15c Ondersteunt de cliënt
Verzorgende IG / Maatschappelijke Zorg
Leerlingnaam
School
,Inhoudsopgave:
Opdracht 15c Ondersteunt de cliënt.
Opdracht uitleg………………………………………………..3.
Netwerkkaart………………..……….……………….……….5.
Opdracht 1………………..………………………………….….6.
Opdracht 2………………..………………………………….….7.
2
,15C Ondersteunt de cliënt
Inleiding
Het voeren van eigen regie is voor iedereen belangrijk; zelf beslissingen nemen en uitvoeren. Maar is
het altijd mogelijk? Als begeleider stem je met de cliënt af hoe hij regie kan voeren over zijn
persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en deelname aan de maatschappij. Voor cliënten die
ondersteuning nodig hebben bij zelfredzaamheid of participatie, is het belangrijk om de
mogelijkheden van het voeren van de eigen regie te onderzoeken. Mensen in jouw omgeving vormen
samen jouw sociale netwerk. Zo’n netwerk ontstaat geleidelijk, breidt zich uit en krimpt soms ook
weer in. Het is een golfbeweging. Sociale netwerken zijn belangrijk voor ons welbevinden. Dat geldt
ook voor mensen die zorg nodig hebben. Het hebben van een sociaal netwerk is voor hen een
belangrijke voorwaarde voor een leuk en zinvol leven. Juist voor deze groep levert dat vaak
problemen op. Je gaat oefenen het ondersteunen en motiveren van cliënten bij het behouden of
vergroten van het sociale functioneren.
Opdracht 1
Oefen hoe jij een cliënt kunt ondersteunen en motiveren in het onderhouden van een sociaal
netwerk. Om de cliënt te ondersteunen en motiveren doorloop je de volgende stappen: Kies, in
overleg met je begeleider, een cliënt die je kunt ondersteunen en motiveren bij het behouden of
vergroten van het sociale functioneren.
Maak een sociale netwerkkaart van de cliënt. Vraag na bij de cliënt welke mensen en
instanties onderdeel zijn van zijn/haar sociale netwerk.
Lees het zorgplan van deze cliënt. Lees wat de aandoening, de gevolgen en de betekenis van
de aandoening van de cliënt heeft voor het sociaal en maatschappelijk functioneren van de
cliënt.
Lees in het zorgplan het plan van aanpak voor het ondersteunen en motiveren van de cliënt
bij het behouden of vergroten van het sociale functioneren.
Informeer naar de wensen van de cliënt en/of naastbetrokkenen bij het ondersteunen van
het sociale netwerk.
Motiveer de cliënt om de doelen uit zijn zorgplan te bereiken op het gebied van het sociale
netwerk.
Werk samen met andere zorgverleners en/of naastbetrokkenen om de doelen ten aanzien
van het behouden of vergroten van het sociaal functioneren te bereiken.
Vraag feedback aan je collega’s en aan de cliënt en/of de naastbetrokkenen.
Opdracht 2 Oefen het examengesprek
Oefen het examengesprek op school met een studiegroepje en/of op de BPV met een collega.
Je kunt hiervoor de situatie uit opdracht 1 gebruiken maar je mag ook een andere situatie kiezen.
Beargumenteer hoe jij de cliënt ondersteuning hebt geboden bij het voeren van de regie
tijdens activiteiten om te deel te kunnen nemen in de maatschappij.
Verantwoord hierin jouw keuzes.
Leg uit voor welke begeleidingsmethodiek je hebt gekozen en wat dit betekent voor de cliënt
en zijn participatie in de maatschappij.
Leg uit hoe je rekening hebt gehouden met de mogelijkheden van de cliënt passend bij zijn
niveau van functioneren, zijn levensfase en levensvragen.
Leg uit hoe jij de cliënt geleerd hebt zijn zelfstandigheid en zelfredzaamheid te vergroten en
welke kansen en mogelijkheden je hiervoor hebt geboden.
Leg uit hoe je de cliënt gemotiveerd hebt, ook als het tegen zat.
3
, Leg uit hoe je het veranderingsproces hebt begeleid, hoe je de cliënt hebt geleerd regie te
voeren en waar je rekening mee hebt gehouden.
Leg uit hoe je voorkomt dat de cliënt overbelast wordt, hoe je dit gesignaleerd hebt en welke
acties je hiervoor hebt uitgezet.
Resultaat
Het zelfmanagement en de maatschappelijke participatie van de cliënt zijn versterkt. De cliënt heeft
passende ondersteuning ontvangen bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Je ondersteunt
en motiveert een cliënt in het onderhouden van een sociaal netwerk. De uitgevoerde activiteiten
hebben een bijdrage geleverd aan het realiseren van ondersteuningsdoelen.
Bewijsstukken
Ingevuld feedbackformulier
4
,5
, Opdracht 1
Inleiding:
Voor deze opdracht heb ik samen met mijn werkbegeleidster gekozen voor mw. B.
Mw. B. is geboren op **-**-**** en woont in een eigen kamer op woning ** van het verpleeghuis De
Hoge Hof. Ze houdt van gezelligheid en aanspraak maar is ook graag op haar zelf. Mw. doet graag
mee aan activiteiten. Ook vindt mw. het leuk om te wandelen.
Bij mw. is het WLZ indicatie ZZP5 afgeven. ZZP5 is een afkorting van het “zorgzwaartepakket”.
Daarnaast heeft mw. last van overgewicht. Hierdoor heeft ze ondersteuning nodig bij verzorging en
vaak last van een pijnlijke knie. Voor transfers gebruikt ze een rollator en voor grotere afstanden een
rolstoel.
Wensen die ondersteunen van het sociale netwerk:
Mevrouw wordt graag uitgenodigd en doet graag mee aan de activiteiten op de woning en op het
Hofplein.
Dagbesteding:
Op donderdag s ’morgens gaat mw. graag naar de gym in de huiskamer, maar door de Covid-19 gaat
dit niet door. Volgens de protocollen en richtlijnen van SSZ zijn deze voorlopig afgelast. Hierdoor mist
ze de sociale contacten met andere bewoners in het verpleeghuis.
Op de woning zelf worden ook activiteiten gedaan door de beweging persoon met beweging en
spelletjes waarbij ze aan mee doet. Hierbij behoudt ze wel het contact met de bewoners van de
woning. Op de woning heeft ze haar eigen regie. Mw. is erg positief en hoeft hierin bijna nooit in
aangestuurd te worden. Ze vindt het leuk om deel te nemen aan de activiteiten bij de dagbesteding.
Wanneer mw. wel of niet deelneemt aan een activiteit rapporteren wij dit in het dossier.
Hierbij werkt ze ook samen met andere zorgverleners en betrokkenen. Tijdens de dagbesteding komt
1a2 keer per week de muziektherapeut, vrijwilliger of de beweging persoon. Andere (medisch)
specialisten zijn: Ouderen geneeskundige specialist, psycholoog, dietist, fysiotherapeut, logopedist,
familie, kapper, werknemers SSZ en tandarts.
Wandelen:
Mw. vindt het leuk om te wandelen buiten de woning. Hierbij nemen we haar mee in de rolstoel met
andere bewoners. Wanneer we haar niet mee kunnen nemen vanwege pijn heeft ze hierdoor minder
contact met andere bewoners want kan leiden op vermindering van haar sociale contacten. Bij mw.
B. hoef je haar weinig tot niet te stimuleren, aangezien ze vanuit haar zelf graag wilt. Na de
wandeling rapporteren wij dat we met mw. zijn wezen lopen, zodat de dokter en familie het kan
terug lezen.
Pijn:
Bij pijn kan mw. niet deelnemen aan lichamelijke activiteiten waardoor ze meestal op bed ligt om uit
te rusten. Dit kan een reden voor haar zijn dat ze beperkt in sociale contact is. Van de dokter krijgt ze
hiervoor medicijnen. Wij observeren en rapporteren in het dossier, wanneer mw. aangeeft pijn te
hebben te hebben, maar ook wanneer niet. Met deze informatie kan de dokter de medicatie
aanpassen wanneer nodig.
6
Verzorgende IG / Maatschappelijke Zorg
Leerlingnaam
School
,Inhoudsopgave:
Opdracht 15c Ondersteunt de cliënt.
Opdracht uitleg………………………………………………..3.
Netwerkkaart………………..……….……………….……….5.
Opdracht 1………………..………………………………….….6.
Opdracht 2………………..………………………………….….7.
2
,15C Ondersteunt de cliënt
Inleiding
Het voeren van eigen regie is voor iedereen belangrijk; zelf beslissingen nemen en uitvoeren. Maar is
het altijd mogelijk? Als begeleider stem je met de cliënt af hoe hij regie kan voeren over zijn
persoonlijke verzorging, wonen en huishouden en deelname aan de maatschappij. Voor cliënten die
ondersteuning nodig hebben bij zelfredzaamheid of participatie, is het belangrijk om de
mogelijkheden van het voeren van de eigen regie te onderzoeken. Mensen in jouw omgeving vormen
samen jouw sociale netwerk. Zo’n netwerk ontstaat geleidelijk, breidt zich uit en krimpt soms ook
weer in. Het is een golfbeweging. Sociale netwerken zijn belangrijk voor ons welbevinden. Dat geldt
ook voor mensen die zorg nodig hebben. Het hebben van een sociaal netwerk is voor hen een
belangrijke voorwaarde voor een leuk en zinvol leven. Juist voor deze groep levert dat vaak
problemen op. Je gaat oefenen het ondersteunen en motiveren van cliënten bij het behouden of
vergroten van het sociale functioneren.
Opdracht 1
Oefen hoe jij een cliënt kunt ondersteunen en motiveren in het onderhouden van een sociaal
netwerk. Om de cliënt te ondersteunen en motiveren doorloop je de volgende stappen: Kies, in
overleg met je begeleider, een cliënt die je kunt ondersteunen en motiveren bij het behouden of
vergroten van het sociale functioneren.
Maak een sociale netwerkkaart van de cliënt. Vraag na bij de cliënt welke mensen en
instanties onderdeel zijn van zijn/haar sociale netwerk.
Lees het zorgplan van deze cliënt. Lees wat de aandoening, de gevolgen en de betekenis van
de aandoening van de cliënt heeft voor het sociaal en maatschappelijk functioneren van de
cliënt.
Lees in het zorgplan het plan van aanpak voor het ondersteunen en motiveren van de cliënt
bij het behouden of vergroten van het sociale functioneren.
Informeer naar de wensen van de cliënt en/of naastbetrokkenen bij het ondersteunen van
het sociale netwerk.
Motiveer de cliënt om de doelen uit zijn zorgplan te bereiken op het gebied van het sociale
netwerk.
Werk samen met andere zorgverleners en/of naastbetrokkenen om de doelen ten aanzien
van het behouden of vergroten van het sociaal functioneren te bereiken.
Vraag feedback aan je collega’s en aan de cliënt en/of de naastbetrokkenen.
Opdracht 2 Oefen het examengesprek
Oefen het examengesprek op school met een studiegroepje en/of op de BPV met een collega.
Je kunt hiervoor de situatie uit opdracht 1 gebruiken maar je mag ook een andere situatie kiezen.
Beargumenteer hoe jij de cliënt ondersteuning hebt geboden bij het voeren van de regie
tijdens activiteiten om te deel te kunnen nemen in de maatschappij.
Verantwoord hierin jouw keuzes.
Leg uit voor welke begeleidingsmethodiek je hebt gekozen en wat dit betekent voor de cliënt
en zijn participatie in de maatschappij.
Leg uit hoe je rekening hebt gehouden met de mogelijkheden van de cliënt passend bij zijn
niveau van functioneren, zijn levensfase en levensvragen.
Leg uit hoe jij de cliënt geleerd hebt zijn zelfstandigheid en zelfredzaamheid te vergroten en
welke kansen en mogelijkheden je hiervoor hebt geboden.
Leg uit hoe je de cliënt gemotiveerd hebt, ook als het tegen zat.
3
, Leg uit hoe je het veranderingsproces hebt begeleid, hoe je de cliënt hebt geleerd regie te
voeren en waar je rekening mee hebt gehouden.
Leg uit hoe je voorkomt dat de cliënt overbelast wordt, hoe je dit gesignaleerd hebt en welke
acties je hiervoor hebt uitgezet.
Resultaat
Het zelfmanagement en de maatschappelijke participatie van de cliënt zijn versterkt. De cliënt heeft
passende ondersteuning ontvangen bij het voeren van de regie over zijn eigen leven. Je ondersteunt
en motiveert een cliënt in het onderhouden van een sociaal netwerk. De uitgevoerde activiteiten
hebben een bijdrage geleverd aan het realiseren van ondersteuningsdoelen.
Bewijsstukken
Ingevuld feedbackformulier
4
,5
, Opdracht 1
Inleiding:
Voor deze opdracht heb ik samen met mijn werkbegeleidster gekozen voor mw. B.
Mw. B. is geboren op **-**-**** en woont in een eigen kamer op woning ** van het verpleeghuis De
Hoge Hof. Ze houdt van gezelligheid en aanspraak maar is ook graag op haar zelf. Mw. doet graag
mee aan activiteiten. Ook vindt mw. het leuk om te wandelen.
Bij mw. is het WLZ indicatie ZZP5 afgeven. ZZP5 is een afkorting van het “zorgzwaartepakket”.
Daarnaast heeft mw. last van overgewicht. Hierdoor heeft ze ondersteuning nodig bij verzorging en
vaak last van een pijnlijke knie. Voor transfers gebruikt ze een rollator en voor grotere afstanden een
rolstoel.
Wensen die ondersteunen van het sociale netwerk:
Mevrouw wordt graag uitgenodigd en doet graag mee aan de activiteiten op de woning en op het
Hofplein.
Dagbesteding:
Op donderdag s ’morgens gaat mw. graag naar de gym in de huiskamer, maar door de Covid-19 gaat
dit niet door. Volgens de protocollen en richtlijnen van SSZ zijn deze voorlopig afgelast. Hierdoor mist
ze de sociale contacten met andere bewoners in het verpleeghuis.
Op de woning zelf worden ook activiteiten gedaan door de beweging persoon met beweging en
spelletjes waarbij ze aan mee doet. Hierbij behoudt ze wel het contact met de bewoners van de
woning. Op de woning heeft ze haar eigen regie. Mw. is erg positief en hoeft hierin bijna nooit in
aangestuurd te worden. Ze vindt het leuk om deel te nemen aan de activiteiten bij de dagbesteding.
Wanneer mw. wel of niet deelneemt aan een activiteit rapporteren wij dit in het dossier.
Hierbij werkt ze ook samen met andere zorgverleners en betrokkenen. Tijdens de dagbesteding komt
1a2 keer per week de muziektherapeut, vrijwilliger of de beweging persoon. Andere (medisch)
specialisten zijn: Ouderen geneeskundige specialist, psycholoog, dietist, fysiotherapeut, logopedist,
familie, kapper, werknemers SSZ en tandarts.
Wandelen:
Mw. vindt het leuk om te wandelen buiten de woning. Hierbij nemen we haar mee in de rolstoel met
andere bewoners. Wanneer we haar niet mee kunnen nemen vanwege pijn heeft ze hierdoor minder
contact met andere bewoners want kan leiden op vermindering van haar sociale contacten. Bij mw.
B. hoef je haar weinig tot niet te stimuleren, aangezien ze vanuit haar zelf graag wilt. Na de
wandeling rapporteren wij dat we met mw. zijn wezen lopen, zodat de dokter en familie het kan
terug lezen.
Pijn:
Bij pijn kan mw. niet deelnemen aan lichamelijke activiteiten waardoor ze meestal op bed ligt om uit
te rusten. Dit kan een reden voor haar zijn dat ze beperkt in sociale contact is. Van de dokter krijgt ze
hiervoor medicijnen. Wij observeren en rapporteren in het dossier, wanneer mw. aangeeft pijn te
hebben te hebben, maar ook wanneer niet. Met deze informatie kan de dokter de medicatie
aanpassen wanneer nodig.
6
