Aardrijkskunde samenvatting hoofdstuk 5
Paragraaf 1 China: van de bergen tot de zee
Vanaf “het dak van de wereld” naar zee
We gaan een “trap” af maar dan door China aan de hand van begrippen:
- Je begint in het westen in de Himalaya met de Mount Everest.
- Je gaat daarna verder in de kustvlakte. Twee derde van China bestaat uit
hoogvlakten en bergen. In de hooggebergten in het westen zijn daarnaast veel
gletsjers.
- De Chang Jiang en de Huang He hebben hun bovenloop in het westen en hun
benedenloop in het oosten. De Huang He stroomt in de middenloop door een
uitgestrekt lössgebied. Maar door de eeuwenlange ontbossing en overbegrazing
verdwijnt de vegetatie en neemt de inflatiecapaciteit van de bodem af. Tijdens de
piekafvoer zorgt de rivier regelmatig voor overstromingen.
De bodemerosie van China is soms het gevolg van de wind (winderosie). De stofstormen die
hierdoor ontstaan verduisteren de hemel soms wel dagen. De vruchtbare grond wordt ook
veel dunner door de beide vormen van erosie. Om deze reden zijn er bomen geplant en
terrassen aangelegd. Het gebied herstelt zich heel langzaam.
Zweten en bibberen
Klimaten in China:
- Tropisch klimaat: zuidoosten
- Hooggebergteklimaat: zuidwesten
- Woestijnklimaat: noordwesten Noordwesten: droog
- Gematigd zeeklimaat: oosten Zuidoosten: nat
- Landklimaat: noordoosten
- Steppeklimaat: in overgangsgebieden in het noorden
Een klimaat wordt door 4 factoren bepaalt:
1. Breedteligging. Hoe hoger de breedte, hoe kouder.
2. Overheersende windrichting (moesson). In de zomer zorgt hij voor veel neerslag
(komt van zee/ zuidoosten) en in de winter is hij droger (komt van land)
3. Gebergten. Hoe hoger, hoe kouder. Daarom is het in het zuidwesten erg koud.
4. Invloed zeeën en oceanen. Langs de kust komt er bijvoorbeeld geen nachtvorst
Nog droger en natter
Door de klimaatverandering verandert de tempratuur en het neerslagregiem. Dit is de
verdeling van de hoeveelheid neerslag over een bepaalde periode. Droge gebieden worden
daarnaast droger, en natte gebieden worden natter. Het noordwesten krijgt veel verdroging
te maken, met verwoestijning als gevolg. In hooggebergten komt de sneeuwgrens steeds
hoger te liggen.
, Paragraaf 2 hoe ziet de schatkist van China eruit?
De gevolgen van botsende planten
Op de plaatgrenzen is in China in het verleden magma omhooggekomen en op een bepaalde
hoogte in de aardkorst gestold. Zo zijn gesteente ontstaan met bijvoorbeeld koper, tin,
goud, kwik, mangaan en wolfraam erin. Aangezien China dus een hele grote voorraad aan
“zeldzame metalen” heeft maken zij hier producten van (telefoons en auto’s). Maar de
mijnwerkers werken onder slechte omstandigheden en er wordt weinig rekening gehouden
met gezondheidsrisico’s. Ook wordt er weinig rekening gehouden met het milieu. Om deze
twee redenen kan China goedkoop delfstoffen op de wereldmarkt brengen.
Delfstoffen en energie
China heeft in het verleden, net als Nederland, een reis over de wereld gemaakt. Fossiele
brandstoffen worden onder tropische omstandigheden gevormd, ook in het geval van China.
Veel van de Chinese steenkool wordt door schachtbouw gewonnen. Een groot probleem
hierbij is het transport.
Aardolie is veel schaarser dan steenkool of aardgas. Olievelden in China zijn al bijna helemaal
leeg gepompt. De continentale Jangtseplaat vormt in het oosten een continentaal plat. Hier
wordt dus op zee ook olie gewonnen. De regering hoopt hier nog grootte vondsten te doen
(want die zijn er nog niet). Inmiddels stamt de regering van China ook een oliestand is de
woestijn uit de grond als tegen hanger van het Amerikaanse Houston. Het woestijnlandschap
wordt hierdoor gevuld met verzamelpunten voor gas en boorplatvormen.
Import uit het buitenland
De energie die China zelf produceert is niet genoeg, daarom importeert het land steenkool
uit Indonesië en Australië. Ook investeert China veel in de mijnbouwsector en gaswinning
van Australië, Azië, Midden-Oosten, Afrika en de VS. China doet dit om zijn energiebronnen
voor de toekomst veilig te stellen.
Paragraaf 1 China: van de bergen tot de zee
Vanaf “het dak van de wereld” naar zee
We gaan een “trap” af maar dan door China aan de hand van begrippen:
- Je begint in het westen in de Himalaya met de Mount Everest.
- Je gaat daarna verder in de kustvlakte. Twee derde van China bestaat uit
hoogvlakten en bergen. In de hooggebergten in het westen zijn daarnaast veel
gletsjers.
- De Chang Jiang en de Huang He hebben hun bovenloop in het westen en hun
benedenloop in het oosten. De Huang He stroomt in de middenloop door een
uitgestrekt lössgebied. Maar door de eeuwenlange ontbossing en overbegrazing
verdwijnt de vegetatie en neemt de inflatiecapaciteit van de bodem af. Tijdens de
piekafvoer zorgt de rivier regelmatig voor overstromingen.
De bodemerosie van China is soms het gevolg van de wind (winderosie). De stofstormen die
hierdoor ontstaan verduisteren de hemel soms wel dagen. De vruchtbare grond wordt ook
veel dunner door de beide vormen van erosie. Om deze reden zijn er bomen geplant en
terrassen aangelegd. Het gebied herstelt zich heel langzaam.
Zweten en bibberen
Klimaten in China:
- Tropisch klimaat: zuidoosten
- Hooggebergteklimaat: zuidwesten
- Woestijnklimaat: noordwesten Noordwesten: droog
- Gematigd zeeklimaat: oosten Zuidoosten: nat
- Landklimaat: noordoosten
- Steppeklimaat: in overgangsgebieden in het noorden
Een klimaat wordt door 4 factoren bepaalt:
1. Breedteligging. Hoe hoger de breedte, hoe kouder.
2. Overheersende windrichting (moesson). In de zomer zorgt hij voor veel neerslag
(komt van zee/ zuidoosten) en in de winter is hij droger (komt van land)
3. Gebergten. Hoe hoger, hoe kouder. Daarom is het in het zuidwesten erg koud.
4. Invloed zeeën en oceanen. Langs de kust komt er bijvoorbeeld geen nachtvorst
Nog droger en natter
Door de klimaatverandering verandert de tempratuur en het neerslagregiem. Dit is de
verdeling van de hoeveelheid neerslag over een bepaalde periode. Droge gebieden worden
daarnaast droger, en natte gebieden worden natter. Het noordwesten krijgt veel verdroging
te maken, met verwoestijning als gevolg. In hooggebergten komt de sneeuwgrens steeds
hoger te liggen.
, Paragraaf 2 hoe ziet de schatkist van China eruit?
De gevolgen van botsende planten
Op de plaatgrenzen is in China in het verleden magma omhooggekomen en op een bepaalde
hoogte in de aardkorst gestold. Zo zijn gesteente ontstaan met bijvoorbeeld koper, tin,
goud, kwik, mangaan en wolfraam erin. Aangezien China dus een hele grote voorraad aan
“zeldzame metalen” heeft maken zij hier producten van (telefoons en auto’s). Maar de
mijnwerkers werken onder slechte omstandigheden en er wordt weinig rekening gehouden
met gezondheidsrisico’s. Ook wordt er weinig rekening gehouden met het milieu. Om deze
twee redenen kan China goedkoop delfstoffen op de wereldmarkt brengen.
Delfstoffen en energie
China heeft in het verleden, net als Nederland, een reis over de wereld gemaakt. Fossiele
brandstoffen worden onder tropische omstandigheden gevormd, ook in het geval van China.
Veel van de Chinese steenkool wordt door schachtbouw gewonnen. Een groot probleem
hierbij is het transport.
Aardolie is veel schaarser dan steenkool of aardgas. Olievelden in China zijn al bijna helemaal
leeg gepompt. De continentale Jangtseplaat vormt in het oosten een continentaal plat. Hier
wordt dus op zee ook olie gewonnen. De regering hoopt hier nog grootte vondsten te doen
(want die zijn er nog niet). Inmiddels stamt de regering van China ook een oliestand is de
woestijn uit de grond als tegen hanger van het Amerikaanse Houston. Het woestijnlandschap
wordt hierdoor gevuld met verzamelpunten voor gas en boorplatvormen.
Import uit het buitenland
De energie die China zelf produceert is niet genoeg, daarom importeert het land steenkool
uit Indonesië en Australië. Ook investeert China veel in de mijnbouwsector en gaswinning
van Australië, Azië, Midden-Oosten, Afrika en de VS. China doet dit om zijn energiebronnen
voor de toekomst veilig te stellen.
