OPDRACHTEN ZAKENRECHT
ALLEEN OPLOSSINGEN / Opgave oefeningen in leerpad
Opdracht H1: juridische bronnen
De specifieke regels voor verwijzen naar rechtspraak en rechtsleer zijn te vinden
in V&A. Het dient aanbeveling om dit toch eens na te lezen.
De juiste afkorting van een tijdschrift vind je terug op de website rechtsaf.be.
Let op: de verwijzingen in deze modeloplossing zijn getypt, dus zetten we de
afkorting van het tijdschrift cursief.
Indien het om een handgeschreven verwijzing gaat, zoals op het examen, dan
kan je niet cursief schrijven en heeft V&A een andere oplossing. Aan jou om dit
uit te zoeken.
Laat je niet misleiden door de afkortingen die de tijdschriften zelf gebruiken, zij
volgen niet altijd V&A, wij wel.
1
,Opdracht H4: roerende en
onroerende goederen
OPDRACHT 1
1. Brandkast: roerend of onroerend?
Situatie 1: Ingebouwd in kelder bank
→ Onroerend door incorporatie (art. 3.47, tweede lid BW): de
brandkast is fysiek en functioneel geïntegreerd in het gebouw.
Situatie 2: Losstaand in slaapkamer particulier
→ Roerend goed (art. 3.46 BW): geen fysieke verbinding, geen
noodzakelijke functie voor het gebouw.
2. Losstaande convectoren van Jan in studentenkamers:
beslagbaar?
→ Roerende goederen
Volgens art. 3.47 BW worden enkel apparaten die ingebouwd zijn of
structureel deel uitmaken van het gebouw onroerend. Losstaande
toestellen zijn geen inherent bestanddeel.
➡️Ze kunnen in beslag genomen worden.
3. Wooncontainer – mag die op de lijst van ongeschikte woningen?
→ Ja, mogelijk
Een wooncontainer kan volgens art. 3.47 BW beschouwd worden als
onroerend door incorporatie als:
ze op een vaste plaats staat,
met duurzame intentie,
fysiek is verbonden met de ondergrond.
⚠️Dus als die container bedoeld is om duurzaam ter plaatse te blijven,
kan de overheid die wel als woning kwalificeren en dus belasten.
2
, 4. Moet je voor een woonboot onroerende voorheffing betalen?
Verkooprechten?
→ Woonboot = meestal roerend goed, tenzij:
duurzaam verbonden met de oever of ondergrond,
gebruikt als woning en niet makkelijk verplaatsbaar.
Conclusies:
Meestal géén onroerende voorheffing (want RG).
Meestal géén verkooprechten, enkel 21% btw of registratie op
roerend goed.
Maar als ze aanmeren, aangesloten zijn op netwerken, enz. ➝
mogelijk ORG door incorporatie → dan wél OV en RR verschuldigd.
3
ALLEEN OPLOSSINGEN / Opgave oefeningen in leerpad
Opdracht H1: juridische bronnen
De specifieke regels voor verwijzen naar rechtspraak en rechtsleer zijn te vinden
in V&A. Het dient aanbeveling om dit toch eens na te lezen.
De juiste afkorting van een tijdschrift vind je terug op de website rechtsaf.be.
Let op: de verwijzingen in deze modeloplossing zijn getypt, dus zetten we de
afkorting van het tijdschrift cursief.
Indien het om een handgeschreven verwijzing gaat, zoals op het examen, dan
kan je niet cursief schrijven en heeft V&A een andere oplossing. Aan jou om dit
uit te zoeken.
Laat je niet misleiden door de afkortingen die de tijdschriften zelf gebruiken, zij
volgen niet altijd V&A, wij wel.
1
,Opdracht H4: roerende en
onroerende goederen
OPDRACHT 1
1. Brandkast: roerend of onroerend?
Situatie 1: Ingebouwd in kelder bank
→ Onroerend door incorporatie (art. 3.47, tweede lid BW): de
brandkast is fysiek en functioneel geïntegreerd in het gebouw.
Situatie 2: Losstaand in slaapkamer particulier
→ Roerend goed (art. 3.46 BW): geen fysieke verbinding, geen
noodzakelijke functie voor het gebouw.
2. Losstaande convectoren van Jan in studentenkamers:
beslagbaar?
→ Roerende goederen
Volgens art. 3.47 BW worden enkel apparaten die ingebouwd zijn of
structureel deel uitmaken van het gebouw onroerend. Losstaande
toestellen zijn geen inherent bestanddeel.
➡️Ze kunnen in beslag genomen worden.
3. Wooncontainer – mag die op de lijst van ongeschikte woningen?
→ Ja, mogelijk
Een wooncontainer kan volgens art. 3.47 BW beschouwd worden als
onroerend door incorporatie als:
ze op een vaste plaats staat,
met duurzame intentie,
fysiek is verbonden met de ondergrond.
⚠️Dus als die container bedoeld is om duurzaam ter plaatse te blijven,
kan de overheid die wel als woning kwalificeren en dus belasten.
2
, 4. Moet je voor een woonboot onroerende voorheffing betalen?
Verkooprechten?
→ Woonboot = meestal roerend goed, tenzij:
duurzaam verbonden met de oever of ondergrond,
gebruikt als woning en niet makkelijk verplaatsbaar.
Conclusies:
Meestal géén onroerende voorheffing (want RG).
Meestal géén verkooprechten, enkel 21% btw of registratie op
roerend goed.
Maar als ze aanmeren, aangesloten zijn op netwerken, enz. ➝
mogelijk ORG door incorporatie → dan wél OV en RR verschuldigd.
3