Controle van spiercontractie
Proprioceptie
Informatie over toestand van ledematen/spieren
- Golgi tendon orgaan: spier tensie → enkel afferenten (type Ib)
- Muscle spindles: spier lengte en snelheid verkorting → afferent én efferent
o Afferent
• Type Ia: statische info, kernzak
• Type II: dynamische info, kernketting
o efferent
• 𝛾-motorneuronen: sturen muscle spindles aan
𝛼-motorneuronen: sturen skeletspieren aan
,Kniestrekreflex
Thv muscle spindle
- Activatie afferenten: detecteren lengte∆ en snelheid verkorting
Thv ruggenmerg
1. Extensor stimulatie → monosynaptisch contact
- Afferente synaps met 𝛼-motorneuron van extensor → Stimulatie extensor
2. Flexor inhibitie → via interneuron
- Afferente synaps met (-) interneuron en dan 𝛼-motorneuron flexor → Inhibitie flexor
!! Afferenten stimuleren doorgaans zowel de 𝛼-motorneuronen als de 𝛾-motorneuronen
Reflextijden
1. Signaaloverdracht thv muscle spindle
→ 1 ms
2. Propagatie afferente vezels = 80-120 m/s
- 1m/msec
→ 10 ms
3. Singaaloverdracht thv dorsale hoorn
→ 1 ms
4. Propagata efferente vezels = 100 m/s
→ 10 ms
5. Synaptisch contact thv skeletspier
→ 1 ms
➔ Totaal: 23 ms
Tijd neuronaal (EMG) = 25 ms
Tijd tt spiercontractie = 150 ms → vertraging zit vnl thv mechanisme spiercontractie
,Elektromyografische H-/M-/F-responsen
Bij toenemende stimulatiesterkte treden achtereenvolgens de volgende responsen op
1. H-respons: lage stimulus
Circuit: stimulatie afferenten → stimulatie motorneuronen
➔ Langer circuit, trager respons
2. M-respons: sterkere stimulus
Circuit: rechtstreeks stimulatie motorneuronen
Na M-respons volgt later een H-respons
➔ Korter circuit, sneller
3. Zeer sterke stimulus
- M-respons: stimulatie motorneuronen
- F-neuron: weer stimulatie motorneuronen na refractaire periode dr back-propagatie
o Mogelijk als receptorpotentiaal groot + voldoende lang is (PSP langer dan AP)
, 𝜸-motorneuronen
Passen de lengte van de intrafusale spieren (muscle spindles) aan aan die vd extrafusale
Rust
→ Rustvuurpatroon vd afferenten
𝜶-activatie: contractie extrafusale spieren
→ Muscle spindles minder lang
→ Vuurpatroon vd afferenten naar benden
𝜸-activatie: contractie intrafusale spieren
→ Muscle spindles langer
→ Vuurpatroon afferenten naar omhoog
𝜶/𝜸-coactivatie: contractie intra/extrafusaal
→ Lengte vd intrafusale en extrafusale spieren
op elkaar afgestemd
→ Rustvuurpatroon vd afferenten
Alfa/gamma-coactivatie
𝛼-signaal: feed-forward commando dat spierkracht
mobiliseert
𝛾-signaal: commando dat spierlengte instelt maar ook de
lengte vd muscle spindles aanpast aan die van de
skeletspieren
Muscle spindles: feed-back systeem = servoschakeling
→ Correcte spierlengte behouden en stabiliseren
Proprioceptie
Informatie over toestand van ledematen/spieren
- Golgi tendon orgaan: spier tensie → enkel afferenten (type Ib)
- Muscle spindles: spier lengte en snelheid verkorting → afferent én efferent
o Afferent
• Type Ia: statische info, kernzak
• Type II: dynamische info, kernketting
o efferent
• 𝛾-motorneuronen: sturen muscle spindles aan
𝛼-motorneuronen: sturen skeletspieren aan
,Kniestrekreflex
Thv muscle spindle
- Activatie afferenten: detecteren lengte∆ en snelheid verkorting
Thv ruggenmerg
1. Extensor stimulatie → monosynaptisch contact
- Afferente synaps met 𝛼-motorneuron van extensor → Stimulatie extensor
2. Flexor inhibitie → via interneuron
- Afferente synaps met (-) interneuron en dan 𝛼-motorneuron flexor → Inhibitie flexor
!! Afferenten stimuleren doorgaans zowel de 𝛼-motorneuronen als de 𝛾-motorneuronen
Reflextijden
1. Signaaloverdracht thv muscle spindle
→ 1 ms
2. Propagatie afferente vezels = 80-120 m/s
- 1m/msec
→ 10 ms
3. Singaaloverdracht thv dorsale hoorn
→ 1 ms
4. Propagata efferente vezels = 100 m/s
→ 10 ms
5. Synaptisch contact thv skeletspier
→ 1 ms
➔ Totaal: 23 ms
Tijd neuronaal (EMG) = 25 ms
Tijd tt spiercontractie = 150 ms → vertraging zit vnl thv mechanisme spiercontractie
,Elektromyografische H-/M-/F-responsen
Bij toenemende stimulatiesterkte treden achtereenvolgens de volgende responsen op
1. H-respons: lage stimulus
Circuit: stimulatie afferenten → stimulatie motorneuronen
➔ Langer circuit, trager respons
2. M-respons: sterkere stimulus
Circuit: rechtstreeks stimulatie motorneuronen
Na M-respons volgt later een H-respons
➔ Korter circuit, sneller
3. Zeer sterke stimulus
- M-respons: stimulatie motorneuronen
- F-neuron: weer stimulatie motorneuronen na refractaire periode dr back-propagatie
o Mogelijk als receptorpotentiaal groot + voldoende lang is (PSP langer dan AP)
, 𝜸-motorneuronen
Passen de lengte van de intrafusale spieren (muscle spindles) aan aan die vd extrafusale
Rust
→ Rustvuurpatroon vd afferenten
𝜶-activatie: contractie extrafusale spieren
→ Muscle spindles minder lang
→ Vuurpatroon vd afferenten naar benden
𝜸-activatie: contractie intrafusale spieren
→ Muscle spindles langer
→ Vuurpatroon afferenten naar omhoog
𝜶/𝜸-coactivatie: contractie intra/extrafusaal
→ Lengte vd intrafusale en extrafusale spieren
op elkaar afgestemd
→ Rustvuurpatroon vd afferenten
Alfa/gamma-coactivatie
𝛼-signaal: feed-forward commando dat spierkracht
mobiliseert
𝛾-signaal: commando dat spierlengte instelt maar ook de
lengte vd muscle spindles aanpast aan die van de
skeletspieren
Muscle spindles: feed-back systeem = servoschakeling
→ Correcte spierlengte behouden en stabiliseren
