MARKTPRAKTIJKEN EN CONSUMENTENBESCHERMING
1 Situering
1.1 Vindplaats
Boek VI. WER ‘marktpraktijken en consumentenbescherming’
=> consumentenbescherming ! – ook andere wetgeving (zowel binnen als buiten het WER), bevat regels
over consumentenrechten- en bescherming
Doel: Boek VI. WER
Eerlijkheid van het ‘handeldrijven’ garanderen
= proces van aanbieding en verkoop van goederen en diensten door ondernemingen aan
consumenten
In het belang van zowel de consument als de concurrent
o Regels die in de eerste plaats de consument bescherming (vb. regels over onrechtmatige
bedingen)
o Regels die in de eerste plaats eerlijke concurrentie beschermen (vb. regels over kortingen in
de ‘sperperiode’)
o Regels met een dubbel doel (vb. verbod op misleidende reclame)
Art. II.2 WER (‘doelstellingen’): “Dit Wetboek strekt ertoe
De vrijheid van ondernemen en de loyauteit van economische transacties te verzekeren
EN
Een hoog niveau van bescherming van de consument te waarborgen
Belangrijke boeken in dit OLOD:
Boek I: definities (belangrijk voor bepaling toepassingsgebied regels)
Boek VI: voorwerp van dit thema (‘marktpraktijken en consumentenbescherming’)
Boek XIX: thema 4 (‘ schulden van de consument)
Boek XV, XVI en XVII: thema 5 (‘handhaving van het consumentenrecht’)
1
,1.2 Europese oorsprong
Art. VI. 1§ 1 WER: “Het zet de bepalingen om van…”)
Richtlijn Onrechtmatige Bedingen 93/13/EEG
Richtlijn Prijsaanduiding 98/6/EG
Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken 2005/29/EG
Richtlijn Consumentenrechten 2011/83/EU
Gewijzigd door:
‘Omnibus’-Richtlijn 2019/2161/EU
o Treft alle ondernemingen actief in B2C-sector
o Wijzigt 4 bestaande richtlijnen
o Omgezet door Belgische wetgever bij W. 8 mei 2022 (inw: 28 mei 2022)
2 Toepassingsgebied
WER: Boek I ‘Definities’
= omschrijving van juridisch relevante begrippen, belangrijk ter bepaling van het toepassingsgebied van de
regels in het WER
Titel 1 Titel 2
‘algemene definities’ ‘definities eigen aan bepaalde boeken’
= definities die gelden voor de toepassing van het = definities die gelden voor de toepassing van
volledige WER, tenzij afwijking via bijzondere bepaalde boeken in het WER, in afwijking van de
definitie in Titel 2 algemene definities in Titel 1
Art. I. 1 WER Art. I. 2 – I. 23 WER
!! art. I. 8 en I.8/1 WER: definities eigen aan boek
VI.
2
,2.1 Belang van definities
Probleem: sommige begrippen worden gedefinieerd in zowel Titel 1 als Titel 2 WER, vb.
‘onderneming’ welk begrip toepassen?
o Art. I. 1 – behoudens andersluidende bepaling, wordt voor de toepassing van dit Wetboek
verstaan onder:
1° onderneming: elk van volgende organisaties :
(a) iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent
(b) iedere rechtspersoon
(c ) iedere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid
o Art. I. 8 – voor toepassing van boek VI gelden de volgende definities:
38° onderneming: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die op duurzame
wijze een economisch doel nastreeft
Welke definitie toepassen op de regel vervat in art. VI. 2 WER?
o Art. VI. 2 – vooraleer een consument wordt gebonden door een andere overeenkomst dan
een overeenkomst op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst,
verstrekt de onderneming de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende
informatie…
2.1.1 Wie
Personeel toepassingsgebied
Onderneming (art. I. 1., 1° WER)
Consument
2.1.2 Wat
Materieel toepassingsgebied
Producten
Goederen
Diensten
2.1.3 En ook
Reclame (muv vergelijkende reclame)
Handelspraktijk
Onrechtmatig veding
Overeenkomst op afstand
ONDERNEMING
Bijzonder (beperkter) ondernemingsbegrip voor de toepassing van Boek VI. WER: art. I.8, 39° WER
(vgl ‘verkoper’ in art. 1649bis, §1, 2° oud BW)
“elke natuurlijke of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft”
Natuurlijke of rechtspersonen
Die een (zelfstandige) economische activiteit uitoefenen
o Aanbieden van goederen of diensten op de markt
o Tegen betaling = vergoeding in de ruime zin: op winst gerichte finaliteit
Op duurzame en georganiseerde wijze = met enig regelmaat (≠ eenmalig een economische
handeling stellen) en vanuit een zekere organisatie/structuur
3
, Vb. normaal beheer privévermogen vs duurzame, georganiseerde economische activiteit
Online verkoop van spullen via online marktplaats (art. VI. 45/1, §1, 2° en VI. 99, §4,
6° WER)
Verhuur van (vakantie)woningen
Bijzondere toepassingsgevallen:
VZW
o Voor zover de VZW op duurzame, georganiseerde wijze economische handelingen stelt
= op regelmatige wijze goederen/diensten aanbieden op de markt tegen betaling
Vb. ziekenhuizen, WZC, onderwijsinstellingen,..
jaarlijkse wafelbak/bbq scouts?
Vrije beroepsbeoefenaars (art. I. 1, 14° WER)
o Op onafhankelijke wijze en onder eigen verantwoordelijkheid
o Intellectuele prestaties verrichten
o Die een voorafgaande opleiding en permanente vorming vereisen
o En onderworpen aan een plichtenleer
Social influencers / content creators
= personen die via hun (online) aanhang of content invloed uitoefenen op het gedrag en de mening
van anderen
o Zijn ondernemingen, mits reclame voor producten, merken of diensten van anderen
gebeurt:
Op regelmatige basis (= duurzaam en georganiseerd)
Tegen betaling: niet alleen een geldbedrag, elk vermogensvoordeel (gratis
producten, percentage op omzet behaald door clicks/likes, allerlei uitnodigingen,..)
o Kwalificatie als onderneming heeft juridische gevolgen
#reclame, #gesponsord, #advertentie, #betaaldpartnerschap
Vermelding bedrijfsgegevens op socialemediaprofiel
(adres, e-mailadres, ondernemingsnummer: denk aan Acid)
CONSUMENT
Uniform consumentenbegrip voor het hele WER: art. I. 1, 2° WER (art. 1649bis, §1, 1° oud BW)
“iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden buiten zijn handels-, bedrijfs- ambachts-, of
beroepsactiviteit”
Natuurlijke persoon
o Rechtspersonen = NOOIT CONSUMENT (ongeacht rechtsvorm, aard activiteit, feitelijke
ondergeschikte of beschermingswaardige positie)
Bestemmingscriterium
o Handeling/transactie moet zijn gesteld voor privéredenen, maw buiten een (zelfstandige)
beroepsactiviteit
Beroepsactiviteit = activiteit als onderneming
Bestemmingscriterium
Uitsluitend het doel van de transactie is bepalend
Hoedanigheid en kennis- of specialisatieniveau van de persoon in kwestie zijn irrelevant
4
1 Situering
1.1 Vindplaats
Boek VI. WER ‘marktpraktijken en consumentenbescherming’
=> consumentenbescherming ! – ook andere wetgeving (zowel binnen als buiten het WER), bevat regels
over consumentenrechten- en bescherming
Doel: Boek VI. WER
Eerlijkheid van het ‘handeldrijven’ garanderen
= proces van aanbieding en verkoop van goederen en diensten door ondernemingen aan
consumenten
In het belang van zowel de consument als de concurrent
o Regels die in de eerste plaats de consument bescherming (vb. regels over onrechtmatige
bedingen)
o Regels die in de eerste plaats eerlijke concurrentie beschermen (vb. regels over kortingen in
de ‘sperperiode’)
o Regels met een dubbel doel (vb. verbod op misleidende reclame)
Art. II.2 WER (‘doelstellingen’): “Dit Wetboek strekt ertoe
De vrijheid van ondernemen en de loyauteit van economische transacties te verzekeren
EN
Een hoog niveau van bescherming van de consument te waarborgen
Belangrijke boeken in dit OLOD:
Boek I: definities (belangrijk voor bepaling toepassingsgebied regels)
Boek VI: voorwerp van dit thema (‘marktpraktijken en consumentenbescherming’)
Boek XIX: thema 4 (‘ schulden van de consument)
Boek XV, XVI en XVII: thema 5 (‘handhaving van het consumentenrecht’)
1
,1.2 Europese oorsprong
Art. VI. 1§ 1 WER: “Het zet de bepalingen om van…”)
Richtlijn Onrechtmatige Bedingen 93/13/EEG
Richtlijn Prijsaanduiding 98/6/EG
Richtlijn Oneerlijke Handelspraktijken 2005/29/EG
Richtlijn Consumentenrechten 2011/83/EU
Gewijzigd door:
‘Omnibus’-Richtlijn 2019/2161/EU
o Treft alle ondernemingen actief in B2C-sector
o Wijzigt 4 bestaande richtlijnen
o Omgezet door Belgische wetgever bij W. 8 mei 2022 (inw: 28 mei 2022)
2 Toepassingsgebied
WER: Boek I ‘Definities’
= omschrijving van juridisch relevante begrippen, belangrijk ter bepaling van het toepassingsgebied van de
regels in het WER
Titel 1 Titel 2
‘algemene definities’ ‘definities eigen aan bepaalde boeken’
= definities die gelden voor de toepassing van het = definities die gelden voor de toepassing van
volledige WER, tenzij afwijking via bijzondere bepaalde boeken in het WER, in afwijking van de
definitie in Titel 2 algemene definities in Titel 1
Art. I. 1 WER Art. I. 2 – I. 23 WER
!! art. I. 8 en I.8/1 WER: definities eigen aan boek
VI.
2
,2.1 Belang van definities
Probleem: sommige begrippen worden gedefinieerd in zowel Titel 1 als Titel 2 WER, vb.
‘onderneming’ welk begrip toepassen?
o Art. I. 1 – behoudens andersluidende bepaling, wordt voor de toepassing van dit Wetboek
verstaan onder:
1° onderneming: elk van volgende organisaties :
(a) iedere natuurlijke persoon die zelfstandig een beroepsactiviteit uitoefent
(b) iedere rechtspersoon
(c ) iedere organisatie zonder rechtspersoonlijkheid
o Art. I. 8 – voor toepassing van boek VI gelden de volgende definities:
38° onderneming: iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die op duurzame
wijze een economisch doel nastreeft
Welke definitie toepassen op de regel vervat in art. VI. 2 WER?
o Art. VI. 2 – vooraleer een consument wordt gebonden door een andere overeenkomst dan
een overeenkomst op afstand of een buiten verkoopruimten gesloten overeenkomst,
verstrekt de onderneming de consument op duidelijke en begrijpelijke wijze de volgende
informatie…
2.1.1 Wie
Personeel toepassingsgebied
Onderneming (art. I. 1., 1° WER)
Consument
2.1.2 Wat
Materieel toepassingsgebied
Producten
Goederen
Diensten
2.1.3 En ook
Reclame (muv vergelijkende reclame)
Handelspraktijk
Onrechtmatig veding
Overeenkomst op afstand
ONDERNEMING
Bijzonder (beperkter) ondernemingsbegrip voor de toepassing van Boek VI. WER: art. I.8, 39° WER
(vgl ‘verkoper’ in art. 1649bis, §1, 2° oud BW)
“elke natuurlijke of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft”
Natuurlijke of rechtspersonen
Die een (zelfstandige) economische activiteit uitoefenen
o Aanbieden van goederen of diensten op de markt
o Tegen betaling = vergoeding in de ruime zin: op winst gerichte finaliteit
Op duurzame en georganiseerde wijze = met enig regelmaat (≠ eenmalig een economische
handeling stellen) en vanuit een zekere organisatie/structuur
3
, Vb. normaal beheer privévermogen vs duurzame, georganiseerde economische activiteit
Online verkoop van spullen via online marktplaats (art. VI. 45/1, §1, 2° en VI. 99, §4,
6° WER)
Verhuur van (vakantie)woningen
Bijzondere toepassingsgevallen:
VZW
o Voor zover de VZW op duurzame, georganiseerde wijze economische handelingen stelt
= op regelmatige wijze goederen/diensten aanbieden op de markt tegen betaling
Vb. ziekenhuizen, WZC, onderwijsinstellingen,..
jaarlijkse wafelbak/bbq scouts?
Vrije beroepsbeoefenaars (art. I. 1, 14° WER)
o Op onafhankelijke wijze en onder eigen verantwoordelijkheid
o Intellectuele prestaties verrichten
o Die een voorafgaande opleiding en permanente vorming vereisen
o En onderworpen aan een plichtenleer
Social influencers / content creators
= personen die via hun (online) aanhang of content invloed uitoefenen op het gedrag en de mening
van anderen
o Zijn ondernemingen, mits reclame voor producten, merken of diensten van anderen
gebeurt:
Op regelmatige basis (= duurzaam en georganiseerd)
Tegen betaling: niet alleen een geldbedrag, elk vermogensvoordeel (gratis
producten, percentage op omzet behaald door clicks/likes, allerlei uitnodigingen,..)
o Kwalificatie als onderneming heeft juridische gevolgen
#reclame, #gesponsord, #advertentie, #betaaldpartnerschap
Vermelding bedrijfsgegevens op socialemediaprofiel
(adres, e-mailadres, ondernemingsnummer: denk aan Acid)
CONSUMENT
Uniform consumentenbegrip voor het hele WER: art. I. 1, 2° WER (art. 1649bis, §1, 1° oud BW)
“iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden buiten zijn handels-, bedrijfs- ambachts-, of
beroepsactiviteit”
Natuurlijke persoon
o Rechtspersonen = NOOIT CONSUMENT (ongeacht rechtsvorm, aard activiteit, feitelijke
ondergeschikte of beschermingswaardige positie)
Bestemmingscriterium
o Handeling/transactie moet zijn gesteld voor privéredenen, maw buiten een (zelfstandige)
beroepsactiviteit
Beroepsactiviteit = activiteit als onderneming
Bestemmingscriterium
Uitsluitend het doel van de transactie is bepalend
Hoedanigheid en kennis- of specialisatieniveau van de persoon in kwestie zijn irrelevant
4