100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Ontwikkelingspsychologie (1sem 2bach)

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
43
Geüpload op
13-06-2025
Geschreven in
2024/2025

Dit is een korte samenvatting van ontwikkelingspsychologie van Andre Vyt. De samenvatting is een combinatie van de lesnotities, dias en extra tekstdocumenten. Met deze samenvatting haalde ik 15/20 voor dit vak, in combinatie met examenvragen te studeren.

Meer zien Lees minder











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
13 juni 2025
Aantal pagina's
43
Geschreven in
2024/2025
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Samenvatting Gezondheids-en-
ontwikkelingspsychologie
Hoofdstuk 0: Herhaling van het partim
Psychologie
Kernbegrippen GEO
1. Gewenning of habituatie: Afname van reactie op herhaaldelijke, niet-
bedreigende stimuli.
2. Priming: Invloed van eerdere ervaringen op de reactie op latere stimuli.
3. Gevoelige of sensitieve periode: Specifieke periode waarin
ontwikkeling bijzonder vatbaar is voor bepaalde stimuli.
4. Tijdelijk aangepast gedrag: Gedrag dat zich aanpast aan de omgeving,
maar niet permanent is.
5. Inprenting (imprinting): Een vroeg leerproces waarbij een jong dier
sterke binding ontwikkelt.
6. Triggerfuncties: Stimuli die een bepaalde respons uitlokken.
7. Hechting (attachment): De emotionele band tussen een kind en zijn
verzorger.
8. Adaptatie: Aanpassing aan nieuwe situaties of stimuli.
9. Evocatieve interactie: Interacties waarbij het gedrag van een persoon
een reactie oproept bij anderen.
10.Actieve interactie: Gedrag dat bewust wordt uitgevoerd om een effect te
bewerkstelligen.
11.Aangeboren gedrag: Gedrag dat van nature aanwezig is, zonder geleerd
te zijn.
12.Instincten: Aangeboren gedragspatronen die overleving bevorderen.
13.Gedragspatronen: Reeksen van gedragingen die herhaaldelijk
voorkomen in specifieke situaties.
14.Conditionering: Leren door associatie tussen een stimulus en een
respons.
15.Klassieke conditionering: Leren door een neutrale stimulus te koppelen
aan een betekenisvolle stimulus.
16.Extinctie: Afname van geleerde respons door afwezigheid van de
oorspronkelijke bekrachtiging.
17.Respondent leren: Leren door geconditioneerde reacties op stimuli.

,18.Prikkelvervanging: Het vervangen van een bepaalde stimulus door een
andere.
19.Prikkelveralgemening: Het reageren op stimuli die lijken op de
oorspronkelijke stimulus.
20.Desensitisatie: Verminderde reactie op herhaalde blootstelling aan een
bepaalde stimulus.
21.Instrumentele conditionering: Leren door de consequenties van
gedrag.
22.Skinnerbox: Apparatuur die wordt gebruikt in leerexperimenten om
gedrag te bestuderen.
23.Bekrachtiging: Versterking van gedrag door beloning.
24.Negatieve bekrachtiging: Versterking van gedrag door het wegnemen
van een onaangename stimulus.
25.Ontsnappingsleren: Leren om te ontsnappen aan onaangename stimuli.
26.Vermijdingsleren: Leren om situaties te vermijden die onaangenaam zijn.
27.Shaping: Het geleidelijk vormen van gedrag door beloning van
tussenstappen.
28.Successieve approximatie: Stapsgewijs belonen van gedrag dat steeds
dichter bij het gewenste gedrag komt.
29.Blootstellingstherapie: Behandeling waarbij de patiënt wordt
blootgesteld aan de angstwekkende stimulus.
30.Stimulusdiscriminatie: Het vermogen om onderscheid te maken tussen
verschillende stimuli.
31.Beloningen: Positieve consequenties die gedrag versterken.
32.Straffen: Negatieve consequenties die gedrag verminderen.
33.Imitatie of nabootsing: Leren door het observeren en imiteren van
andermans gedrag.
34.Observatieleren: Leren door te kijken naar het gedrag van anderen.
35.Model-leren: Gedrag aanleren door het voorbeeld van een ander te
volgen.
36.Plaatsvervangende bekrachtiging: Leren door te zien dat iemand
anders beloond wordt voor een bepaald gedrag.
37.Identificatie: Het proces waarbij iemand zich vereenzelvigt met een
ander en diens gedrag overneemt.
38.Aandachtsregulatie: Het vermogen om aandacht te richten en vast te
houden.
39.Latent leren: Leren dat pas zichtbaar wordt wanneer het nodig is.
40.Exploratie: Het verkennen van de omgeving.

, 41.Zelfsturing en -beheersing: Het vermogen om eigen gedrag te
reguleren en controleren.
42.Sensitiviteit: Gevoeligheid voor externe stimuli.
43.Aangeleerde hulpeloosheid: Situatie waarin iemand heeft geleerd dat
hij geen controle heeft over de uitkomst van situaties.
Kernbegrippen GGW
1. Hersenbeloningssysteem: Het systeem in de hersenen dat betrokken is
bij de ervaring van beloning.
2. Perceptie en apperceptie: Waarneming en het bewust maken van
waargenomen informatie.
3. Sociale cognitie en intelligentie: Het vermogen om sociale situaties te
begrijpen en te interpreteren.
4. Signaalneuronen: Neuronen die reageren op specifieke signalen of
prikkels.
5. Salience: Hoe opvallend een stimulus is in de omgeving.
6. Habituatie: Afname van respons door herhaalde blootstelling aan een
stimulus.
7. Desensitisatie: Verminderde gevoeligheid voor een prikkel.
8. Driften: Sterke innerlijke drang of motivatie.
9. Priming: Het onbewust beïnvloeden van gedrag door eerdere ervaringen.
10.Mindset: Het geheel van overtuigingen en houdingen die invloed hebben
op gedrag en prestaties.
11.Subliminale perceptie: Waarneming die plaatsvindt onder de drempel
van bewustzijn.
12.Aandachtsregulatie: Het vermogen om aandacht doelbewust te richten.
13.Cognitieve dissonantie: Innerlijk conflict tussen tegenstrijdige
opvattingen of gedragingen.
14.Suggestie: Het onbewust beïnvloeden van gedachten of gedragingen.
15.Placebo-effect: Effect waarbij een positieve uitkomst wordt ervaren na
een nepbehandeling.
16.Self-fulfilling prophecy: Situatie waarin verwachtingen over gedrag het
gedrag zelf beïnvloeden.
17.Stereotype perceptie: Het waarnemen van een persoon door de lens
van een stereotype.
18.Halo-effect: Het fenomeen waarbij de indruk van een positief kenmerk
van iemand de beoordeling van andere kenmerken beïnvloedt.
19.Locus of control: De mate waarin iemand gelooft controle te hebben over
wat hem overkomt.

, 20.Zelfbeheersing: Het vermogen om impulsen te onderdrukken en gedrag
te controleren.
21.Verslavin
gsgedra
g: Gedrag
dat




gekenmerkt wordt door afhankelijkheid van een bepaalde gewoonte of stof.


+ zie kleine testjes in inleidingsles OneNote


H1: Mentale Ontwikkeling bij kinderen en
jongeren




Ken deze namen in het Nederlands en het Engels!

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
thomasdewitte18 Universiteit Gent
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
17
Lid sinds
2 jaar
Aantal volgers
3
Documenten
9
Laatst verkocht
2 maanden geleden

3,9

9 beoordelingen

5
1
4
7
3
0
2
1
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via Bancontact, iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo eenvoudig kan het zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen