Metabolisme 2 - Anatomie
ZSO 2 (PR): Anatomie tractus digestivus
Functie tractus digestivus:
- Digestie: van grote moleculen kleine moleculen maken
- Absorptie: de tractus digestivus neemt kleine moleculen op vanuit de buitenwereld
- Secretie: de tractus digestivus geeft dingen af aan de buitenwereld > enzymen, emulgatoren,
co-factoren en afvalstoffen
Darmsegmenten
De darm bestaat uit 4 lagen:
- Mucosa
- Submucosa
- Muscularis externa
- Serosa/adventitia
Mucosa
Mucosa heeft als functie (1) barrière, (2) absorptie en (3) secretie
(enzymen/antilichamen/mucus/hormonen) en bestaat op zijn beurt weer uit 3 lagen:
1. Epitheel
2. Lamina propria (bindweefsel): ondersteund epitheel door (1) transport van/naar epitheel, (2)
ondersteuning van epitheel en (3) immunologische barrière
3. Muscularis mucosea (spierweefsel): motoriek mucosa
Submucosa
Submucosa bestaat volledig uit bindweefsel en ondersteund mucosa door (1) aansturing/innervatie
muscularis mucosea (via plexus van Meissner) (2) transport van/naar mucosa
Muscularis externa
Is een spierlaag die zorgt voor peristaltiek en wordt aangestuurd via de plexus van Auerbach. De
muscularis externa bestaat uit twee lagen glad spierweefsel:
1. Circularis: spiraal met kleine spoed*
2. Longitudinalis: spiraal met grote spoed
*aantal windingen per afstandseenheid
Deze spierlaag bestaat uit twee lagen glad spierweefsel omdat er twee … nodig zijn om peristaltiek te
kunnen uitvoeren.
Serosa/adventitia
- Adeventitia: bindweefsellaag > secundair retroperitoneaal
- Serosa: bindweefsellaag omgeven door peritoneum > intraperitoneel
Hierin liggen te bloedvaten voor de spierlaag
Autonome zenuwstelsel is verdeeld in twee componenten:
Sympatische Parasympatische
Preganglionic neuron Kort Lang
Postganglionic neuron Lang Kort
Neurotransmitters Ach en NorAd Ach
Reactie FFF (fight, flight, freeze) R&R (rest, repose)
Origine wervelkolom Thoracale wervels/hoog lumbale Cervicale en sacrale deel
deel
, Metabolisme 2 - Anatomie
Macroscopie abdomen
- Darm bestaat uit een dikke en een dunne darm. Dunne darm bestaat uit duodenum, ilium en
jejunem. Dikke darm bestaat uit colon ascendens (cecum en appendix), transversum en
descendens, sigmoid, rectum en anale kanaal.
- Omentum majus: vetschort dat ontstaat door de draaiing van de maag. Door de 90 graden
draaiing van de maag komt het dorsale mesenterium (waarmee de maag vast zit aan
achterwand > intraperitoneaal) over de darmen heen komt te hangen waardoor het vetschort
ontstaat.
- Het stuk mesenterium tussen de lever en de maag wordt door de draaiing het omentum minus
dat bestaat uit hepatogastric ligament (liver-stomach) and hepatoduodenal ligamentum (liver-
duodenum).
- Door de draaiing van de maag komt de pancreas en de duodenum secundair retroperitoneaal te
liggen.
- Door de draaiing van de maag ontstaat de omental bursa (holte) achter het omentum minus
waarbij de ingang van de holte omental foramen wordt genoemd > holte = rechter peritoneaal
holte
- Pancreas ligt achter bursa omentalis en wijst met z’n staar richting de milt
- Door de hepatoduodenal L. gaat 3 vaten: Galgang, A. hepatica communis en Vena porta
- Door de draaiing van de darm komen de colon ascendens en colon descendens
retroperitoneaal te liggen
- Aorta splits in truncus coeliacus, A. mesenterica superior en A. mesenterica inferior
- Truncus coeliacus voorziet de voordarm: Maag, milt, lever en pancreas (tm papil van vater)
- AMS voorziet middendarm: van papil van vater tot en met 2/3 of ½ colon transversum
- AMI voorziet einddarm: van ½ of 2/3 colon transversum, colon descendes, sigmoid, rectum
Organen
Ieder orgaan in de tractus digestivus heeft specialisaties naar aanleiding van hun functie
Oesophagus: transport van vrij grote brokken
1. Meerlagig plaveiselepitheel > barriere en bescherming om abrasie te voorkomen
2. Klieren: submucoseaal (smering) en mucoseaal/cardiale (neutralisatie) > soepel transport
(voornamelijk onderaan de oesophagus)
3. Longitudinale plooien in submucosa > adaptatie grootte lumen adhv grootte/hoeveelheid
voedsel
4. Bovenste gedeelte oesophagus heeft dwargestreept spierweefsel in muscularis externa >
ondersteuning transport
ZSO 2 (PR): Anatomie tractus digestivus
Functie tractus digestivus:
- Digestie: van grote moleculen kleine moleculen maken
- Absorptie: de tractus digestivus neemt kleine moleculen op vanuit de buitenwereld
- Secretie: de tractus digestivus geeft dingen af aan de buitenwereld > enzymen, emulgatoren,
co-factoren en afvalstoffen
Darmsegmenten
De darm bestaat uit 4 lagen:
- Mucosa
- Submucosa
- Muscularis externa
- Serosa/adventitia
Mucosa
Mucosa heeft als functie (1) barrière, (2) absorptie en (3) secretie
(enzymen/antilichamen/mucus/hormonen) en bestaat op zijn beurt weer uit 3 lagen:
1. Epitheel
2. Lamina propria (bindweefsel): ondersteund epitheel door (1) transport van/naar epitheel, (2)
ondersteuning van epitheel en (3) immunologische barrière
3. Muscularis mucosea (spierweefsel): motoriek mucosa
Submucosa
Submucosa bestaat volledig uit bindweefsel en ondersteund mucosa door (1) aansturing/innervatie
muscularis mucosea (via plexus van Meissner) (2) transport van/naar mucosa
Muscularis externa
Is een spierlaag die zorgt voor peristaltiek en wordt aangestuurd via de plexus van Auerbach. De
muscularis externa bestaat uit twee lagen glad spierweefsel:
1. Circularis: spiraal met kleine spoed*
2. Longitudinalis: spiraal met grote spoed
*aantal windingen per afstandseenheid
Deze spierlaag bestaat uit twee lagen glad spierweefsel omdat er twee … nodig zijn om peristaltiek te
kunnen uitvoeren.
Serosa/adventitia
- Adeventitia: bindweefsellaag > secundair retroperitoneaal
- Serosa: bindweefsellaag omgeven door peritoneum > intraperitoneel
Hierin liggen te bloedvaten voor de spierlaag
Autonome zenuwstelsel is verdeeld in twee componenten:
Sympatische Parasympatische
Preganglionic neuron Kort Lang
Postganglionic neuron Lang Kort
Neurotransmitters Ach en NorAd Ach
Reactie FFF (fight, flight, freeze) R&R (rest, repose)
Origine wervelkolom Thoracale wervels/hoog lumbale Cervicale en sacrale deel
deel
, Metabolisme 2 - Anatomie
Macroscopie abdomen
- Darm bestaat uit een dikke en een dunne darm. Dunne darm bestaat uit duodenum, ilium en
jejunem. Dikke darm bestaat uit colon ascendens (cecum en appendix), transversum en
descendens, sigmoid, rectum en anale kanaal.
- Omentum majus: vetschort dat ontstaat door de draaiing van de maag. Door de 90 graden
draaiing van de maag komt het dorsale mesenterium (waarmee de maag vast zit aan
achterwand > intraperitoneaal) over de darmen heen komt te hangen waardoor het vetschort
ontstaat.
- Het stuk mesenterium tussen de lever en de maag wordt door de draaiing het omentum minus
dat bestaat uit hepatogastric ligament (liver-stomach) and hepatoduodenal ligamentum (liver-
duodenum).
- Door de draaiing van de maag komt de pancreas en de duodenum secundair retroperitoneaal te
liggen.
- Door de draaiing van de maag ontstaat de omental bursa (holte) achter het omentum minus
waarbij de ingang van de holte omental foramen wordt genoemd > holte = rechter peritoneaal
holte
- Pancreas ligt achter bursa omentalis en wijst met z’n staar richting de milt
- Door de hepatoduodenal L. gaat 3 vaten: Galgang, A. hepatica communis en Vena porta
- Door de draaiing van de darm komen de colon ascendens en colon descendens
retroperitoneaal te liggen
- Aorta splits in truncus coeliacus, A. mesenterica superior en A. mesenterica inferior
- Truncus coeliacus voorziet de voordarm: Maag, milt, lever en pancreas (tm papil van vater)
- AMS voorziet middendarm: van papil van vater tot en met 2/3 of ½ colon transversum
- AMI voorziet einddarm: van ½ of 2/3 colon transversum, colon descendes, sigmoid, rectum
Organen
Ieder orgaan in de tractus digestivus heeft specialisaties naar aanleiding van hun functie
Oesophagus: transport van vrij grote brokken
1. Meerlagig plaveiselepitheel > barriere en bescherming om abrasie te voorkomen
2. Klieren: submucoseaal (smering) en mucoseaal/cardiale (neutralisatie) > soepel transport
(voornamelijk onderaan de oesophagus)
3. Longitudinale plooien in submucosa > adaptatie grootte lumen adhv grootte/hoeveelheid
voedsel
4. Bovenste gedeelte oesophagus heeft dwargestreept spierweefsel in muscularis externa >
ondersteuning transport
