Samenvatting De geo 2 vwo; Aardrijkskunde voor de onderbouw Lesboek, ISBN: 9789006438239 Aardrijkskunde

Aardrijkskunde 71, 2 & 3

Begrippen

1

Wat de opeenvolging van landschappen langs de 40e breedtegraad in de VS en wat de verschillen
ertussen zijn

 Opeenvolging: bron 1?
 Sierra nevada:
- Jong
- Irrigatie
 Great basin:
- Hoogvlakte
- Kaal
 Rocky Mountains
- Hooggebergte
- Jong gebergte
- Eeuwige sneeuw
 Great plains:
- Hoogvlakte
- Steppe
- Irrigatielandbouw
 Centrale laagvlakte:
- Laagvlakte
 Appalachen:
- Middelgebergte
- Oud gebergte

Wat de invloed is van de ligging van de gebergten op de temperatuur en de neerslag in de VS.
 Enorme verschillen in neerslag en tempratuur
 Noorden: zomers warm en winter koud
 Jaaramplitude: het verschil tussen de gemiddelde tempratuur in de warmste en koudste
maand van het jaar, zijn hoog tussen de steden
 De oorzaak van de verschillen in de tempratuur is de breedteligging en reliëf
 De grote gebergteketens liggen in een noord-zuidelijke richting, houden de oceaanwinden
tegen
 In het midden van het land hebben oceanen dus weinig invloed op de tempratuur.
 Daardoor zijn er grote verschillen tussen de zomer en winter temperaturen in het
binnenland
 Neerslag is onbetrouwbaar: soms valt er genoeg regen, soms niet. Dat is een probleem voor
akkerbouwers

Luchtsoorten in de VS en waarom op die plek bron 5 b nummer

 Luchtsoort: een grote hoeveelheid lucht met een bepaalde tempratuur en vochtigheid
 Boven de zee is de lucht vochtig, boven land droog. Zuiden is de lucht warm en noorden
koud
 Luchtsoorten verplaatsen zich door luchtdruk: lucht stroomt van een hogedrukgebied (met
veel lucht) naar een lagedrukgebied (met weinig lucht)