→ Schriftelijk examen
Hoofdstuk 1: Erfgoedonderwijs
Hoofdstuk 2: Nieuwe Tijden - focusthema “Een blik op de renaissance”
Hoofdstuk 3: Nieuwste Tijden - focusthema “industrialisatie en kinderarbeid”
Hoofdstuk 1
1. Dingen om te bewaren
2. Erfgoed in het onderwijs
3. Erfgoededucatie binnen duurzame ontwikkeling
4. Meerstemmigheid binnen erfgoedonderwijs
5. Erfgoed in de wereld van kinderen
6. Wat je moet kennen en kunnen
Wat je moet kennen en kunnen
Je kan in eigen woorden omschrijven wat we verstaan onder erfgoed.
Je kan uitleggen waar de nadruk op wordt gelegd bij het werken met erfgoed als doel.
Je kan het begrip historisch besef uitleggen.
Je kan uitleggen waarom het werken met primaire instructiebronnen een grote meerwaarde biedt
Je kan uitleggen wat de kinderen kunnen leren wanneer erfgoed als middel wordt ingezet.
Je kan verklaren waarom erfgoededucatie een plaats heeft binnen educatie voor duurzame
ontwikkeling.
Je kan het begrip multiperspectiviteit verklaren
Je kan uitleggen waarom het belangrijk is dat we met een multiperspectieve bril kijken naar het
verleden en naar erfgoed.
Je kan uitleggen waarom het belangrijk is dat we met een multiperspectieve bril kijken naar het
verleden en naar erfgoed.
Je kan het verband verklaren tussen het gebruik van erfgoed dat in de omgeving van de kinderen
aanwezig is en de verhoging van de betrokkenheid van kinderen.
Je kan betekenis geven aan citaten die in de les werden gebruikt (terug te vinden op de power
point presentatie).
Je kan een voorbeeld geven van een manier/een opdracht om in de lagere school te werken met
erfgoed en hierbij doelen formuleren.
Attitudes (hier wordt aan gewerkt tijdens de lessen maar wordt niet getoetst)
- Je staat stil bij het feit dat erfgoed heel concreet en tastbaar aanwezig is in de wereld van
kinderen.
- Je staat stil bij het principe van multiperspectiviteit en beseft dat er in één klasgroep, bij het
kijken naar het verleden, verschillende perspectieven kunnen bestaan.
,Voorwoord
Het omgaan met erfgoed krijgt steeds meer plaats binnen het onderwijs
We focussen ons dit semester op nieuwe tijd, nieuwste tijd en eigen tijd
Erfgoed in de eindtermen
o De eindtermen van WO zijn al 26 jaar oud
o De eindtermen worden gemaakt op Vlaams niveau
o Eindterm = Dit is een minimumdoel dat alle leerlingen in welk net ze ook zitten (christelijk,
gemeentelijk,…) moeten bereikt hebben, dit moet op het einde van het 6de leerjaar bereikt
worden
o Attitudes= waar je hoopt aan te werken, maar je kan het niet beoordelen
o Erfgoededucatie krijgt steeds meer aandacht in het onderwijs
o Naargelang het onderwijsnet krijgt het werken met erfgoed meer of minder plaats in de
leerplannen
Historische tijd (eindtermen)
3.5. De leerlingen kunnen belangrijke gebeurtenissen of ervaringen uit eigen leven chronologisch ordenen
en indelen in periodes. Ze kunnen daarvoor eigen indelingscriteria vinden.
→ bv. een levenslijn maken
3.6. De leerlingen kunnen hun afstamming aangeven tot twee generaties terug.
→ stamboom kunnen maken tot 2 generaties terug → grootouders
3.7. De leerlingen kennen de grote periodes uit de geschiedenis en ze kunnen duidelijke historische
elementen in hun omgeving en belangrijke historische figuren en gebeurtenissen waarmee ze kennis
maken, situeren in de juiste tijdsperiode aan de hand van een tijdband.
→ bv. een kerk in je omgeving
3.8. De leerlingen kunnen aan de hand van een voorbeeld illustreren dat een actuele toestand, die voor
kinderen herkenbaar is, en die door de geschiedenis beïnvloed werd, vroeger anders was en in de loop der
tijden evolueert.
→ bv. in de scholen zelf, gsm’s zijn veranderd
3.9. De leerlingen tonen belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst, hier en elders.
Waar in de leerplannen is er binnen het deel ‘(historische) tijd’ ruimte om met
erfgoed aan de slag te gaan?
Katholiek Onderwijs Vlaanderen (KOV) → https://zill-selector.katholiekonderwijs.vlaanderen/#/OW/ti
o Erfgoed wordt meer en meer opgenomen in het leerplan
,Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap (GO!) → https://pro.g-
o.be/themas/leerplannen/basisonderwijs/wereldorientatie/
Onderwijs van steden en Gemeenten (OVSG) → https://leerlokaal.ovsg.be/leergebied/IDW
Bijkomende vragen:
1. Hoe dikwijls komt het woord erfgoed voor? → niet heel erg veel, maar komt meer en meer
erbij, omgaan met erfgoed krijgt steeds meer plaats binnen het onderwijs
2. Is het nodig dat het woord erfgoed opgenomen wordt in een doel om met erfgoed aan de
slag? → nee, als je lessen maakt en je wil iets doen met erfgoed in de omgeving dan kan je
dit doen om dit te kunnen staven in je lesvoorbereiding
1. dingen om te bewaren
Mindmap: waaraan denk je bij het woord erfgoed
o Unesco
o Gevels
o gebouwen
o Geld
o Feesten
o Monumenten
o Juwelen/voorwerpen
o Recepten
o Tradities
o Kledij
Wat is erfgoed
Erfgoed is een ruim begrip: Het is alles (= sporen) wat we overerven van vorige generaties en wat we
de moeite vinden om te bewaren voor de volgende generaties (definitie)
→ Erfgoed is niet statisch, het wordt continu aangemaakt, dit kan op 2 manieren
geïnterpreteerd worden
1. Wij maken vandaag erfgoed voor de toekomst
2. Sporen die vroeger niet als erfgoed werden beschouwd en dus niet werden bevraagd worden dat
vandaag wel. Wat vandaag nog geen erfgoed is, kan dat morgen wel zijn.
→ In erfgoed komt tot uiting welke betekenis cultuur schenkt aan het verleden, vroeger gaf men
vooral betekenis aan de geschiedenis van belangrijke mensen (koning), vandaag de dag wordt
de geschiedenis van ‘gewone’ mensen en alledaagse dingen belangrijker
→ Als veel mensen iets belangrijk vinden om te bewaren, dan spreken we van cultureel erfgoed
erf-goed bestaat uit 2 delen:
o Erf (erven) → immaterieel erfgoed, je kan het niet vastnemen
, o Goed (goederen) → materieel erfgoed, we kunnen dat voelen en vastpakken
• Immaterieel erfgoed, kan je niet vastpakken
• Materieel erfgoed, kan je vastpakken
• Verplaatsbaar erfgoed/ roerend (kledij, juwelen, geld)
• Niet verplaatsbaar erfgoed/ onroerend (gebouwen, gevels, kasteel)
→ Het kan bewaard worden omdat een groep mensen het de moeite waard vindt, maar ook
omdat één enkel individu het koestert
→ Erfgoed is eigenlijk overal aanwezig -, het maakt op zo een grote manier deel uit van ons
leven dat we er niet bij stilstaan dat we eigenlijk met erfgoed te maken hebben
→ Wanneer we het hebben over erfgoed hebben we het zeker niet alleen over de grote
culturele zaken van een samenleving die een groep belangrijk vind om het te bewaren, maar
ook over de kleinere zaken die mensen maakten die voor ons zo belangrijk zijn dat we ze
bewaren
Erfgoed in vakjes
→ we delen de tijd in, in periodes zodat we dit kunnen categoriseren, en dit is ook met erfgoed.
Het is om een overzicht of structuur in te krijgen
→ enerzijds hebben we de tastbaar of materieel erfgoed en anderzijds hebben we niet
tastbaar/immaterieel erfgoed.
→ Tastbaar/ materieel erfgoed kunnen we nog eens onderverdelen in verplaatsbaar/roerend
erfgoed en niet verplaatsbaar/ onroerend erfgoed
Boek: “zal het atonium er nog staan als ik groot ben” –> om over erfgoed te spreken met kinderen
Verschillende foto’s over erfgoed
➔ Oefening, welk erfgoed is dit?
Foto 1 Verjaardag vieren , immaterieel
Foto 2 Culturele dans, immaterieel
Foto 3 Materieel en niet verplaatsbaar
Foto 4 Moskee en materiaal, niet verplaatsbaar
Foto 5 Immaterieel, feest of traditie
Foto 6 Kapel Materieel, niet verplaatsbaar