen en de samenleving gehanteerde
normen en regels en/of wanneer deskundigen dit gedrag als problematisch
beoordelen op basis van valide kenmerken inzake psychische (on)gezondheid.”

 Als vuistregel wordt aangehouden dat 10% van de jeugdigen kampt met
gedragsproblemen en 5% met ernstige gedragsproblemen. Dit kan ook weer erg
variëren, omdat er namelijk geen algemeen geaccepteerde definitie is van
probleemgedrag, zoals in de punten hiervoor geschreven.

 Jongens vertonen vaak meer problemen, maar meiden meer emotionele
problemen. Ook kinderen die op het VMBO zitten en kinderen met een niet-westerse
afkomst. Met alle verschillende onderzoeken bij elkaar kan er gesteld worden dat 2
van de 10 jongeren kampt met problemen.

De stabiliteit van het probleemgedrag kun je met twee onderzoeksmethodes
bepalen, namelijk met het cross-sectionele model en het longitudinale model.

Cross-sectionele model: Dit onderzoek neemt plaats op 1 moment. Door
verschillende kinderen te vergelijken kun je wel vergelijkingen zien door de tijd heen.

Longitudinale model: Dit onderzoek kijkt op verschillende momenten welk gedrag
de persoon uit, waardoor je over een langere tijd een beter beeld krijgt van het
probleemgedrag van de test persoon.

,Kinderen die op jonge leeftijd probleemgedrag vertonen hebben een grote kans om
dit in hun volwassen leven ook nog steeds te hebben (hoe ernstiger de problemen
hoe groter de kans op het blijven van het gedrag). Vaak is er ook niet 1
probleemgedrag maar zijn er verschillende problemen. Dit wordt ook wel
comorbiditeit genoemd. Bijvoorbeeld het naast elkaar bestaan van twee of meer
afzonderlijke stoornissen of syndromen. Deze theorie wordt ondersteund door
meerdere onderzoeken.

Hoofdstuk 2
Vraag:
Wat is geen invalshoek voor de classificatie?
a. De klinische benadering
b. De reactieve benadering
c. De empirische benadering

Classificatie heeft ervoor gezorgd dat probleemgedragingen worden geordend en
duidelijker zichtbaarder zijn. Dit heeft als voorbeelden dat bijvoorbeeld collega’s met
1 woord weten wat de jeugdige heeft. Hierdoor hebben de jeugdigen wel meteen een
label wat weer stigmatiserend kan werken.

Er zijn 2 invalshoeken voor classificatie:
- Klinische benadering: Identificeren van bepaalde stoornissen en symptomen
uit lange klinische praktijken.

GAP-Systeem is een classificatiesysteem met 10 verschillende hoofdcategorieën:
1. Gezonde reacties, kleine problemen hoeven niet overdreven te worden
2. Reactieve problemen,
3. Fase-Typische problemen
4. Neurotische problemen
5. Psychopathiforme problemen
6. Psychotische problemen
7. Psychofysiologische problemen
8. Hersenbeschadigingen
9. Geestelijke achterstand
10. Andere problemen

DSM-Systeem is een classificatiesysteem die kijkt naar meerdere problemen en niet
focust op 1 probleem. Dit schetst een vollediger beeld van het functioneren. DSM-5
wordt hier in Nederland ook gebruikt. De volgende gedragsproblemen worden als
volgt omschreven door de DSM-5:
- Gedragsstoornissen, zoals ODD (Oppositional Defiant Disorder) en CD
(Conduct Disorder)
- Aandacht stoornissen en hyperactiviteit, zoals ADHD (Attention Defict
Hyperactivity Disorder)
- Autismespectrumstoornis, zoals PDD-NOS
- Angst en stemmingsstoornissen

ICD-Systeem is een classificatiesysteem die is te vergelijken met het DSM-Systeem
en brengt ook verschillende stoornissen in beeld.

, CAP-J-Systeem is een aanvulling en brengt problemen in kaart die hulpverleners en
onderzoekers tegenkomen in de jeugdzorg.
- Empirische benadering: Informatie die is verkregen door vragenlijsten ook
wel dimensionele of kwantitatieve classificatie genoemd.
€5,99
Krijg toegang tot het volledige document:
Gekocht door 13 studenten

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 4 reviews worden weergegeven
2 maanden geleden

3 jaar geleden

4 jaar geleden

4 jaar geleden

3,5

4 beoordelingen

5
1
4
0
3
3
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
pow01 Hogeschool Utrecht
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
95
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
79
Documenten
6
Laatst verkocht
10 uur geleden

3,8

17 beoordelingen

5
5
4
5
3
6
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen