1.1 week 4 tm 6
HC 1 en 2 week 4 blok 1.1 Cellen en weefsels, medische terminologie
Cel: is de kleinste anatomische en functionele eenheid waaruit een organisme is opgebouwd.
1= celmembraan
2= lysosoom
3= mitochondrium
4= nucleus
5= nucleoplasma
6= kernporie
7= nucleolus
8= ribosomen
9= endoplasmatisch
10= centrosoom
11= cytoplasma
12= golgi-complex
Er zijn veel verschillende soorten cellen, alle cellen delen algemene structuren. De cel is gevuld met
een geleiachtig vocht (cytoplasma). In het cytoplasma liggen de organellen, en de cel wordt omgeven
door de celmembraan.
Plaatsbepaling organen en organellen:
Ons lichaam bevat organen, en onze cellen bevatten organellen, de organellen zijn de ‘’organen’’ van
de cel.
Organel: structuur in de cel met een bepaalde functie
1 nucleus
2 ribosomen
3 endoplasmatisch reticulum
,4 golgi complex
5 mitochondriën
6 lysosomen
7 centrosomen
Nucleus (= celkern)
Functie:
- regelcentrum
- bevat chromosomen (erfelijk materiaal)
- genetische informatie
- gen (= stukje DNA dat een code bevat om eiwit te maken)
Ribosomen
Functie:
- eiwitsynthese
- mRNA geeft opdracht aan de ribosomen om eiwitten te maken
- de ribosomen zitten vrij in het cytoplasma, of gebonden aan membranen van het endoplasmatisch
reticulum
Endoplasmatisch reticulum (ER)
Functie:
- vorming en omzetting van o.a. eiwitten, vetten en koolhydraten
- ruw ER: bevat ribosomen op de buitenkant ter bevordering van eiwitsynthese
- glad ER: aanmaak vetten, koolhydraten; ontgifting
, Het endoplasmatisch reticulum is een netwerk van platte holten en buizen waar nieuwe eiwitten worden
aangemaakt. Vervolgens worden de eiwitten via het netwerk verder getransporteerd en behandeld zodat zij hun
werk kunnen doen.
Golgi complex/golgi systeem/ golgi apparaat
Functie:
- voorraadcentrum
- distributiecentrum
- omzetting van eiwitten, vetten, koolhydraten
Het golgi-systeem bestaat uit sterk geplooide blaasjes waar verwerking plaatsvindt van nieuw aangemaakte
eiwitten. Zodra een eiwit klaar is, wordt het herkend door het transportsysteem en naar de juiste plek in de cel
gebracht.
Mitochondriën
Functie:
- energie leveren door een verbranding van koolhydraten en vetten
Lysosomen
Functie:
- afvalverwerking met behulp van enzymen
- afbraak van eiwitten, vetten en koolhydraten
HC 1 en 2 week 4 blok 1.1 Cellen en weefsels, medische terminologie
Cel: is de kleinste anatomische en functionele eenheid waaruit een organisme is opgebouwd.
1= celmembraan
2= lysosoom
3= mitochondrium
4= nucleus
5= nucleoplasma
6= kernporie
7= nucleolus
8= ribosomen
9= endoplasmatisch
10= centrosoom
11= cytoplasma
12= golgi-complex
Er zijn veel verschillende soorten cellen, alle cellen delen algemene structuren. De cel is gevuld met
een geleiachtig vocht (cytoplasma). In het cytoplasma liggen de organellen, en de cel wordt omgeven
door de celmembraan.
Plaatsbepaling organen en organellen:
Ons lichaam bevat organen, en onze cellen bevatten organellen, de organellen zijn de ‘’organen’’ van
de cel.
Organel: structuur in de cel met een bepaalde functie
1 nucleus
2 ribosomen
3 endoplasmatisch reticulum
,4 golgi complex
5 mitochondriën
6 lysosomen
7 centrosomen
Nucleus (= celkern)
Functie:
- regelcentrum
- bevat chromosomen (erfelijk materiaal)
- genetische informatie
- gen (= stukje DNA dat een code bevat om eiwit te maken)
Ribosomen
Functie:
- eiwitsynthese
- mRNA geeft opdracht aan de ribosomen om eiwitten te maken
- de ribosomen zitten vrij in het cytoplasma, of gebonden aan membranen van het endoplasmatisch
reticulum
Endoplasmatisch reticulum (ER)
Functie:
- vorming en omzetting van o.a. eiwitten, vetten en koolhydraten
- ruw ER: bevat ribosomen op de buitenkant ter bevordering van eiwitsynthese
- glad ER: aanmaak vetten, koolhydraten; ontgifting
, Het endoplasmatisch reticulum is een netwerk van platte holten en buizen waar nieuwe eiwitten worden
aangemaakt. Vervolgens worden de eiwitten via het netwerk verder getransporteerd en behandeld zodat zij hun
werk kunnen doen.
Golgi complex/golgi systeem/ golgi apparaat
Functie:
- voorraadcentrum
- distributiecentrum
- omzetting van eiwitten, vetten, koolhydraten
Het golgi-systeem bestaat uit sterk geplooide blaasjes waar verwerking plaatsvindt van nieuw aangemaakte
eiwitten. Zodra een eiwit klaar is, wordt het herkend door het transportsysteem en naar de juiste plek in de cel
gebracht.
Mitochondriën
Functie:
- energie leveren door een verbranding van koolhydraten en vetten
Lysosomen
Functie:
- afvalverwerking met behulp van enzymen
- afbraak van eiwitten, vetten en koolhydraten